Artikel 9 Overgangsrecht
OVERGANGSRECHT BOUWWERKEN
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een òmgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk teniet is gegaan;
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig middels een omgevingsvergunning afwijken van het hiervoor vermelde voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk met maximaal 10 %.
Deze bepalingen zijn niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
OVERGANGSRECHT GEBRUIK
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met dit bestemmingsplan strijdige gebruik te veranderen of laten veranderen in een ander met dit plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard of omvang wordt verkleind.
In dien het strijdig gebruik na het inwerkingtreding van dit plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het voortzetten van een strijdig gebruik dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.