direct naar inhoud van Artikel 2 Wijze van meten
Plan: Zeehaven en industrieterrein Sloe 2013
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0654.BVSG2013-0002

Artikel 2 Wijze van meten

Bij de toepassing van deze beheersverordening wordt als volgt gemeten:

2.1 de afstand

afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten, waar deze afstanden het kleinst zijn.

2.2 de dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.

2.3 de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

2.4 de inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

2.5 de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.6 het bebouwde oppervlak

van een bouwperceel, of een ander terrein wordt bepaald door de oppervlakten van alle op een terrein gelegen gebouwen bij elkaar op te tellen, tenzij in de regels anders is bepaald.

2.7 de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

2.8 de hoogte van een windturbine
  • a. de bouwhoogte van een windturbine wordt bij een windturbine met horizontale as gemeten tussen het hoogste punt dat de rotor kan innemen en het peil (tiphoogte);
  • b. bij een windturbine met een verticale as wordt de bouwhoogte gemeten tussen de bovenkant van de windturbine en het peil.