Artikel 3 Begrippen (artikel 1)
Artikel 1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met het begrip hoofdgebouw. Hiertoe wordt een nieuw sub 1.53. tussengevoegd. De navolgende subleden worden vernummerd. Het nieuwe sub 1.53 komt als volgt te luiden:
1.53 Hoofdgebouw
Een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
Artikel 6 Bestemming 'Bedrijventerrein' (artikel 7)
6.1 Bestemmingsomschrijving (artikel 7, lid 7.1)
Artikel 7, lid 7.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub j. De navolgende subleden worden vernummerd. Het nieuwe sub j komt als volgt te luiden:
-
sub j: ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - metaalbewerkingsbedrijf', tevens
voor een metaalbewerkingsbedrijf behorende tot categorie 3.2 van de Lijst van bedrijfsactiviteiten.
6.2 Strijdig gebruik (artikel 7, lid 5.2)
Artikel 7 lid 5.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub n. Het nieuwe sub n komt als volgt te luiden:
-
Sub n: de opslag van vuurwerk, tenzij het opslag betreft ten behoeve van een verkooppunt van
vuurwerk op hetzelfde bouwperceel en deze opslag zich beperkt tot enkel de maanden december en
januari van elk kalenderjaar.
6.3 Opslag van vuurwerk (artikel 7, lid 5)
Artikel 7 lid 5 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw lid 5.3. Het nieuwe 7.5.3 komt als volgt te luiden:
7.5.3: In afwijking van artikel 7.5.2 sub n is opslag van vuurwerk ten behoeve van verkoop elders
uitsluitend toegestaan, wanneer dit betreft opslag die vergund is op basis van het voorgaand geldende
bestemmingsplan. Deze gebruiksmogelijkheid vervalt indien deze duurzaam is beëindigd. Van een
duurzame beëindiging is sprake indien het gebruik gedurende een half jaar of meer is beëindigd.
Artikel 7 Bestemming 'Centrum' (artikel 9)
7.1 Bouwregels, hoofdgebouwen (artikel 9, lid 9.2.1)
Artikel 9, lid 9.2.1 sub g van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt verwijderd. De subleden h en i worden vernummerd tot respectievelijk sublid g en l.
Artikel 9, lid 9.2.1 wordt aangevuld met een nieuw sub h, i, j en k. De nieuwe subleden h, i, j en k komen als volgt te luiden:
-
sub h: De dakhelling bedraagt maximaal 60°.
-
sub i: Het bouwen van gebouwen met een plat dak is niet toegestaan, behoudens ter plaatse van de
aanduiding 'plat dak' en daar waar aanwezig ten tijde van het ter visie leggen van dit ontwerp van het
bestemmingsplan. Onder plat dak wordt in ieder geval niet verstaan: een gecombineerde dakvorm,
waarbij een gedeelte van het dak plat is uitgevoerd.
-
sub j: Het bouwen van nieuwe hoofdgebouwen geheel of ten dele ten behoeve van de functie 'wonen'
is niet toegestaan, tenzij het vervangende nieuwbouw betreft, waarbij er geen sprake is van
woningvermeerdering.
-
sub k: In afwijking van het bepaalde in sub j is het ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal
wooneenheden' toegestaan nieuwe woningen te bouwen, mits het totale aantal woningen op het
bouwperceel het aangeduide maximum aantal woningen niet overschrijdt.
7.2 Bouwregels, bijbehorende bouwwerken (artikel 9, lid 9.2.3)
In artikel 9, lid 9.2.3 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt sub a gewijzigd, welke als volgt komt te luiden:
- sub a: Bijbehorende bouwwerken mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat buiten het bouwvlak bijbehorende bouwwerken, niet zijnde binnenterrassen
bij horecagelegenheden, uitsluitend achter de naar de weg gekeerde zijde van het bouwvlak mogen
worden gebouwd.
