Plan: | Schaluinen 11 Baarle-Nassau |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0744.BPSSchaluinen11-VS01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Schaluinen 11 Baarle-Nassau met identificatienummer NL.IMRO.0744.BPSSchaluinen11-VS01 van de gemeente Baarle-Nassau;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied; waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt;
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt;
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
het door middel van een bedrijf beheren en/of exploiteren van recreatieverblijven waarbij voor recreatiewoningen geldt dat daar permanente wisselende recreatieve (nachts)verblijfsmogelijkheden worden geboden;
bebouwing, zoals die aanwezig is op het tijdstip van de ter inzagelegging van het ontwerpplan, of bebouwing die rechtens mag worden gebouwd op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning;
het gebruik van grond en opstallen, zoals dat bestaat op het tijdstip dat het plan of betreffende planonderdeel rechtskracht heeft verkregen;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;
luxe logiesverstrekking in overwegend één- en tweepersoonskamers, die niet de beschikking hebben over een volledig uitgeruste keuken. Aanwezige voorzieningen zijn ondergeschikt, en ten behoeve van, kort recreatief nachtverblijf.
Categorie 1 “lichte horeca”
Horecabedrijven die in beginsel alleen overdag en ’s avonds behoeven te zijn geopend (vooral verstrekking van etenswaren en maaltijden) en daardoor slechts beperkte hinder voor omwonenden veroorzaken. Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden:
1a. Aan de detailhandel verwante horeca, zoals:
1b. Overige lichte horeca, zoals:
1c. Horecabedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking, zoals:
Categorie 2 “middelzware horeca”
Horecabedrijven die normaal gesproken ook delen van de nacht geopend zijn en die daardoor aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken, zoals:
Categorie 3 “zware horeca”:
Horecabedrijven die voor een goed functioneren ook ’s nachts geopend zijn en die tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen brengen, zoals*:
terreinen die zodanig zijn ingericht dat ze aan een natuurlijk landschap doen denken, inclusief ondersteunende functies zoals straatmeubilair en speelvoorzieningen.
elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste één wand;
vorm van bewoning waarbij de bewoner geen andere vaste woon- of verblijfsplaats heeft, dan wel gedurende een half jaar meer dan 2/3 van de tijd in het verblijf aanwezig is;
aaneengesloten tijdsperiode, onderdeel van één etmaal vormende; hierbij worden de volgende tijdsperiodes onderscheiden:
recreatief nachtverblijf voor een korte aaneengesloten periode van maximaal 2 maanden, waarbij wordt overnacht in hotelsuites uitsluitend door diegenen die hun woonadres elders hebben;
een naar de openbare weg en/of fiets- en voetpad toegekeerde gevel van een hoofdgebouw;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijke huishouding;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van onderschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
vanaf het bouwkundig peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de gronden mogen uitsluitend schuilhutten en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten behoeve van de in artikel 3.1 omschreven bestemming.
Voor het oprichten van schuilgelegenheden voor dieren gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende beoalingen:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor:
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op de gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de in artikel 4.1 omschreven bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen, inclusief overkappingen, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van gebouwen, inclusief overkappingen, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijgebouwen bij een bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.3 onder b ten behoeve algehele herbouw van een bedrijfswoning buiten de bestaande fundering toe te staan mits:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de in 4.2.3 onder e opgenomen maximale inhoud van de woning indien sprake is van een woonboerderij die al een grotere inhoud heeft dan de in 4.2.3 onder e bedoelde 625 m³, mag de inhoud van de woning worden vergroot tot de inhoud van de woonboerderij. De bevoegdheid kan slechts worden toegepast indien de vergroting bijdraagt aan beeldverhogende kwaliteiten.
Het in gebruik nemen van de gronden is slechts toegestaan, nadat op eigen terrein voorzien is in voldoende parkeergelegenheid overeenkomstig de geldende gemeentelijke parkeernormen.
Het in gebruik nemen van de vrijstaande hotelsuites is slechts toegestaan, indien ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - landschapstuin', een landschapstuin is ingericht volgens de principes van c.q. in lijn met de in Bijlage 1 toegevoegde landschappelijke inrichtingsschets, met dien verstande dat de landschapstuin ook na aanleg in stand gehouden dienen te worden.
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor:
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden.
Ten behoeve van de voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende bouwregels - uitsluitend worden gebouwd indien:
Het bepaalde in 5.2.1 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Het is verboden op de gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het in lid 5.3.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in 5.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning aan de hand van nader archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
De voor 'Waarde - Archeologie 4´ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden.
