direct naar inhoud van Artikel 35 Algemene aanduidingsregels
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0770.BPB200900001-vast

Artikel 35 Algemene aanduidingsregels

35.1 Gebiedsaanduidingen

Ter plaatse van de gebiedsaanduidingen:

  • a. "reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied primair";
  • b. "reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied secundair";
  • c. "reconstructiewetzone - extensiveringsgebied natuur";
  • d. "reconstructiewetzone - extensiveringsgebied overige";
  • e. "reconstructiewetzone - verwevingsgebied";
  • f. “wro-zone - aanlegvergunning aardkundig waardevol“;
  • g. “wro-zone - aanlegvergunning historisch geografisch waardevol“;
  • h. “wro-zone – wijzigingsgebied 1”;
  • i. “wro-zone – wijzigingsgebied bebouwingsconcentratie”;
  • j. "wro-zone - wijzigingsgebied ecologische verbindingszone";

aangeduide gronden gelden specifieke regels. Deze specifieke regels zijn opgenomen in de bestemming waarbinnen dit geldt.

35.2 Geluidzone - industrie

In afwijking van het overigens in het plan bepaalde is het niet toegestaan nieuwe geluidsgevoelige objecten te bouwen of geluidsgevoelige terreinen aan te leggen of in te richten ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - industrie", te weten de 50 dB(A) zone behorende bij het industrieterrein.

35.3 Geluidzone - motorcrossterrein

In afwijking van het overigens in het plan bepaalde is het niet toegestaan nieuwe geluidsgevoelige objecten te bouwen of geluidsgevoelige terreinen aan te leggen of in te richten ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - motorcrossterrein", te weten de 50 dB(A) zone behorende bij het motorcrossterrein.

35.4 Geluidzone - vliegveld
35.4.1 Verbodsbepaling

In afwijking van het overigens in het plan bepaalde is het niet toegestaan nieuwe geluidsgevoelige objecten te bouwen of geluidsgevoelige terreinen aan te leggen, in te richten of te gebruiken ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 65-55 Ke", te weten het gebied tussen de 65 en 55 Ke-lijn, ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 55-45 Ke", te weten het gebied tussen de 55 en de 45 Ke-lijn, ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 45-40 Ke", te weten het gebied tussen de 45 en 40 Ke-lijn of ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 40-35 Ke", te weten het gebied tussen de 40 en 35 Ke-lijn, allen behorende bij het vliegveld.

35.4.2 Ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 35.4.1teneinde het oprichten van geluidsgevoelige objecten en/of het aanleggen, inrichten of gebruiken van geluidsgevoelige terreinen ten behoeve van de op deze gronden liggende bestemmingen toe te staan ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 65-55 Ke", ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 55-45 Ke", ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 45-40 Ke" of ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld 40-35 Ke", mits hierbij wordt voldaan aan de wet- en regelgeving omtrent geluidsbelasting door landende en opstijgende luchtvaartuigen per aangeduid Ke-gebied.

35.5 Geluidzone - vliegveld grondgeluid
35.5.1 Verbodsbepaling

In afwijking van het overigens in het plan bepaalde is het niet toegestaan nieuwe geluidsgevoelige objecten te bouwen of geluidsgevoelige terreinen aan te leggen, in te richten of te gebruiken ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - vliegveld grondgeluid", te weten de geluidzone behorende bij het grondgeluid van het vliegveld.

35.5.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "geluidzone - vliegveld grondgeluid" te verplaatsen ten behoeve van een nieuw vastgestelde of vast te stellen geluidzone grondgeluid van het vliegveld.

35.6 Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied

Ter plaatse van de aanduiding "milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied" geldt als aanvullend doeleind de bescherming van de kwaliteit van het grondwater ten behoeve van de openbare drinkwatervoorziening.

35.7 Milieuzone - stiltegebied

Ter plaatse van de aanduiding “milieuzone – stiltegebied” zijn geen nieuwe ontwikkelingen toegelaten die het natuurlijk heersende geluidsniveau van 40 dB(A) structureel aantasten. Dit betekent in ieder geval dat onderstaande functies niet zijn toegestaan:

  • a. lawaaisporten;
  • b. nieuwvestiging van intensieve recreatie;
  • c. nieuwvestiging van niet-agrarische bedrijvigheid;
  • d. laagvliegbewegingen;

Een geluidsrapport dient te worden overlegd wanneer nieuwe functies zijn gepland binnen het stiltegebied.

35.8 Veiligheidszone - leiding
35.8.1 Bouwregels

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - leiding" is het verboden kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten op te richten.

35.8.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "veiligheidszone - leiding" te wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding "veiligheidszone - leiding" vervalt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de risicovolle inrichting buiten werking is gesteld;
  • b. de aanduiding "veiligheidszone - leiding" wordt verkleind, indien uit onderzoek is gebleken dat door een wijziging van de bedrijfsvoering in de risicovolle inrichting de plaatsgebonden risicocontour kleiner is geworden of dat door aangepaste wet- en regelgeving, nieuwe inzichten, danwel nieuwe rekenmethoden een kleinere plaatsgebonden risicocontour geldt.
35.9 Veiligheidszone - lpg
35.9.1 Bouwregels

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - lpg" is het verboden kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten op te richten.

