direct naar inhoud van Artikel 14 Wonen - 5
Plan: Grasrijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80142-0301

Artikel 14 Wonen - 5

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Wonen - 5 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van één woning (in de vorm van een woonboerderij) al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep;
  • b. aan- en uitbouwen en bijgebouwen;

met daarbij behorende

  • a. tuinen en erven;
  • b. parkeerplaatsen;
  • c. nevenruimten;
  • d. waterhuishoudkundige voorzieningen (o.a. waterlopen, waterpartijen en waterberging);
  • e. nutsvoorzieningen en voorzieningen voor het opwekken van duurzame energie;
  • f. bouwwerken geen gebouwen zijnde;

met dien verstande dat de vloeroppervlakte ten behoeve van een aan-huis-verbonden beroep niet meer dan 50 m2 mag bedragen.

14.2 Bouwregels
14.2.1 Hoofdgebouwen

Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de in lid 14.1 genoemde doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. één hoofdgebouw, bevattende één woning en eventuele nevenruimten, dienen te worden gesitueerd op de gronden, die op de verbeelding zijn aangeduid met een bouwvlak, waarbij moet worden voldaan aan de volgende eisen:
    • 1. de inhoud van de woning (inclusief in het hoofdgebouw opgenomen nevenruimten) mag maximaal 1.750 m3 bedragen;
    • 2. de goothoogte van de woning mag maximaal 6 meter bedragen;
    • 3. de bebouwingshoogte van de woning mag maximaal 9 meter bedragen;
    • 4. de bouwwijze van de woning is langgevelboerderij

14.2.2 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen

Aanbouwen en bijgebouwen moeten per woning voldoen aan de volgende eisen dan wel voorwaarden:

  • a. aan- en uitbouwen en bijgebouwen mogen buiten het bouwvlak alleen worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen';
  • b. de goothoogte van de aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag ten hoogste 3,5 meter bedragen;
  • c. de bebouwingshoogte van aan- en uitbouwen en de bijgebouwen magen ten hoogste 8 meter bedragen;
  • d. de aanbouwen en bijgebouwen mogen geen zelfstandige woning vormen;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden gebouwd tot een hoogte van 2,5 meter.

14.3 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 14.1 wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting.

14.4 Afwijjken van gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 14.1 en toestaan dat in combinatie met het wonen:

de gronden en bouwwerken worden gebruikt voor kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten tot een bedrijfsvloeroppervlakte van maximaal 30 m2 en/of voor een aan-huis-verbonden beroep tot een beroepsvloeroppervlakte van maximaal 75 m2, mits:

  • a. de totale oppervlakte voor kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten en een aan-huis-verbonden beroep gezamenlijk niet meer dan 75 m2 bedraagt;
  • b. de verkeersaantrekkende werking niet zodanig is, dat ten gevolge daarvan extra verkeers-maatregelen, waaronder extra parkeervoorzieningen op de openbare weg, noodzakelijk worden;
  • c. het niet betreft geluidszoneringsplichtige of risicovolle inrichtingen;
  • d. het niet betreft seksinrichtingen en/of detailhandel met uitzondering van detailhandel in ter plaatse vervaardigde en/of bewerkte producten;
  • e. deze activiteiten door ten hoogste twee personen worden uitgeoefend, waarvan minstens één persoon woonachtig is in het betreffende pand; voor kapsalons geldt dat deze activiteit door maximaal één in het pand woonachtige persoon mag worden uitgeoefend;
  • f. de activiteiten geen onevenredige hinder voor het woonmilieu opleveren.