Ten behoeve van de voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende bouwregels - uitsluitend worden gebouwd indien:
Het bepaalde in 6.2.1 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Het is verboden op de gronden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het in lid 6.3.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in 6.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning aan de hand van nader archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van de in de regels voorgeschreven maatvoering met ten hoogste 10%.
Indien gebruik wordt gemaakt van een afwijkings- of wijzigingsbevoegdheid dient dit uitvoerbaar te zijn, mede gelet op 'buitenplanse' ruimtelijke randvoorwaarden vanuit wet- en regelgeving en het beleid op het terrein van milieu - waaronder ook begrepen mestaanwending, mestverwerking en dierwelzijn, water, natuur, landschap, cultuurhistorie en archeologie.
Ook andere ruimtelijke relevante regelgeving (wetten, verordeningen, algemene maatregelen van bestuur, overige regelgeving) zal bij de afweging wat betreft de uitvoerbaarheid worden betrokken.
Voor recreatieve activiteiten dient voor zover van toepassing advies te worden gevraagd aan de adviescommissie voor recreatie en toerisme.
Nieuwe bebouwing, waaronder begrepen permanente teeltondersteunende voorzieningen ten behoeve van bedrijven, bedrijfswoningen of nieuw (af te splitsen) woningen (in boerderijen) dient in ruimtelijk-milieuhygiënisch opzicht aanvaardbaar te zijn. In dat kader worden tenminste de onderstaande aspecten bij de ruimtelijke afweging betrokken.
Binnen geluidzones, ingevolge de Wet geluidhinder, vanwege wegverkeerslawaai zal voldaan moeten worden aan de bepalingen van de Wet geluidhinder ter zake. Dit betekent dat de gevelbelasting van nieuwe geluidsgevoelige bebouwing volgens dit plan niet meer mag bedragen dan de grenswaarde van 48 dB(A).
Afhankelijk van de ligging van een agrarisch bestemmingsvlak zal, indien er sprake is van nieuwe geurgevoelige of geurveroorzakende bebouwing of functies wordt voorafgaand aan de toepassing onderzocht of wordt voldaan aan de eisen die worden gesteld door wet- en regelgeving op het gebied van geur/stankhinder (Wet geurhinder en veehouderij). Indien er sprake is van belemmeringen vindt een afweging plaats.
Voorafgaand aan de toepassing wordt onderzocht of de bodemsituatie ter plaatse de beoogde activiteiten toelaat. Daarbij wordt bezien of er vanwege de feitelijke situatie ter plaatse belemmeringen zijn voortvloeiend uit de geldende wet- en regelgeving, zoals de Wet bodembescherming en de Woningwet / Wet algemene bepaling omgevingsrecht. Bij belemmeringen vindt een afweging plaats.
Externe veiligheid wegen e.d. en inrichtingen
Voorafgaand aan de toepassing wordt onderzocht of wordt voldaan aan de eisen die worden gesteld door het Besluit externe veiligheid inrichtingen en andere van belang zijnde wet- en regelgeving op het gebied van externe veiligheid. Indien er sprake is van belemmeringen vindt een afweging plaats.
Voorafgaand aan de toepassing wordt onderzocht of wordt voldaan aan de eisen die worden gesteld door wet- en regelgeving op het gebied van luchtkwaliteit. Indien er sprake is van belemmeringen vindt een afweging plaats.
Voorafgaand aan de toepassing wordt onderzocht of er sprake is van aantasting van archeologische of cultuurhistorische waarden. Daarbij zal een ter zake deskundige instantie worden betrokken. Het gaat daarbij om de vraag of waarden worden aangetast die worden beschermd door wet- en regelgeving. Indien er sprake is van relevante waarden vindt een afweging plaats.
Voorafgaand aan de toepassing vindt overleg plaats met de beherende instantie op het vlak van waterbeheer. De resultaten van dit overleg worden in de afweging meegenomen.
Voorafgaand aan de toepassing wordt onderzocht of er sprake is van aantasting van wettelijk beschermde natuurwaarden. Het gaat daarbij om de vraag of waarden worden aangetast die worden beschermd door wet- en regelgeving. Indien er sprake is van relevante waarden vindt een afweging plaats.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Schaluinen 11 Baarle-Nassau' van de gemeente Baarle-Nassau.