Plan: | Woonkernen 2006 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0736.BV010Woonk2006-va01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
de beheersverordening 'Woonkernen 2006' van de gemeente De Ronde Venen;
het gebied waarop deze verordening van toepassing is, vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0736.BV010Woonk2006-va01 met bijbehorende bestanden;
een beperkt kwetsbaar object als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidsgevoelige objecten of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
een bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeurgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
inrichtingen, waarbij volgens het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde of richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
de bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder.
In het verordeningsgebied gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde in Bijlage 1 in artikel 4, sub 6, geldt ten aanzien van parkeren en laden en lossen het volgende:
Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. In deze behoefte moet voorzien zijn op eigen terrein.
Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning voor bouwen en/of een omgevingsvergunning voor een wijziging van het gebruik verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 2.2.1 en / of lid 2.2.2,
Het bevoegd gezag kan bij de omgevingsvergunning voor bouwen en/of een omgevingsvergunning voor een wijziging van het gebruik nadere eisen stellen ten aanzien van de maatvoering van de parkeervoorzieningen, zoals bedoeld in lid 2.2.1 sub c, indien dit, gelet op de feitelijke omstandigheden, noodzakelijk is.
Deze verordening treedt in werking op de 8e dag na bekendmaking van het raadsbesluit.
Deze verordening wordt aangehaald als:
Beheersverordening 'Woonkernen 2006' van de gemeente De Ronde Venen.