direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Beekherstel de Run Stevert - Landgoed de Vloete
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0770.BPBrunvloete0114-VAST

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding en doel

Het Waterschap De Dommel is voornemens om hydrologische maatregelen aan het systeem van de beek Run te treffen en hier tevens natuur te ontwikkelen, met als doel een robuust watersysteem te creëren waarin gevolgen van klimaatveranderingen voor natuur en landbouw worden opgevangen. Hiervoor is in het kader van de Waterwet een projectplan opgesteld. Onderdeel van dit projectplan vormt de (her)meandering van de Run en de transformatie van diverse percelen naar natuur.

In samenspraak met Waterschap De Dommel is initiatiefnemer voornemens om langs de beek de Run nabij Stevert een landgoed te ontwikkelen, genaamd 'Landgoed De Vloete'. Onderdeel van deze ontwikkeling is het beëindigen van de bestaande melkveehouderij en het omvormen van circa 17 hectare landbouwgrond tot natuur, waarbij de beek Run de ruimte krijgt om op het landgoed te meanderen. Hiermee wordt een belangrijke bijdrage aan het realiseren van de water- en natuuropgaven in het beekdal van de Run geleverd. Naast de realisatie van natuur is er tevens het voornemen om een drietal woningen en een (kleinschalig) paardenpension op het landgoed te realiseren.

Op dit moment zijn de volgende vigerende bestemmingsplannen in de gemeente Eersel van toepassing op het plangebied:

  • 'Buitengebied 2017' (vastgesteld 3 juli 2018);
  • 'Buitengebied 2017, eerste herziening' (vastgesteld 29 januari 2019);
  • 'Buitengebied 2017, 2e herziening' (vastgesteld 31 mei 2022)
  • 'Buitengebied 2017, Reparatieplan 2022' (vastgesteld 27 september 2022)
  • 'Buitengebied, herziening Tasbroekwegje 4' (vastgesteld 3 juli 2018);
  • 'Waterberging de Run Eersel' (vastgesteld 23 februari 2021).

De beoogde ontwikkeling en de daarmee samenhangende werkzaamheden in het kader van het projectplan Waterwet passen binnen de bepalingen van de geldende bestemmingsplannen, of kunnen middels een omgevingsvergunning worden toegestaan. Het is echter wenselijk de bestemming van de gronden aan te laten sluiten bij het beoogde gebruik voor natuurontwikkeling en beekherstel. Derhalve zal de bestemming worden gewijzigd naar 'Natuur', waarmee tevens het huidige agrarisch gebruik zal worden uitgesloten.

Een paardenpension en de bouw van drie woningen zijn niet rechtstreeks, dan wel via een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid, mogelijk op grond van de bestemmingsplanbepalingen. Voor zowel de ontwikkeling van Landgoed De Vloete als de herbestemming naar 'Natuur' is een herziening van de vigerende bestemmingsplannen noodzakelijk.

Met voorliggend bestemmingsplan wordt het benodigd juridisch-planologisch kader geboden om voorgenoemde ontwikkelingen te realiseren.

1.2 Plangebied

Het plangebied omvat het projectgebied Stevert van het projectplan Waterwet, inclusief landgoedontwikkeling De Vloete, dat is gelegen binnen de grenzen van de gemeente Eersel zie onderstaand figuur 1.1. Aan de zuidwestzijde (stroomopwaarts) wordt het plangebied begrensd door de N397 en aan de noord- oostzijde (stroomafwaarts) op ongeveer 600 meter ten noordoosten van De Kuningen (een lokale weg).

afbeelding "i_NL.IMRO.0770.BPBrunvloete0114-VAST_0001.png"

Figuur 1.1 Plangebied de Run en landgoedontwikkeling De Vloete voor de gemeente Eersel.

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

Voorliggend bestemmingsplan heeft betrekking op twee ontwikkelingen, namelijk de realisatie van het uitvoeringsprogramma voor de herinrichting van de Run vanuit het projectplan Waterwet door Waterschap De Dommel en de ontwikkeling van Landgoed De Vloete door initiatiefnemer. De ontwikkelingen raken elkaar op het vlak van grondeigendom: Waterschap De Dommel kan de gronden van initiatiefnemer benutten voor de realisatie van het projectplan Waterwet, waarbij initiatiefnemer in het kader van de door hen beoogde landgoedontwikkeling zorg draagt voor de inrichting en vorming van natuur. De aanpassingen aan de Run en het direct daarlangs gelegen beekdal op het landgoed worden door het waterschap gefinancierd en uitgevoerd.

