direct naar inhoud van Artikel 3 Verkeer - Railverkeer
Plan: Rangeerterrein Kijfhoek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0642.bp09kijfhoek-3001

Artikel 3 Verkeer - Railverkeer

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. spoorwegen en de daarbij behorende bermen, taluds en spoorwegovergangen;
  • b. rangeerterrein met bijbehorende voorzieningen, zoals bedrijfsruimtes, een brandweerkazerne en kantoren;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'water' tevens kruisingen met water;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'verkeer', tevens kruisingen met wegen, fietspaden, en wandelpaden;
  • e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals geluidswerende voorzieningen, groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, kunstwerken, (ontsluitings)wegen en water.

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

3.2.1 Gebouwen
  • a. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste 15 m;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a, mag één gebouw met een oppervlakte van ten hoogste 1.000 m² worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 18 m;
  • c. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan 6.250 m²;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - leiding - a' mogen geen gebouwen worden gebouwd;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - leiding - b' mogen geen gebouwen worden gebouwd.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 3m;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 30 m;
  • c. de bouwhoogte van geluidsschermen bedraagt ten hoogste 5 m, gemeten vanaf de bovenkant van de spoorstaaf;
  • d. de bouwhoogte van kunstwerken bedraagt ten hoogste 12 m;
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling, de verkeers- of wegaanduiding of de verlichting bedraagt ten hoogste 10m.

3.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1onder e en ter plaatse van de 'veiligheidszone - leiding - b' de bouw van gebouwen toe te staan, mits:

  • a. advies is ingewonnen bij de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid
  • b. de realisatie van het gebouw gelet op de veiligheidsrisico's die samenhangen met de exploitatie van de waterstoftransportleiding, als bedoeld in Artikel 5 aanvaardbaar zijn, waarbij onder andere gelet wordt op:
    • 1. de constructie van het gebouw;
    • 2. de gebruikte materialen van het gebouw;
    • 3. de indeling van het gebouw, in samenhang met de aard en de omvang van het gebruik van het gebouw.

3.4 Specifieke gebruiksregels

Ten aanzien van het gebruik geldt dat:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'gezoneerd industrieterrein' Wgh-inrichtingen zijn toegestaan;
  • b. kwetsbare objecten niet zijn toegestaan.