direct naar inhoud van 5.3 Gehanteerde bestemmingen
Plan: Woningen Abeelseweg
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0687.BPBGMABE-OH99

5.3 Gehanteerde bestemmingen

Artikel 1 Begrippen

De begrippen zijn overeenkomstig het handboek bestemmingsplannen.

 

Artikel 2 Wijze van meten

De bepalingen uit dit artikel zijn, conform de SVBP2008, onveranderd overgenomen.

Artikel 3 Groen

Het bestaande groen is bestemd tot Groen. In de bestemmingsomschrijving is bepaald dat de bestemming onder andere mag worden gebruikt voor speelvoorzieningen en nutsvoorzieningen. Binnen deze bestemmingen kunnen gebouwen voor nutsvoorzieningen worden gebouwd met een oppervlakte en bouwhoogte van ten hoogste 15 m² respectievelijk 3 meter.

Artikel 4 Maatschappelijk

De bestemming Maatschappelijk is toegekend aan het perceel met de bunker met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' en aan de nutsvoorziening.

Artikel 5 Tuin

De voortuinen zijn bestemd tot Tuin. Binnen deze bestemming zijn alleen bouwwerken, geen overkappingen zijnde, toegestaan. De aanleg van erfontsluitingswegen is ook toegestaan binnen deze bestemming. Tevens zijn erfafscheidingen mogelijk binnen de bestemming. Verder is een mogelijkheid om af te wijken van het bestemmingsplan opgenomen om erkers in de voortuinen mogelijk te maken.

Artikel 6 Wonen

De gronden met de bestemming Wonen zijn bestemd voor het wonen en bijbehorende erven, toegangs- en achterpaden. Er is een onderscheid gemaakt in afzonderlijke bestemmingen Wonen en Tuin. Hierdoor is sprake van een rustiger kaartbeeld en wordt een duidelijk onderscheid gemaakt in de delen van de woonpercelen waarop bebouwing mogelijk is (bebouwingsvlakken en (achter)erven) en de delen waarop geen of nauwelijks bebouwing mogelijk is (voortuinen).

Door middel van het bouwvlak is aangegeven waar in hoofdzaak hoofdgebouwen en bijgebouwen (binnen het bouwvlak) of uitsluitend bijgebouwen (erf, buiten het bouwvlak) zijn toegestaan. Voor de hoofdgebouwen is tevens een voorgevelrooilijn aangegeven waarin dient te worden gebouwd.

Ten behoeve van de regeling inzake bebouwing op een woonperceel is nagegaan welke ruimtelijke kenmerken op de verbeelding aangegeven moeten worden en in de bestemmingsregeling moeten worden verwerkt. Daarbij is het volgende van belang.

  • De bebouwingstypologie (twee aaneen) is vastgelegd. Verandering hierin wordt in beginsel niet voorgestaan (mogelijk via afwijken van het bestemmingsplan).
  • Dakopbouwen hebben veelal verhoging van de goothoogte tot gevolg. Hiervoor is een afwijkingsregel opgenomen, waarbij afstemming op de woonbuurt als voorwaarde is opgenomen.
  • De ligging van rooilijnen is vastgelegd door een bebouwingsvlak voor het hoofdgebouw op de verbeelding aan te geven. In de regeling zijn voorts regels opgenomen inzake de vereiste afstand van uitbouwen en bijgebouwen ten opzichte van de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw.
  • De oriëntatie van woningen vloeit voort uit de ligging van voortuinen die als zodanig op de verbeelding zijn aangeduid.
  • De achtererven zijn zo veel mogelijk als bebouwbare delen van het woonperceel aangemerkt.

In de specifieke gebruiksregels is opgenomen dat vrije beroepen zijn toegestaan. Op basis van jurisprudentie blijkt dat in elk geval de volgende beroepen gezien worden als vrij beroep.

Advocaat   Medisch specialist  
Accountant-administratieconsulent   Nagelstylist  
Acupuncturist   Notaris  
Alternatieve genezer   Oefentherapeut Cesar/Mensendieck  
Bouwkundig architect   Organisatieadviseur  
Belastingsconsulent   Orthopedagoog  
Dierenarts voor kleine huisdieren   Psycholoog  
Fysiotherapeut   Raadgevend adviseur  
Gerechtsdeurwaarder   Redacteur  
Grafisch ontwerper/webdesigner   Registeraccountant  
Huidtherapeut   Schoonheidsspecialist  
Huisarts   Stedenbouwkundige  
Interieurarchitect   Tandarts  
Juridisch adviseur   Tandartsspecialist  
Kunstschilder/kunstenaar   (al dan niet beëdigd) Tolk-vertaler  
Logopedist   Tuin- en landschapsarchitect  
Makelaar   Verloskundigenpraktijk  

Door een omgevingsvergunning voor afwijken van het bestemmingsplan zijn tevens een bedrijf aan huis en logies toegestaan.

Artikel 7 Waarde - Archeologie - 3

In het bestemmingsplan is de archeologische bestemming Waarde – Archeologie – 3 voor middelhoge en hoge verwachtingswaarde aan de orde. De bestemming Waarde – Archeologie - 3 betreft een zogenoemde dubbelbestemming. De dubbelbestemming is overeenkomstig SVBP2008 met een arcering apart op de verbeelding weergegeven. De bestemming valt samen met andere bestemmingen. De regeling heeft tot doel de bescherming en veiligstelling van het archeologisch erfgoed in de bodem.

Een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen voor het veranderen van bouw- en bestemmingsvlakken in verband met het aantreffen (of door middel van archeologisch onderzoek aangetoonde afwezigheid) van archeologische waarden en voor het laten vervallen van de archeologische dubbelbestemming, indien is aangetoond dat geen archeologische waarden aanwezig zijn.