Voor elke ontwikkeling is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld, welke als bijlage bij deze toelichting zijn opgenomen.

Beekherstel en natuurontwikkeling in beekdal de Run

Voorliggend bestemmingsplan heeft betrekking op het deelgebied 'Stevert' in de gemeente Eersel van het projectgebied uit het Projectplan Waterwet. Het projectplan geeft invulling aan diverse natuur- en wateropgaven in het plangebied, voorkomend uit de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW), Natura 2000, Natuurnetwerk Brabant en Natte natuurparel. Deze opgaven hebben betrekking op het behoud, uitbreiding en versterking van natuurwaarden. In deze opgaven staat het verbeteren van de waterkwaliteit en het herstellen van de ecologische situatie in en langs de beek centraal. Daarnaast is naar aanleiding van de klimatologische omstandigheden van de afgelopen jaren het denken over de omgang met water veranderd. Dit is vertaald in de watertransitie die beoogt om een duurzaam en klimaatrobuust watersysteem te realiseren.

Grofweg kan in dit deelgebied onderscheid worden gemaakt in twee onderdelen ter uitvoering van bovengenoemde opgaven:

  • 1. de transformatie van percelen naar natuur; en
  • 2. de hermeandering van de beek Run.

Transformatie naar natuur

De percelen kadastraal bekend als gemeente Eersel, sectie K en genummerd; 1046, 1408, 1441, 1437, 1043, 1366, 1041, 1418, 631, 1051, 1435, 1052, 1053, 1054, 867, 906 en 1293 worden getransformeerd tot natuurgebied. In de huidige situatie zijn deze percelen bestemd als 'Agrarisch met waarden – Landschappelijke en natuurlijke waarden'. Om het agrarisch gebruik van deze gronden juridisch-planologisch uit te sluiten en de beek- en natuurherstelmaatregelen te borgen, wordt de bestemming van deze percelen gewijzigd naar 'Natuur'.

Hermeandering van de Run

Kern van de voorgenomen activiteiten binnen het Projectplan Waterwet vormen de hydrologische maatregelen die zijn gericht op het verhogen van de stroomsnelheid, het verhogen van de grondwaterstanden en het verbeteren van de beekmorfologie. De beek de Run zal hiervoor over een afstand van circa 9 km worden versmald, verondiept en verlegd. Het precieze profiel wordt nog binnen het Projectplan Waterwet vastgesteld. Met de functieaanduiding 'water' wordt de doorstroomfunctie van de Run geborgd binnen de percelen 'Natuur'. Deze aanduiding is toegevoegd op de reeds als 'Natuur' bestemde percelen kadastraal bekend als gemeente Eersel, sectie K en genummerd 1044, 996, 1000, 1001, 64, 65 en 66.

afbeelding "i_NL.IMRO.0770.BPBrunvloete0114-VAST_0002.png"

Figuur 2.1 Projectgebied en deelgebieden van het Projectplan Waterwet voor de Run

Door transformatie van percelen naar 'Natuur', wordt het bestaande intensieve agrarische gebruik van de percelen uitgesloten en ruimte gecreëerd voor de realisatie van de water- en natuuropgaven. Hierdoor kunnen onder andere de volgende doelen worden gerealiseerd:

  • uitvoeren van KRW-maatregelen volgend uit het stroomgebiedbeheersplan van de Maas (waar de Run onderdeel van uit maakt), o.a. ter verbetering van de omstandigheden in de beek voor macrofauna en beekvissen zoals beekprik, bermpje, riviergrondel en tiendoornige stekelbaars;
  • uitvoeren van maatregelen uit het N2000-beheerplan Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux, o.a. voor de habitattypen Beken en rivieren met waterplanten (waterranonkels) en de Drijvende waterweegbree en voor de soorten Bittervoorn, Beekprik, Kamsalamander en Gevlekte witsnuitlibel.
  • realisatie van gewenste natuurdoeltypen in nog niet gerealiseerde delen van het Natuurnetwerk Brabant (nu nog in gebruik als landbouwgrond);
  • aanbrengen bos voor zuivere lucht en vastlegging van CO2;
  • herstel van kwetsbare natte natuur door het langer vasthouden van grond- en regenwater en daardoor verdroging tegen te gaan;
  • klimaatrobuust maken van het watersysteem, door het langer vasthouden van water in perioden van droogte en ruimte geven aan het water bij hoge piekafvoeren.

