direct naar inhoud van Artikel 9 Water
Plan: Grasrijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80142-0301

Artikel 9 Water

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor `Water´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. oppervlaktewateren, zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen;
  • b. waterberging;
  • c. waterhuishouding;
  • d. waterlopen;

met de daarbij behorende:

  • e. andere voorzieningen voor de waterhuishouding;
  • f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde,

9.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, niet zijnde gebouwen, passende in de bestemming.

9.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.2 voor het bouwen van bruggen, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de maximale bouwhoogte van bruggen is 5 meter;
  • b. de verkeersveiligheid niet in het gedrang komt;
  • c. er geen onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat plaatsvindt;
  • d. er geen onevenredige inbreuk wordt toegebracht aan het gebruik van de belendende percelen.

9.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 9.2 wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het aanleggen van woonschepen;
  • b. het opslaan, storten of bergen van voorwerpen, stoffen, materialen of chemicaliën en soortgelijke producten, behoudens voor zover zulks nodig is voor het op de bestemming gerichte gebruik.

9.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
9.5.1 Werk en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning van het bevoegd gezag werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden) op of in de gronden met de bestemming 'Water' de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het dempen van water;
  • b. het vergraven van oevers;
  • c. het verleggen van waterpartijen;
  • d. het herprofileren van waterlopen.
9.5.2 Uitzonderingen

Het in lid 9.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. de aanleg van ecologische oevers betreft;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

9.5.3 Toelaatbaarheid

De in lid 9.5.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de waterhuishoudkundige situatie met betrekking tot de waterkwantiteit en de waterkwaliteit.

9.5.4 Advies

Het bevoegd gezag verleent de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden slechts nadat advies is ingewonnen bij de waterbeheerder met betrekking tot de vraag of door de ingreep het waterhuishoudkundig belang niet onevenredig wordt aangetast.