Plan: | Buitengebied, Zijvond 4 Dreumel |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0668.BUIzijvond4drml-OH01 |
Door de lage ligging van de gemeente West Maas en Waal in het Land van Maas en Waal, stroomt het grond- en oppervlaktewater in westelijke richting. In het gebied zijn in de loop der jaren vele weteringen gegraven die voor de afwatering zorgen. Regelmatig zijn de sluizen in het watersysteem herbouwd en de kaden verhoogd om al het overtollige water vanuit het oosten te kunnen reguleren. In 1846 is in Dreumel het eerste stoomgemaal in Nederland in gebruik genomen. Het stoomgemaal “De Tuut” in Appeltern dat gebouwd is in 1918 vormt de laatste in een reeks van stoomgemalen. In de periode van 1932-1936 zijn de Maaskanalisatiewerkzaamheden uitgevoerd. Er is toen een aantal rivierbochten van de Maas afgesneden, waardoor de Maas het karakteristieke meanderende verloop deels is kwijtgeraakt. De rivieren werden gekanaliseerd en het afvoerregime gereguleerd door de bouw van stuwen en dammen. Bij Lith zijn toen een stuw en een schutsluis gebouwd. Pas na de Maaskanalisatie, de aanleg van het Kanaal Sint Andries en de demping van het gat bij Heerewaarden in de 19e eeuw, kon de waterbeheersing binnendijks sterk worden verbeterd. In 1861 is, naar aanleiding van een dijkdoorbraak in de bandijk van de Waal, een aantal technische waterstaatkundige werken gerealiseerd. De oudste dijken langs de Waal en de Maas dateren uit de 14e eeuw. Vanaf die tijd zijn de uiterwaarden gevormd, die een breed verloop kennen langs de Maas als gevolg van de meanderende werking van deze rivier.
Naast de Blauwe Wetering en de Nieuwe Wetering zorgt de Grote Wetering momenteel voor de afwatering van het gebied. Zowel het gebied ten noorden van de Grote Wetering alsook het gebied ten zuiden van de wetering wateren af op deze waterloop. Het totale buitengebied van West Maas en Waal watert af via de Grote Wetering richting het gemaal van Quarlers van Uffort. In het oostelijke deel van het buitengebied vindt de afwatering plaats via de Grote Wetering naar de Blauwe Wetering en Nieuwe wetering bij Appeltern. Bij de Blauwe sluis watert de Blauwe wetering af op de Maas. Het is, zoals reeds vermeld, één afwateringsgebied, maar met meerdere peilgebieden. Het patroon van sloten en greppels staat haaks op de wetering en geeft het komgebied een karakteristiek strookachtige verkaveling. Het gebied ligt ingeklemd tussen de Maas en Waal en deze rivieren vormen tevens voor een groot deel voor de natuurlijke begrenzing van de gemeente.
Het gebied kent nog veel oude wielen, als gevolg van de vele dijkdoorbraken, welke vaak een grote landschappelijke waarden kennen. In Beneden- en Boven-Leeuwen en Wamel zijn bijvoorbeeld nog oude wielen terug te vinden. Het rivierenland is een land waar geleefd wordt met water, zichtbaar gemaakt door vele dijken, wielen, weteringen, sluizen en gemalen. Cultuurhistorische elementen die het verhaal van het ontstaan van het rivierenland vertellen.
In augustus 2011 heeft de gemeente een landschapsontwikkelingsplan laten opstellen. Hierin is het komgebied beschreven als een gebied met een grote mate van openheid en grootschalige robuuste structuren. Lange zichtlijnen, lange rechte wegen en weinig bebouwing zijn kenmerkend. De eendenkooien en opgaande populierenbossen vormen de blikvangers in het komgebied. De populieren zijn ook vaak dicht langs de wegkant aangeplant. Beplanting dient als oriëntatie in het open landschap. Ook de erven vormen ‘blikvangers’ in het open landschap van de kom. Populierenbossen vormen een karakteristiek element van het komgebied.
De Grote Wetering en Nieuwe Wetering vormen de hoofdwatergangen van het komgebied. Het huidige beeld wordt bepaald door strak gemaaide oevers. Door het ontbreken van beplanting is deze lijn niet in het landschap waar te nemen en herkenbaar. De Wetering wordt als ecologische verbindingszone ingericht waarbij ook vanuit het ruimtelijke beeld gestreefd wordt naar brede natuurvriendelijke oevers waar riet- en moerasvegetaties zich kunnen ontwikkelen.
De eendenkooien zijn karakteristieke landschapselementen voor het komgebied en dateren soms al vanuit de 13e of 14e eeuw en worden dan ook beschermd. Herstel en het goed onderhouden van de eendenkooien is van groot belang voor het veilig stellen van de cultuurhistorische waarde in de toekomst. Natuurreservaat de Meren is ook zo'n eendenkooi.
Gelet op het feit dat het inpandig toevoegen van zorgvertrekken geen uitstraling naar buiten heeft, geen bebouwing wordt toegevoegd en het gebruik van de locatie Zijvond 4 voor het overige niet wijzigt, zullen de bestaande natuur- en landschapswaarden geheel behouden blijven.