Om aan deze doelen invulling te geven zijn mede gronden benodigd van de initiatiefnemer van Landgoedontwikkeling De Vloete. Door deze landgoedontwikkeling worden de bestaande agrarische activiteiten beëindigd, waardoor ruimte beschikbaar komt voor de uitvoering van bovengenoemde maatregelen in het kader van de natuur- en wateropgaven.

Landgoedontwikkeling De Vloete

In het kader van de provinciale landgoedregeling zal ter plaatse van Nedermolen 11 landgoed 'De Vloete' worden ontwikkeld. Deze ontwikkeling voorziet in circa 17 ha natuurontwikkeling met een drietal landhuizen die geconcentreerd aan de Nedermolen worden opgericht als zijnde een boerenerf. De bestaande veehouderij aan de Nedermolen 11 zal in het kader van deze ontwikkeling worden beëindigd waarbij het bovengrondse deel van de mestsilo en de voersilo's worden verwijderd. De voormalige agrarische bedrijfslocatie zal worden omgevormd naar een kleinschalig paardenpension met plaats voor maximaal 15 paarden. Het ondergrondse deel van de mestsilo (mestput) zal gebruikt worden voor de opslag van stalmest.

afbeelding "i_NL.IMRO.0770.BPBrunvloete0114-VAST_0003.png"

Figuur 2.2 Projectgebied en inrichtingsplan landgoed 'De Vloete'

Door de voorgenomen landgoedontwikkeling, wordt o.a. invulling gegeven aan de doelen:

  • beëindiging van het bedrijfsmatig houden van vee nabij N2000-gebieden en nabij het Natuurnetwerk Brabant en daarmee afname van milieubelasting op deze gebieden;
  • realisatie van ca. 17 ha natuur in nog niet gerealiseerde delen van het Natuurnetwerk Brabant (nu nog in gebruik als landbouwgrond);

De bijdrage aan deze doelen vormt tevens een ruime compensatie tegenover de ontwikkeling van een kleinschalig paardenpension en de oprichting van drie woningen in de vorm van een boerenerf.

Tevens worden de volgende doelen vanuit de natuur- en wateropgaven van het waterschap door ontwikkeling van het landgoed gerealiseerd:

  • Het realiseren van gestuurde waterberging in Grootgoor;
  • Het verbeteren van de waterkwaliteit;
  • Het tegengaan van verdroging in Natte Natuurparel Grootgoor;
  • Het inrichten van percelen in het Natuurnetwerk Brabant;
  • Het realiseren van recreatieve voorzieningen en landschappelijke elementen.

In de bijlagen bij de toelichting is een uitgebreide beschrijving op genomen van de voorgenomen ontwikkelingen.

Hoofdstuk 3 Juridische toelichting

3.1 Algemeen

In dit hoofdstuk wordt het juridische deel van het plan nader toegelicht. Voor het opstellen van het bestemmingsplan is aangesloten bij de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP2012).

De SVBP2012 geeft bindende standaarden voor de opbouw en de verbeelding van een bestemmingsplan. De standaarden hebben geen betrekking op de toelichting van het bestemmingsplan. De toelichting maakt immers -strikt juridisch gezien- geen deel uit van het plan.

Bestemmingen

Het centrale onderdeel van de juridische regeling is de bestemming. Ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening worden aan de in het plan begrepen gronden bestemmingen toegewezen met bijbehorende doeleinden. Aan de bestemmingen zijn regels gekoppeld over het gebruik van de in het plan begrepen gronden en van de zich daar bevindende bouwwerken.

Dubbelbestemmingen

Dubbelbestemmingen overlappen bestemmingen en geven eigen regels voor de bescherming van bijzondere leidingen, (mogelijk) aanwezige waarden en waterstaatswerken. Hierbij is sprake van een rangorde tussen de bestemmingen en de dubbelbestemmingen.