7.3 Specifieke gebruiksregels, Gebruik ten behoeve van wonen (artikel 9, lid 9.5.2)
Artikel 9, lid 9.5.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden:
9.5.2 Gebruik ten behoeve van wonen
Voor het gebruik voor wonen gelden de volgende regels:
-
a. Wonen is toegestaan in hoofdgebouwen, in de vorm van woningen en appartementen, voor zover - op grond van de gemeentelijke Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en de Basisregistratie Personen (BRP) - aanwezig ten tijde van ter visie legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Woningvermeerdering is niet toegestaan.
-
b.
In afwijking van het bepaalde sub a zijn ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal
wooneenheden' het aantal woningen toegestaan zoals aangegeven op de verbeelding.
-
c. De uitoefening van een beroep aan huis in hoofd- en bijbehorende bouwwerken is toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de begane grond van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van het beroep aan huis, met een maximum van 45 m².
7.4 Strijdig gebruik (artikel 9, lid 5.3)
Artikel 9 lid 5.3 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub l. Het nieuwe sub l komt als volgt te luiden:
-
Sub l: de opslag van vuurwerk.
Artikel 8 Bestemming 'Detailhandel' (artikel 11)
8.1 Bestemmingsomschrijving (artikel 11, lid 11.1)
In artikel 11, lid 11.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt sub c gewijzigd, welke als volgt komt te luiden:
-
sub c: appartementen en grondgebonden woningen, voor zover aanwezig ten tijde van ter visie legging van dit ontwerpplan.
8.2 Bouwregels, gebouwen (artikel 11, lid 11.2.1)
In artikel 11, lid 11.2.1, van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt de aanhef van het artikellid en sub a gewijzigd, welke als volgt komen te luiden:
11.2.1 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
-
a. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
8.3 Bouwregels, bijbehorende bouwwerken (artikel 11, lid 11.2.3)
In artikel 11, lid 11.2.3 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt sub a gewijzigd, welke als volgt komt te luiden:
- sub a: Bijbehorende bouwwerken zijn zowel binnen als buiten het bouwvlak toegestaan, met dien
verstande dat buiten het bouwvlak bijbehorende bouwwerken uitsluitend achter de naar de weg
gekeerde zijde van het bouwvlak mogen worden gebouwd.
8.4 Strijdig gebruik (artikel 11, lid 4)
Artikel 11 lid 4 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub c. Het nieuwe sub c komt als volgt te luiden:
-
Sub c: de opslag van vuurwerk.
Artikel 9 Bestemming 'Dienstverlening' (artikel 12)
9.1 Bestemmingsomschrijving (artikel 12, lid 12.1)
Artikel 12, lid 12.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub b. De navolgende subleden worden vernummerd. Het nieuwe sub b komt als volgt te luiden:
-
sub b: grondgebonden woningen, voor zover aanwezig ten tijde van ter visie legging van dit
ontwerpplan.
9.2 Bouwregels, gebouwen (artikel 12, lid 12.2.1)
In artikel 12, lid 12.2.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt de aanhef van het artikellid en sub a gewijzigd, welke als volgt komen te luiden:
12.2.1 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
-
a. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
9.3 Bouwregels, bijbehorende bouwwerken (artikel 12, lid 12.2)
In artikel 12, lid 12.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt een nieuw artikellid 12.2.2 toegevoegd. Het navolgende artikellid wordt vernummerd. Het nieuwe artikellid 12.2.2 komt als volgt te luiden:
12.2.2 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
-
a.
Bijbehorende bouwwerken zijn zowel binnen als buiten het bouwvlak toegestaan, met dien
verstande dat buiten het bouwvlak bijbehorende bouwwerken uitsluitend achter de naar de weg
gekeerde zijde van het bouwvlak mogen worden gebouwd.
-
b.
De goothoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan de
bovenkant van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw.
-
c.
De bouwhoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5,5
meter, met dien verstande dat de minimale afstand tot de bouwhoogte van het hoofdgebouw 1,5
meter dient te bedragen. Doortrekken van het schuine dak van het hoofdgebouw over het
aangebouwde bijgehorende bouwwerk met eenzelfde dakhelling is toegestaan. Dan geldt de
feitelijke goothoogte van het hoofdgebouw als de maximale bouwhoogte van het aangebouwde
bijbehorende bouwwerk.
-
d.
De goothoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 3,5 meter.
-
e.
De bouwhoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5,5 meter.
-
f.
De minimale afstand tot de voorgevellijn van de woning bedraagt 3 meter.
-
g.
De gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak op percelen tot en
met 500 m² mag niet meer bedragen dan 60 m², mits de gronden gelegen buiten het bouwvlak voor
niet meer dan 50% is dan wel wordt bebouwd.
Artikel 10 Bestemming 'Gemengd - 1' (artikel 13)
10.1 Bouwregels, hoofdgebouwen (artikel 13, lid 13.2.2)
Artikel 13, lid 13.2.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub g en h. Het sublid g wordt vernummerd. Het nieuwe sub g en h komen als volgt te luiden:
-
sub g: De dakhelling bedraagt maximaal 60°.
-
sub h: Het bouwen van nieuwe hoofdgebouwen geheel of ten dele ten behoeve van de functie 'wonen'
is niet toegestaan, tenzij het vervangende nieuwbouw betreft, waarbij er geen sprake is van
woningvermeerdering.
10.2 Bouwregels, bijbehorende bouwwerken (artikel 13, lid 13.2.3)
In artikel 13, lid 13.2.3 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt sub a gewijzigd, welke als volgt komt te luiden:
- sub a: bijbehorende bouwwerken mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat buiten het bouwvlak bijbehorende bouwwerken, niet zijnde binnenterrassen
bij horecagelegenheden, uitsluitend achter de naar de weg gekeerde zijde van het bouwvlak mogen
worden gebouwd.
10.3 Specifieke gebruiksregels, Gebruik ten behoeve van wonen (artikel 13, lid 13.5.2)
Artikel 13, lid 13.5.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden:
13.5.2 Gebruik ten behoeve van wonen
Voor het gebruik voor wonen gelden de volgende regels:
-
a. Wonen is toegestaan in hoofdgebouwen, in de vorm van woningen en appartementen, voor zover - op grond van de gemeentelijke Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en de Basisregistratie Personen (BRP) - aanwezig ten tijde van ter visie legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Woningvermeerdering is niet toegestaan.
-
b. De uitoefening van een beroep aan huis in hoofd- en bijbehorende bouwwerken is toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de begane grond van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van het beroep aan huis, met een maximum van 45 m².
10.4 Strijdig gebruik (artikel 13, lid 5.3)
Artikel 13 lid 5.3 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub l. Het nieuwe sub l komt als volgt te luiden:
-
Sub l: de opslag van vuurwerk.
Artikel 11 Bestemming 'Gemengd - 2' (artikel 14)
11.1 Bestemmingsomschrijving (artikel 14, lid 14.1)
In artikel 14, lid 14.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' worden sub d en sub i gewijzigd. De aangepaste subleden komen als volgt te luiden:
-
sub d: horeca categorie 1 en 2, uitsluitend op de begane grond, met uitzondering van hotels, pensions en bed and breakfastvoorzieningen (verblijfshoreca), welke ook op de verdieping zijn toegestaan.In afwijking hiervan geldt voor het perceel Dorpsstraat 32a te Ulicoten, dat verblijfshoreca
uitsluitend op de verdieping is toegestaan en niet op de begane grond.
-
sub i: wonen, met in acht name van het bepaalde in 13.5.2 en met dien verstande dat wonen niet is
toegestaan ter plaatse van het perceel Dorpsstraat 32a te Ulicoten.