35.9.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "veiligheidszone - lpg" te wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding "veiligheidszone - lpg" vervalt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de risicovolle inrichting buiten werking is gesteld;
  • b. de aanduiding "veiligheidszone - lpg" wordt verkleind, indien uit onderzoek is gebleken dat door een wijziging van de bedrijfsvoering in de risicovolle inrichting de plaatsgebonden risicocontour kleiner is geworden of dat door aangepaste wet- en regelgeving, nieuwe inzichten, danwel nieuwe rekenmethoden een kleinere plaatsgebonden risicocontour geldt.
35.10 Veiligheidszone - munitie
35.10.1 Veiligheidszone - munitie B

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - munitie B", te weten de B-gevarenzone munitieopslagplaatsen, is geen bebouwing toegestaan, waarin zich regelmatig personen bevinden, zoals woonhuizen, winkels, kantoren, fabrieken, cafés en dergelijke. Daarnaast zijn sportvelden, zwembaden, kampeerterreinen, caravanparken, jachthavens en dergelijke niet toegestaan. Wegen met beperkt verkeer zijn toelaatbaar, evenals beperkte dagrecreatie.

35.10.2 Veiligheidszone - munitie C

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - munitie C", te weten de C-gevarenzone munitieopslagplaatsen, is het verboden gebouwen op te richten met vlies- of gordijngevelconstructies alsmede gebouwen met grote glasoppervlakten, waarin zich in de regel een groot aantal mensen bevindt.

35.10.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "veiligheidszone - munitie B" en/of de aanduiding "veiligheidszone - munitie C" te wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding "veiligheidszone - munitie B" en/of de aanduiding "veiligheidszone - munitie C" vervalt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de risicovolle inrichting buiten werking is gesteld;
  • b. de aanduiding "veiligheidszone - munitie B" en/of de aanduiding "veiligheidszone - munitie C" wordt verkleind, indien uit onderzoek is gebleken dat door een wijziging van de bedrijfsvoering in de risicovolle inrichting de plaatsgebonden risicocontour kleiner is geworden of dat door aangepaste wet- en regelgeving, nieuwe inzichten, danwel nieuwe rekenmethoden een kleinere plaatsgebonden risicocontour geldt.
35.11 Veiligheidszone - overige inrichtingen
35.11.1 Bouwregels

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - overige inrichtingen" is het verboden kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten op te richten.

35.11.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "veiligheidszone - overige inrichtingen" te wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding "veiligheidszone - overige inrichtingen" vervalt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de risicovolle inrichting buiten werking is gesteld;
  • b. de aanduiding "veiligheidszone - overige inrichtingen" wordt verkleind, indien uit onderzoek is gebleken dat door een wijziging van de bedrijfsvoering in de risicovolle inrichting de plaatsgebonden risicocontour kleiner is geworden of dat door aangepaste wet- en regelgeving, nieuwe inzichten, danwel nieuwe rekenmethoden een kleinere plaatsgebonden risicocontour geldt.
35.12 Veiligheidszone - vliegveld
35.12.1 Veiligheidszone - vliegveld 10-6 - 10-5

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - vliegveld 10-5", te weten het gebied tussen de 10-6 en de 10-5 risicocontour van het plaatsgebonden risico, gelden de volgende bepalingen:

  • a. nieuwbouw van een gebouw, niet zijnde een bedrijfswoning, is niet toegestaan;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a. kan voor nieuwbouw van een gebouw een verklaring van geen bezwaar worden afgegeven door het rijk:
  • c. ten aanzien van een woning en een kwetsbaar gebouw bij een vliegveld wordt de verklaring van geen bezwaar, bedoeld onder b., slechts afgegeven:
    • 1. bij nieuwbouw op een open plek in de bestaande bebouwing;
    • 2. bij verandering van de bestemming van een gebouw; of
    • 3. bij verplaatsing van een woning of een kwetsbaar gebouw naar een minder risicodragende locatie binnen het gebied;
  • d. het bepaalde onder c sub 3 wordt niet eerder toegepast dan nadat aan de oude woning of aan het oude kwetsbare gebouw de bestemming is onttrokken.
35.12.2 Veiligheidszone - vliegveld groter dan 10-5

Ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - vliegveld groter dan 10-5", te weten het gebied groter dan de 10-5 risicocontour van het plaatsgebonden risico, gelden de volgende bepalingen:

  • a. nieuwbouw van een gebouw is niet toegestaan;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a. is vervangende nieuwbouw van bestaande bedrijfswoningen toegestaan;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a. kan voor vervangende nieuwbouw van een beperkt kwetsbaar gebouw en voor nieuwbouw van een overig gebouw, te weten een gebouw niet zijnde een woning, een beperkt kwetsbaar gebouw of een kwetsbaar gebouw, een verklaring van geen bezwaar door het rijk worden afgegeven.
35.12.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming op onderdelen wijzigen teneinde de aanduiding "veiligheidszone - vliegveld 10-5" en/of "veiligheidszone - vliegveld 10-6" te wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding "veiligheidszone - vliegveld 10-5" en/of "veiligheidszone - vliegveld 10-6" wordt verkleind, indien uit onderzoek is gebleken dat door een wijziging van de bedrijfsvoering in de risicovolle inrichting de plaatsgebonden risicocontour kleiner is geworden of dat door aangepaste wet- en regelgeving, nieuwe inzichten, danwel nieuwe rekenmethoden een kleinere plaatsgebonden risicocontour geldt.
35.13 Vrijwaringszone - molenbiotoop
35.13.1 Algemen

Ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - molenbiotoop" gelden ter bescherming en instandhouding van de belangen van de bestaande molen als werktuig en beeldbepalend landschapselement en ter behoud, beheer en bescherming van de cultuurhistorische waarden van de molen de hierna volgende bepalingen:

35.13.2 Bouwregels

Binnen deze aanduiding zijn uitsluitend toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van de molen. Bouwen ten behoeve van de onderliggende bestemming is uitsluitend toegestaan in één van de volgende gevallen:

  • a. bestemming is toegestaan, maximaal 4,60 m bedragen binnen een afstand van 50 m gemeten vanaf de voet van de molen;
  • b. op een afstand van meer dan 50 m gemeten vanaf de voet van de molen mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan maximaal 1/50 van de afstand gemeten tussen het bouwwerk en de voet van de aangeduide molen, vermeerderd met 3,60 m.
  • c. na verlening van ontheffing als opgenomen in 35.13.3.
35.13.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 35.13.2teneinde het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende bestemmingen toe te staan, mits de hierdoor hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en het toekomstige functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering, de waarde van de molen als landschapselement en de cultuurhistorische waarde, niet onevenredig in gevaar kan worden gebracht. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij een terzake deskundige.

35.13.4 Aanlegvergunning
a Aanlegvergunningplichtige werken

Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten voeren:

  • 1. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur;
  • 2. het ophogen van gronden;
  • 3. het beplanten met bomen, heesters en andere opgaande begroeiing.
b Uitzonderingen

Het onder a vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:

  • 1. werken of werkzaamheden, die het normale onderhoud betreffen overeenkomstig de overige bestemmingen van deze gronden, dan wel
  • 2. van ondergeschikte betekenis zijn en/of
  • 3. voortvloeien uit het normale gebruik overeenkomstig de bestemming;
  • 4. welke ten tijde van het van kracht worden van het plan in uitvoering waren;
  • 5. binnen het kader van het op de bestemming van die gronden gerichte normale onderhoud en beheer, dan wel
  • 6. die welke voortvloeien uit het normale gebruik.
c Verlening

De onder a bedoelde werken of werkzaamheden zijn toelaatbaar, indien door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en/of toekomstig functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering, de waarde van de molen als landschapselement en de cultuurhistorische waarde, niet onevenredig in gevaar kan worden gebracht. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij een terzake deskundige.

35.14 Vrijwaringszone - vliegveld
35.14.1 Algemeen

Ter plaatse van de aanduiding vrijwaringszone - vliegveld 20,3 m NAP", ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 22,4 m NAP", ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 32,4 m NAP", ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 42,4 m NAP", ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 52,4 m NAP", ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 62,4 m NAP" gelden ter bescherming en instandhouding van de belangen van de ILS-zone van het vliegveld de hierna volgende bepalingen:

35.14.2 Bouwen

Op de in 35.14.1 bedoelde gronden zijn uitsluitend toegestaan bouwwerken die ten dienste staan van het vliegveld. Bouwen ten behoeve van de bestemming is uitsluitend toegestaan met een maximale goot- en bouwhoogte, zoals ter plaatse op grond van de bestemming geldt, met dien verstande dat:

  • a. ter plaatse van de aanduiding vrijwaringszone - vliegveld 20,3 m NAP" een maximale bouwhoogte geldt van 20,3 m ten opzichte van NAP;
  • b. ter plaatse van de aanduiding vrijwaringszone - vliegveld 22,4 m NAP" een maximale bouwhoogte geldt van 22,4 m ten opzichte van NAP;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 32,4 m NAP" maximale bouwhoogte geldt van 32,4 m ten opzichte van NAP;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 42,4 m NAP" maximale bouwhoogte geldt van 42,4 m ten opzichte van NAP;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 52,4 m NAP" maximale bouwhoogte geldt van 52,4 m ten opzichte van NAP;
  • f. ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - vliegveld 62,4 m NAP" maximale bouwhoogte geldt van 62,4 m ten opzichte van NAP.
35.14.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 35.14.2teneinde het oprichten van hogere bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende bestemmingen toe te staan, mits hierbij de ILS-zone niet wordt geschaad. Hiertoe wordt advies ingewonnen bij het ministerie van Defensie.