Aanduidingen

Aanduidingen worden gebruikt om bepaalde zaken binnen een bestemming of dubbelbestemming nader of specifieker te regelen. Het gaat hierbij om specificaties met betrekking tot het gebruik of de bouwmogelijkheden. De aanduidingen hebben daardoor juridische betekenis en komen ook altijd in de regels van het bestemmingsplan voor.

Verbeelding

De verbeelding is een digitale kaart opgebouwd uit (dubbel)bestemmingen (in kleurvlakken) en aanduidingen. Op deze digitale kaart is voor elke locatie binnen het plangebied te zien welke specifieke regels, voortkomend uit de (dubbel)bestemmingen en aanduidingen op de locatie van toepassing zijn.

3.2 Plandoelen

Het doel van het juridische deel van het bestemmingsplan is het enerzijds planologisch juridisch mogelijk maken van de beoogde ontwikkelingen als beschreven in Hoofdstuk 2 Planbeschrijving, passend binnen de beleidsuitgangspunten van het provinciale en gemeentelijke beleid. Anderzijds beschermt de planologisch juridische regeling van het bestemmingsplan de binnen het plangebied aanwezige waarden en geeft deze invulling aan beleidsdoelstellingen.

De regeling geeft ruimte aan de ontwikkeling van natuur in samenhang met de ontwikkeling van in het gebied aanwezige waarden en (voorzieningen ten behoeve van) extensieve recreatie. Daarnaast voorziet de regeling in de ontwikkeling van Landgoed De Vloete met drie woningen en een kleinschalig paardenpension, waarbij de juridische regeling borgt dat het gebruik van gronden voor deze ontwikkelingen in de toekomst niet kan worden vergroot of worden geïntensiveerd ten opzichte van de in dit plan beoogde situatie. Tevens borgt de regeling dat de herkenbaarheid van het landgoed als geheel en in relatie tot de omgeving na realisatie als zodanig dient te worden behouden, beheerd en beschermd.

Anderzijds worden de in het gebied aanwezige ruimtelijke belangen en waarden via de juridische regeling geborgd, zijnde:

  • bescherming van aanwezige ondergrondse infrastructurele voorzieningen van openbaar nut (watertransportleiding en riooltransportleiding);
  • bescherming van aanwezige ondergrondse infrastructurele voorzieningen met een veiligheidsrisico (ondergrondse brandstofleiding);
  • behoud en bescherming van in het gebied (mogelijk) voorkomende archeologische waarden;
  • bescherming van het watersysteem als geheel en bijbehorende voorzieningen voor het watersysteem (waterberging(svoorzieningen) en de doorstroomfunctie van de beek Run);
  • behoud, herstel en ontwikkeling van in het gebied aanwezige natuurwaarden, zoals natuurparels;
  • behoud, herstel en ontwikkeling van in het gebied aanwezige landschappelijke waarden;
  • behoud, herstel en ontwikkeling van de bestaande biotopen;
  • behoud, herstel en ontwikkeling van in het gebied aanwezige cultuurhistorische waarden;
  • behoud en bescherming van in het gebied aanwezige aardkundige waarden;

Deze doelen zijn vertaald in de planregeling zoals in de navolgende paragrafen is beschreven.

3.3 Planopzet

De planregels zijn opgebouwd volgens de systematiek van de SVBP2012. Om de leesbaarheid te bevorderen is in de SVBP2012 gekozen voor een vaste volgorde in indeling van planregels. Onderhavig bestemmingsplan is hierop afgestemd en kent de volgende indeling in planregels:

  • I. Hoofdstuk 1: Inleidende regels;
    Dit hoofdstuk bevat twee artikelen. In het eerste artikel zijn de begrippen opgenomen die van belang zijn voor de toepassing van het plan. De begripsbepalingen staan, behalve voor de begrippen 'plan' en 'bestemmingsplan' op alfabetische volgorde. Het tweede artikel betreft de wijze van meten, waarin wordt aangegeven hoe bij de toepassing van de bestemmingsregels wordt gemeten.

  • II. Hoofdstuk 2: Bestemmingsregels
    Dit hoofdstuk kent aan elke bestemming een artikel toe met planregels. In de bestemmingsregel wordt aangegeven waarvoor en hoe de betreffende gronden mogen worden gebruikt en bebouwd. Een bestemmingsartikel wordt uit de volgende leden in deze volgorde opgebouwd;
    • a. bestemmingsomschrijving;
    • b. bouwregels;
    • c. nadere eisen;
    • d. afwijken van de bouwregels;
    • e. specifieke gebruiksregels;
    • f. afwijken van de gebruiksregels;
    • g. omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk;
    • h. wijzigingsbevoegdheid (niet van toepassing in dit plan).