- sub h: bedrijven die zijn genoemd in de als bijlage opgenomen Lijst van bedrijfsactiviteiten onder de
categorieën 1 en 2 uitsluitend op de begane grond. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – bouwbedrijf' is tevens een bouwbedrijf van categorie 3.1 in de als bijlage opgenomen Lijst van bedrijfsactiviteiten toegestaan.
11.2 Bouwregels, hoofdgebouwen (artikel 14, lid 14.2.1)
Artikel 14, lid 14.2.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub g en h. Het sublid g wordt vernummerd. Het nieuwe sub g en h komen als volgt te luiden:
-
sub g: De dakhelling bedraagt maximaal 60°.
-
sub h: Het bouwen van nieuwe hoofdgebouwen geheel of ten dele ten behoeve van de functie 'wonen'
is niet toegestaan, tenzij het vervangende nieuwbouw betreft, waarbij er geen sprake is van
woningvermeerdering.
11.3 Bouwregels, bijbehorende bouwwerken (artikel 14, lid 14.2.2)
In artikel 14, lid 14.2.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt sub a gewijzigd, welke als volgt komt te luiden:
- sub a: Bijbehorende bouwwerken mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat buiten het bouwvlak bijbehorende bouwwerken, niet zijnde binnenterrassen
bij horecagelegenheden, uitsluitend achter de naar de weg gekeerde zijde van het bouwvlak mogen
worden gebouwd.
11.4 Specifieke gebruiksregels, Gebruik ten behoeve van wonen (artikel 14, lid 14.5.2)
Artikel 14, lid 14.5.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden:
14.5.2 Gebruik ten behoeve van wonen
Voor het gebruik voor wonen gelden de volgende regels:
-
a. Wonen is toegestaan in hoofdgebouwen, in de vorm van woningen en appartementen, voor zover - op grond van de gemeentelijke Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en de Basisregistratie Personen () - aanwezig ten tijde van ter visie legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Woningvermeerdering is niet toegestaan.
-
b. In uitzondering op het bepaalde sub a is ter plaatse van de aanduiding 'Wonen' maximaal 1 woning toegestaan.
-
c. De uitoefening van een beroep aan huis in hoofd- en bijbehorende bouwwerken is toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van de vloeroppervlakte van de begane grond van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van het beroep aan huis, met een maximum van 45 m².
11.5 Strijdig gebruik (artikel 14, lid 5.3)
Artikel 14 lid 5.3 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub k. Het nieuwe sub k komt als volgt te luiden:
-
Sub k: de opslag van vuurwerk.
Artikel 12 Bestemming 'Kantoor' (artikel 16)
12.1 Bouwregels, gebouwen (artikel 16, lid 16.2.1)
In artikel 16, lid 16.2.1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt de aanhef van het artikellid en sub a gewijzigd, welke als volgt komen te luiden:
16.2.1 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
-
a.
Hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
12.2 Bouwregels, bijbehorende bouwwerken (artikel 16, lid 16.2)
In artikel 16, lid 16.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt een nieuw artikellid 16.2.2 toegevoegd. Het navolgende artikellid wordt vernummerd. Het nieuwe artikellid 16.2.2 komt als volgt te luiden:
16.2.2 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
-
a.
Bijbehorende bouwwerken zijn zowel binnen als buiten het bouwvlak toegestaan, met dien
verstande dat buiten het bouwvlak bijbehorende bouwwerken uitsluitend achter de naar de weg
gekeerde zijde van het bouwvlak mogen worden gebouwd.
-
b.
De goothoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan de
bovenkant van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw.
-
c.
De bouwhoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5,5
meter, met dien verstande dat de minimale afstand tot de bouwhoogte van het hoofdgebouw 1,5
meter dient te bedragen. Doortrekken van het schuine dak van het hoofdgebouw over het
aangebouwde bijgehorende bouwwerk met eenzelfde dakhelling is toegestaan. Dan geldt de
feitelijke goothoogte van het hoofdgebouw als de maximale bouwhoogte van het aangebouwde
bijbehorende bouwwerk.
