direct naar inhoud van 2.2 De beheersverordening
Plan: Ramsburg
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0687.BVRAM-VG99

2.2 De beheersverordening

Noodzaak: actualiseringsverplichting Wet ruimtelijke ordening (Wro)

Op basis van artikel 3.1 van de Wro dient de gemeenteraad voor het gehele grondgebied van de gemeente een of meer bestemmingsplannen vast te stellen, waarbij ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening de bestemming van de in het plan begrepen grond wordt aangewezen en met het oog op die bestemming regels worden gegeven. Deze regels betreffen in elk geval regels omtrent het gebruik van de grond en van de zich daar bevindende bouwwerken. Deze regels kunnen tevens strekken ten behoeve van de uitvoerbaarheid van in het plan opgenomen bestemmingen.

Indien niet voor het verstrijken van de periode van tien jaar de raad onderscheidenlijk opnieuw een bestemmingsplan heeft vastgesteld dan wel een verlengingsbesluit heeft genomen, vervalt de bevoegdheid tot het invorderen van rechten ter zake van na dat tijdstip door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten die verband houden met het bestemmingsplan. Dit omvat onder andere het recht tot het invorderen van leges. De sanctie gaat in juli 2013 in, omdat gemeenten na inwerkingtreding van de nieuwe Wro vijf jaar de tijd hebben gekregen om hun juridisch-planologisch regime te actualiseren.

Onverminderd de gevallen waarin bij of krachtens wettelijk voorschrift een bestemmingsplan is vereist, kan de gemeenteraad, in afwijking van artikel 3.1, voor die delen van het grondgebied van de gemeente waar geen ruimtelijke ontwikkeling wordt voorzien, in plaats van een bestemmingsplan een beheersverordening vaststellen waarin het beheer van dat gebied overeenkomstig het bestaande gebruik wordt geregeld. De kennisgeving van een besluit tot vaststelling van een beheersverordening geschiedt tevens langs elektronische weg.

Bestanddelen beheersverordening 

De beheersverordening bevat regels voor het beheer van het verordeningsgebied en voor het vastleggen van de bestaande situatie. De beheersverordening wordt digitaal opgesteld en voldoet daarmee aan de wettelijke verplichting van de Wro. Hierdoor kent de beheersverordening de volgende bestanddelen.

  • Een verbeelding met daarop aangegeven het gebied waarop de verordening betrekking heeft, met een of meer objecten binnen het gebied, die op de verbeelding zijn aangeven als besluit(sub)vlak.
  • Regels die gekoppeld zijn aan het gebied en/of de objecten en die kunnen gaan over gebruiken, bouwen, aanleggen en slopen, binnenplans met een omgevingsvergunning afwijken van de verordening en eventueel overgangsrecht.

Beheersverordening vormvrij

De beheersverordening is een vormvrij instrument. In de Wro is bepaald dat het verschillende elementen kan bevatten maar dat dit niet verplicht is. Alhoewel de Wro dit niet vereist, is het noodzakelijk de beheersverordening vergezeld te laten gaan van een toelichting, waarin de gemaakte keuzen zijn onderbouwd. De Wro bepaalt wel dat de beheersverordening de volgende elementen kan bevatten:

  • een verbod om bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren zonder omgevingsvergunning (bijvoorbeeld ter bescherming van bepaalde waarden of belangen);
  • een verbod om bouwwerken te slopen zonder omgevingsvergunning (bijvoorbeeld voor cultuurhistorisch waardevolle objecten);
  • binnenplanse afwijkingsregels;
  • overgangsrecht.

Voor Ramsburg bevat de beheersverordening regels voor het gebruik, het bouwen en het afwijken met een omgevingsvergunning.

  • Er zijn geen regels nodig gebleken voor het slopen, specifieke waarden ontbreken. Er wordt geen sloop nagestreefd of tegengegaan, zodat een aanlegvergunningsysteem hiervoor achterwege kan blijven.
  • Er is sprake van archeologische waarden, daarvoor is een beschermende regeling opgenomen.
  • Overgangsrecht is opgenomen aangezien er sprake is van toegestane gebruiksvormen die afwijken van de feitelijk bestaande situatie. Alle legaal aanwezig gebruik is op deze wijze bevestigd. 

Inhoudelijk 

Een beheersverordening is een beheerregeling voor het bestaand gebruik voor een gebied met een lage dynamiek waarin geen ruimtelijke ontwikkelingen zijn voorzien binnen de planperiode van de verordening (tien jaar). Het begrip 'bestaand' kan zowel 'eng' als 'ruim' worden uitgelegd.

Bestaand gebruik in 'enge zin'

Bij bestaand gebruik in 'enge zin' worden alleen de bestaande feitelijk aanwezige functies en bebouwing vastgelegd. Het gaat daarbij om gebruik en bouwen inclusief hetgeen dat op basis van verleende vergunningen is toegestaan, maar nog niet is gerealiseerd.

Bestaand gebruik in 'ruime zin'

Bij gebruik in 'ruime zin' wordt het vigerende bestemmingsplan als uitgangspunt genomen. Gebruik in 'ruime zin' kan weer worden onderscheiden in een beperkte en een brede variant.

  • In de beperkte variant wordt uitgegaan van het bestaande gebruik met de bijbehorende bouwwerken en passend en vastgelegd in het bestemmingsplan waarin nog beperkte uitbreidingsmogelijkheden zijn die al dan niet zijn gerealiseerd. Het gaat dan bijvoorbeeld om de erfbebouwing en beperkte uitbreidingen van het hoofdgebouw.
  • In de brede variant kunnen alle nog niet gerealiseerde gebruiks- en bouwmogelijkheden van een bestemmingsplan worden opgenomen.

Procedureel 

De beheersverordening is een gemeentelijke verordening.

  • Er is geen sprake van een wettelijke voorbereidingsprocedure.
  • Het ontwerp van deze beheersverordening is op grond van afdeling 3.4 Awb ter visie is gelegd, zodat een ieder daarop kon reageren aan iedereen de gelegenheid gegeven een reactie op de beheersverordening in te dienen, voorafgaand aan de vaststelling.
  • De beheersverordening wordt digitaal vastgesteld.
  • Er staat tegen de vaststelling van een beheersverordening geen beroep open.