In paragraaf 3.4 wordt nader ingegaan op de verschillende bestemmingen.

  • III. Hoofdstuk 3: Algemene regels
    De algemene regels bestaan in dit bestemmingsplan uit:
    • a. een anti-dubbeltelregel: betreft een verplichte regel vanuit het Besluit ruimtelijke ordening om te voorkomen dat wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein niet nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld;
    • b. algemene bouwregels: hierin wordt geregeld dat wanneer een bestaande maatvoering afwijkt ten aanzien van de in de bestemming opgenomen bouwregels, deze afwijking mag blijven bestaan;
    • c. algemene gebruiksregels: hierin worden aangegeven welk gebruik in ieder geval onder strijdig gebruik wordt verstaan;
    • d. algemene aanduidingsregels: hierin worden regels gegeven voor de op de verbeelding op genomen gebiedsaanduidingen, in paragraaf 3.6 wordt nader ingegaan op de verschillende gebiedsaanduidingen;
    • e. algemene afwijkingsregels: hierin wordt bepaald waarvoor het bevoegd gezag een omgevingsvergunning kan verlenen voor het afwijken van het bestemmingsplan;
    • f. overige regels: hierin is bepaald dat burgemeester en wethouders aanvullende eisen kunnen stellen op het bepaalde in de planregels en is een vergunningsplicht ten aanzien van het vellen van houtopstanden opgenomen.

  • IV. Hoofdstuk 4: Overgangs- en slotbepalingen
    In dit hoofdstuk zijn de standaardregels opgenomen aangaande overgangsrecht zoals verwoord in het Besluit ruimtelijke ordening en de slotregel.

  • V. Bijlagen bij de regels
    Als bijlage bij de regels zijn opgenomen:
    • a. Staat van bedrijfsactiviteiten; hierin is aangegeven welke bedrijven in het plangebied zijn toegestaan, met in achtname van het bepaalde in de specifieke bestemmingen;
    • b. Afstemmingsnotitie Landschapsinvesteringsregeling De Kempen; deze notitie bevat de wijze van kwaliteitsverbetering van het landschap, welke bij toepassing van diverse binnenplanse afwijkbevoegdheden is vereist;
    • c. Kaart wegcategorisering; deze kaart geeft de functie van diverse wegen in het buitengebied van de gemeente Eersel weer, welke relevant is met betrekking tot de minimale afstanden tot wegen als vervat in de bouwregels;
    • d. Inrichtingsplan Landgoed De Vloete; in dit plan is de inrichting van landgoed De Vloete opgenomen, waarvan de realisatie middels een voorwaardelijke verplichting in de planregels is geborgd.
    • e. Parkeerbeleidsplan gemeente Eersel; hierin zijn de parkeernormen van de gemeente Eersel opgenomen, waaraan getoetst wordt bij het verlenen van een omgevingsvergunning 'bouwen' of een omgevingsvergunning voor het afwijken van de gebruiksregels.

3.4 Bestemmingen

Enkelbestemmingen

In het plangebied komen de volgende enkelbestemmingen voor:

Natuur

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor het behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke en natuurwaarden (waaronder (natte) natuurparels), cultuurhistorische en landschappelijke waarden en bestaande biotopen, het zodanig instandhouden van de niet-beboste gedeelten, behoud en bescherming van aardkundige waarden, water en waterhuishoudkundige voorzieningen, extensief recreatief medegebruik en agrarisch gebruik gericht op natuurbeheer.

Ter plaatse van de functieaanduiding 'water' moet de doorstroomfunctie van de watergang zijn verzekerd. Hiermee is geborgd dat de beek de Run binnen de percelen 'Natuur' (vrij) kan meanderen, zonder dat de beek op grond van het overig binnen de bestemming toegestane gebruik kan komen te vervallen.

