Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Kern Ouderkerk aan den IJssel
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0644.BP1021OU001-VG01

Artikel 15 Leiding - Gas (dubbelbestemming)

Leiding - Gas (dubbelbestemming)

15.1 Bestemmingsomschrijving

15.1.1 De voor "Leiding - Gas" aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
  1. een ondergrondse hogedrukgastransportleiding (druk 40 bar, diameter 4") met een belemmerende strook van 8 meter, 4 meter naar weerszijde gerekend vanuit het hart van de leiding.
15.1.2 Voor zover op de kaart dubbelbestemmingen samenvallen, geldt de volgende volgorde:
  1. primair geldt het bepaalde in de dubbelbestemmingen "Waterstaat – Waterstaatkundige functie" en "Waterstaat – Waterkering";
  2. secundair geldt het bepaalde in de dubbelbestemmingen "Leiding – Gas ", "Leiding – Hoogspanning", "Leiding – Riool";
  3. tertiair geldt het bepaalde in de dubbelbestemmingen "Waarde – Archeologie – 1 en "Waarde – Archeologie – 2";
  4. quartair geldt het bepaalde in de onderliggende bestemming.
15.1.3 Op deze gronden mogen met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in artikel 15, lid 1.1 genoemde bestemming worden gebouwd:
  1. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

15.2 Bouwregels

De bouwwerken geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
  1. in afwijking van het bepaalde in de onderliggende bestemmingen niet mag worden gebouwd, anders ten behoeve van deze bestemming;
  2. voor bouwwerken geen gebouwen zijnde geldt een bouwhoogte van ten hoogste 3 meter:

15.3 Ontheffing van de bouwregels

15.3.1 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 15, lid 2 voor de bouw van bouwwerken die krachtens onderliggende bestemmingen zijn toegestaan, mits:
  1. de bouwwerken slechts zijn toegestaan indien en voorzover de belangen van de betrokken leiding zulks gedogen en het behoud van een veilige ligging en de continuïteit van de leidingen dient te zijn gewaarborgd;
15.3.2 Procedureregels
  1. Bij het verlenen van ontheffing als bedoeld in artikel 15, lid 3.1 zullen burgemeester en wethouders schriftelijk advies inwinnen bij betreffende leidingbeheerder;
  2. Indien burgemeester en wethouders voornemens zijn om ontheffing te verlenen in afwijking van het onder a bedoelde advies dient vooraf een verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde Staten te zijn verkregen;
  3. Bij het verlenen van ontheffing als bedoeld in artikel 15, lid 3.1 zijn de algemene procedureregels van toepassing zoals opgenomen in artikel 27 van deze regels;

15.4 Aanlegvergunning

15.4.1 Aanlegvergunningvereiste
Het is verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:
  1. het aanleggen van oppervlakteverhardingen;
  2. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen;
  3. het beplanten van gronden met hoogopgaande of diepwortelende beplantingen;
  4. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
  5. het verrichten van grondroeractiviteiten, zoals het aanbrengen van kabels, leidingen, drainage en diepploegen en woelen) anders dan normaal spit- en ploegwerk;
  6. het indrijven van voorwerpen in de bodem.
15.4.2 Uitzonderingsbepaling
Het in artikel 15, lid 4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
  1. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming;
  2. werken en/of werkzaamheden die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan in uitvoering zijn;
  3. werken en/of werkzaamheden die reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning.
15.4.3 Toelaatbaarheid
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 15, lid 4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, danwel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, één of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden welke het plan beoogt te beschermen niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, danwel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
15.4.4 Procedureregel
Alvorens te beslissen omtrent een aanvraag met betrekking tot een aanlegvergunning verkrijgen burgemeester en wethouders een advies van de desbetreffende beheerder met betrekking tot de belangen van de leiding en/of kabels en de veiligheid van personen en goederen ter plaatse.