-
d.
De goothoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 3,5 meter.
-
e.
De bouwhoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5,5 meter.
-
f.
De minimale afstand tot de voorgevellijn van de woning bedraagt 3 meter.
-
g.
De gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak op percelen tot en
met 500 m² mag niet meer bedragen dan 60 m², mits de gronden gelegen buiten het bouwvlak voor
niet meer dan 50% is dan wel wordt bebouwd.
Artikel 13 Bestemming 'Recreatie - Ontspanning' (artikel 19)
13.1 Bestemmingsomschrijving (artikel 19, lid 19.1)
In artikel 19, lid 1 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt een nieuw sub f tussengevoegd. De navolgende subleden worden vernummerd. Het nieuwe lid 1 sub f komt alsvolgt te luiden:
- sub f: ter plaatse van de aanduiding bedrijfswoning, een bedrijfswoning;
13.2 Bouwregels (artikel 19, lid 19.2)
In artikel 19, lid 2 wordt een nieuw artikellid 19.2.2 en 19.2.3 tussengevoegd. De navolgende artikelleden worden vernummerd. De nieuwe artikelleden komen als volgt te luiden:
19.2.2 Bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
-
a. De goothoogte bedraagt maximaal 6 meter.
-
b. De bouwhoogte bedraagt maximaal 10 meter.
-
c. De inhoud bedraagt maximaal 750 m³.
19.2.3 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
-
a. De goothoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan de bovenkant van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw.
-
b. De bouwhoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5,5 meter, met dien verstande dat de minimale afstand tot de bouwhoogte van het hoofdgebouw 1,5 meter dient te bedragen. Doortrekken van het schuine dak van het hoofdgebouw over het aangebouwde bijbehorende bouwwerk met eenzelfde dakhelling is toegestaan. Dan geldt de feitelijke goothoogte van het hoofdgebouw als de maximale bouwhoogte van het aangebouwde bijbehorende bouwwerk.
-
c. De goothoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 3,5 meter.
-
d. De bouwhoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5,5 meter.
-
e. De minimale afstand tot de voorgevellijn van de woning bedraagt 3 meter.
-
f. De maximale afstand tot de achtergevel van de woning bedraagt 30 meter.
-
g. De gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 60 m².
13.3 Specifieke gebruiksregels (art. 19, lid 19.4)
Artikel 19.4 sub a wordt aangevuld en komt als volgt te luiden
- sub a: het gebruik van de bouwwerken voor wonen, uitgezonderd een bedrijfswoning met bijbehorend bouwwerken als bedoeld in artikel 19, lid 1 sub f (nieuw);
Artikel 14 Bestemming 'Wonen' (artikel 25)
Artikel 25.2.5 wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden:
14.1 Overkappingen
Overkappingen zijn toegestaan binnen de regels voor bijbehorende bouwwerken. Daar bovenop geldt dat overkappingen ook zijn toegestaan als deze niet (meer) vallen binnen de regels van artikel 25.2.2, waarbij dan de volgende regels gelden:
-
a. De oppervlakte van een overkapping bedraagt maximaal 20 m², uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overkapping', want daar mag het gehele aanduidingsvlak wordt bebouwd ten behoeve van overkappingen.
-
b. De bouwhoogte van een overkapping bedraagt maximaal 3 meter.
-
c. Er mag slechts 1 overkapping per bouwperceel gerealiseerd worden.
-
d. De oppervlakte van overkappingen overeenkomstig lid a telt niet mee bij bepaling van de maximale oppervlakte zoals vervat in artikel 25.2.2 lid g en lid h.
14.2 Strijdig gebruik (artikel 25, lid 5.2)
Artikel 25 lid 5.2 van de planregels van het bestemmingsplan 'Dorpen' wordt aangevuld met een nieuw sub j. Het nieuwe sub j komt als volgt te luiden:
-
Sub j: de opslag van vuurwerk.