Op deze gronden zijn geen gebouwen toegestaan. Enkel bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming. Het aanbrengen van teeltondersteunende voorzieningen is verboden, evenals het gebruik van de gronden voor lawaaisporten, verblijfsrecreatie en/of het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest (tenzij dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond). Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - uitkijktoren' mag een uitkijktoren worden gebouwd met een hoogte van 10 m hoog, gemeten vanaf de bovenkant van een terp van 5 m hoog ten opzichte van omliggend maaiveld. De totale hoogte van de uitkijktoren en terp ten opzichte van het omliggend maaiveld bedraagt daarmee 15 meter. Omdat over de aanleg van de uitkijktoren veelvuldige afstemming heeft plaatsgevonden met het bevoegd gezag, zijn de werkzaamheden voor deze terp en uitkijktoren uitgezonderd in de vergunningplichten vanuit andere dubbelbestemmingen en/of aanduidingen.

Voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden geldt een vergunningsplicht, als het gaat om: het verwijderen van houtopstanden, het diepploegen en diepwoelen van de bodem of het aanbrengen van oppervlakteverhardingen en halfverhardingen tenzij deze werkzaamheden plaatsvinden in het kader van het bos- of natuurbeheer of ten behoeve van het recreatief medegebruik.

Ook het aanbrengen van ondergrondse leidingen is vergunningplichtig.

Recreatie

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor verblijfsrecreatieve voorzieningen en water en waterhuishoudkundige voorzieningen. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - paardenpension' is ter plaatse van Nedermolen 11 een paardenpension voor het stallen van maximaal 15 paarden toegestaan. Ter plaatse van de aanduiding 'landschapswaarden' is het gebruik mede gericht op het behoud van landschapselementen, zijnde de houtopstanden langs de perceelsgrens van Nedermolen 11.

Gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van voorgenoemde doeleinden zijn toegestaan binnen het bouwvlak van 5.000 m2. De omvang, hoogte en afstanden van deze bouwwerken tot wegen zijn in de bouwregels uitgewerkt en begrenst. Van deze maten kan het bevoegd gezag middels een binnenplanse afwijkbevoegdheid afwijken.

Het gebruik van de gronden voor woondoeleinden is niet toegestaan, met uitzondering van het bewonen van de bedrijfswoning ter plaatse van de functieaanduiding 'bedrijfswoning'. Dit betreft de bestaande bedrijfswoning bij het paardenpension.

Voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden geldt een vergunningsplicht, als het gaat om het verwijderen van houtopstanden en het diepploegen en het aanbrengen van ondergrondse leidingen ter plaatse van de aanduiding 'landschapswaarden.

Wonen - Landgoed

De voor 'Wonen - Landgoed' aangewezen gronden zijn bestemd voor het wonen in woningen (al dan niet in combinatie met aan huis verbonden beroepen), niet- publieksgerichte beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten, groenvoorzieningen, ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, erfbeplanting en landschappelijke beplanting ten behoeve van een goede inpassing en/of visueel afschermende functie naar het omliggende gebied (zoals opgenomen in het bij de regels gevoegde inrichtingsplan De Vloete) en water en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder waterberging.

Middels de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - landgoed 5' is voor landgoed De Vloete geborgd dat er maximaal 3 woningen gebouwd mogen worden binnen het bestemmingsvlak. Middels een voorwaardelijke verplichting is geborgd dat bij de bouw van deze woningen het inrichtingsplan als opgenomen in de bijlage van de regels wordt gerealiseerd en de daarin opgenomen inrichting in stand wordt gehouden. Voor deze gebouwen en daarbij behorende / overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn bepalingen ten aanzien van omvang, hoogte en afstanden uitgewerkt in de bouwregels.

Voor het medegebruik van een woning voor een niet- publieksgerichte beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten zijn nadere regels gesteld ten aanzien van de omvang en de impact op de omgeving. Ter specificering van de soort beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten is bij de planregels een Staat van Bedrijfsactiviteiten opgenomen.

Dubbelbestemmingen

De binnen het plangebied aanwezige dubbelbestemmingen zijn overgenomen uit de geldende bestemmingsplannen (als beschreven in paragraaf 1.1) en opgenomen op de verbeelding. De bij deze dubbelbestemmingen behorende planregels zijn overgenomen uit het ontwerpbestemmingsplan 'Buitengebied 2017, 2e herziening'. Voor een toelichting op deze dubbelbestemmingen wordt derhalve verwezen naar het plan 'Buitengebied 2017' en de navolgende herzieningen.

3.5 Algemene regels

Algemene bouwregels

Middels een algemene bouwregels worden bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die opgericht zijn in overeenstemming met de Woningwet maar in afwijking van de bestemmingsplanregels gedoogd. Herbouw van deze bouwwerken is niet toegestaan.

Algemene gebruiksregels

Middels een algemene gebruiksregels is benadrukt dat gronden en bouwwerken alleen in overeenstemming met de gegeven bestemming(en) mag worden gebruikt. Ook het gebruik voor de beoefening van lawaaisporten is in zijn algemeenheid uitgesloten.

In aanvulling op de planregels uit 'Buitengebied 2017, 2de herziening' ten aanzien van de voorwaardelijke verplichting voor waterberging vanwege het aanleggen van verhardingen, is bepaald dat deze waterberging niet gesitueerd mag worden in het gebied dat is aanwezegen als 'overige zone - reservering waterberging'. Dit gebied is namelijk gereserveerd voor de waterbergingsopgave van de beek de Run.

Daarnaast zijn twee aanvullende voorwaardelijke verplichtingen gesteld, zoals de verplichting tot het realiseren van voldoende parkeergelegenheid. Dit is geborgd via de aanduiding 'wetgevingszone - voorwaardelijke bepaling' ter plaatse van de nieuw beoogde ontwikkeling van landgoedwoningen. Daarnaast is de verplichting opgenomen om de ingrepen in de bodem ter plaatse van het landgoed als één project aan te merken in het kader van archeologisch onderzoek, via de aanduiding 'wetgevingszone - voorwaardelijke bepaling archeologie'. Hiermee borgt de planregeling dat de totale ontwikkeling niet in kleinere projecten wordt ondergebracht, waarmee de oppervlakte van de projectgebieden binnen de vrijstelling van archeologisch onderzoek wordt gebracht. Hiermee is verzekerd dat voor de ontwikkeling van het landgoed archeologisch onderzoek wordt verricht.

3.6 Gebiedsaanduidingen

De binnen het plangebied aanwezige gebiedsaanduidingen zijn overgenomen uit de geldende bestemmingsplannen (als beschreven in paragraaf 1.1) en opgenomen op de verbeelding. De bij deze aanduidingen behorende planregels zijn overgenomen uit het bestemmingsplan 'Buitengebied 2017, 2e herziening'. Voor een toelichting op deze gebiedsaanduidingen wordt derhalve verwezen naar het plan 'Buitengebied 2017' en de navolgende herzieningen.

Hoofdstuk 4 Haalbaarheid

4.1 Beleidskader

Uit de bij deze toelichting opgenomen ruimtelijke onderbouwingen van de beoogde ontwikkelingen, blijkt dat er geen sprake is van onoverkomelijke strijdigheden met Rijks-, provinciaal, regionaal en/of gemeentelijk beleid. Naast het relevante ruimtelijke beleid is ook het relevante waterbeleid beschreven. In de ruimtelijke onderbouwing voor het beekherstel van de Run is dit opgenomen in het beleidskader (hoofdstuk 3) en voor Landgoed de Vloete in de waterparagraaf (hoofdstuk 4).

4.2 Milieu- en omgevingsaspecten

Uit de bij deze toelichting opgenomen ruimtelijke onderbouwingen van de beoogde ontwikkelingen, blijkt dat er geen sprake is van onevenredige milieuhygiënische belemmeringen of andere omgevingsaspecten die de haalbaarheid van de betreffende ontwikkelingen in de weg staan.

Hoofdstuk 5 Uitvoerbaarheid

5.1 Financiële uitvoerbaarheid

Op grond van artikel 6.2.1 Bro is voorgenomen ontwikkeling aangewezen als een 'bouwplan'. Op grond van artikel 6.12 lid 1 Wro in samenhang met artikel 6.12 lid 4 Wro is een gemeenteraad verplicht om de kosten te verhalen en een exploitatieplan vast te stellen tegelijkertijd met het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan waar het exploitatieplan betrekking op heeft. De gemeenteraad kan op grond van artikel 6.12 lid 2 Wro besluiten geen exploitatieplan vast te stellen als het kostenverhaal op een andere manier is verzekerd.

De kosten voor de realisatie van de in dit plan beschreven ontwikkelingen zijn voor rekening van het waterschap de initiatiefnemer zelf. Over de kosten voor het in procedure brengen van voorliggend bestemmingsplan heeft de gemeente Eersel met de partijen nadere afspraken gemaakt. Met Waterschap de Dommel is een planschadeverhaalovereenkomst geregeld en met initiatiefnemer is een anterieure overeenkomst gesloten. Hiermee is het kostenverhaal op een andere manier verzekerd. De financiële uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan is hiermee geborgd.

5.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Bij de totstandkoming van een bestemmingsplan dient een zorgvuldige afweging van de mogelijk in geding zijnde belangen bij de planvorming te worden betrokken. In deze paragraaf is een toelichting opgenomen hoe andere overheidsdiensten, maatschappelijke organisaties, bedrijven en burgers bij de totstandkoming van voorliggend bestemmingsplan zijn betrokken.

Vooroverleg

Het concept ontwerpbestemmingsplan 'Beekherstel de Run Stevert - Landgoed de Vloete' is overeenkomstig artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening door de gemeente Eersel voorgelegd aan diverse partijen. Op het concept ontwerpbestemmingsplan is van de volgende partijen een vooroverlegreactie ontvangen:

  • Provincie Noord-Brabant;
  • Waterschap De Dommel;
  • Defensie Pijpleiding Organisatie (DPO).

Voor zover de reactie aanleiding gaf tot aanpassing van het concept ontwerpbestemmingsplan is de reactie verwerkt in voorliggend ontwerp bestemmingsplan.

Zienswijzen

De formele procedure rond een bestemmingsplan is geregeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit betekent dat het plan na besluit van het college van burgemeester en wethouders voor zes weken ter inzage zal worden gelegd. Gedurende deze periode is het voor eenieder mogelijk om een zienswijze op het planvoornemen in te dienen. Alle ontvangen en ontvankelijke zienswijzen worden samengevat en beantwoord in de Nota beantwoording zienswijzen. De zienswijzen worden betrokken bij de vaststelling van het bestemmingsplan door de Raad van de gemeente Eersel.

Het ontwerp bestemmingsplan heeft van 22 december 2023 tot 2 februari 2024 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode zijn vier ontvankelijke zienswijzen op het ontwerp bestemmingsplan ingediend, die voornamelijk betrekking hadden op de inhoudelijke maatregelen uit het ontwerp Projectplan Waterwet. De zienswijzen gaven geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. De nota met de beantwoording van deze zienswijzen is opgenomen in Bijlage 3 Nota van zienswijzen.

Naar aanleiding van de vaststelling van het definitief Projectplan Waterwet is de beschrijving van de maatregelen in de toelichting op het beekherstelproject van dit bestemmingsplan in lijn gebracht met het vastgestelde projectplan. Als ambtelijke wijziging is het bij het ontwerpplan abusievelijk opgenomen perceel kadastraal bekend als Eersel sectie K met nummer 1294 buiten het plangebied gelaten. Dit perceel behoorde niet tot het plangebied. De plangrens is hierop aangepast. Daarnaast is de plangrens gewijzigd nabij Stevert ter plaatse van het perceel kadastraal bekend als Eersel sectie K met nummer 1506 (beekloop van de Run). Een deel van dit perceel wordt via het bestemmingsplan 'Fietspad Stevert-Walik', vastgesteld op 26 april 2024, van een passende verkeersbestemming voorzien. De plangrens van voorliggend bestemmingsplan is daarom aangepast op de de plangrens van het bestemmingsplan 'Fietspad Stevert-Walik'. Verder is het Inrichtingsplan Landgoed de Vloete (Bijlage 4 van de planregels) vervangen door het door de gemeenteraad van Eersel vastgestelde beeldkwaliteitsplan voor het landgoed.

Beroep

Na besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan door de Raad, wordt het, al dan niet gewijzigde, vastgestelde bestemmingsplan wederom voor zes weken ter inzage gelegd. Gedurende deze periode is het voor belanghebbenden mogelijk om tegen het vaststellingsbesluit van de Raad beroep in te stellen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Wanneer geen beroep wordt ingesteld, wordt het vastgestelde bestemmingsplan na afloop van de beroepstermijn onherroepelijk en treedt het plan in werking.