direct naar inhoud van 7.1 Financiële uitvoerbaarheid
Plan: De Leyens en Noordhove
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00021-0004

7.1 Financiële uitvoerbaarheid

7.1.1 Grondexploitatie (artikel 6.12 Wro)

Op grond van het bepaalde in artikel 6.12 lid 1 Wet ruimtelijke ordening is de gemeenteraad verplicht bij de vaststelling van een bestemmingsplan een exploitatieplan vast te stellen voor gronden waarop een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplan is voorgenomen. In het onderhavige bestemmingsplan is niet voorzien in een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening voorzien.

In afwijking van het bepaalde in artikel 6.12, lid 1 Wet ruimtelijke ordening bepaalt lid 2 van dit artikel dat de gemeenteraad kan besluiten bij de vaststelling van het bestemmingsplan geen exploitatieplan vast te stellen indien:

  • 1. het verhaal van kosten van de grondexploitatie anderszins is verzekerd (bijvoorbeeld via gronduitgifte, een anterieure overeenkomst over grondexploitatie);
  • 2. het niet noodzakelijk is een tijdvak voor de exploitatie, dan wel een fasering in de uitvoering van werken, werkzaamheden, maatregelen en bouwplannen vast te stellen;
  • 3. het stellen van eisen voor de werken en werkzaamheden voor het bouwrijpmaken van het exploitatiegebied, de aanleg van nutsvoorzieningen en het inrichten van de openbare ruimte in het exploitatiegebied, dan wel het stellen van regels omtrent het uitvoeren van die werkzaamheden, dan wel een uitwerking van de regels met betrekking tot de uitvoerbaarheid niet nodig is.

In het voorliggende bestemmingsplan zijn geen nieuwe ontwikkelingen voorzien. Een grondexploitatieplan is derhalve niet nodig.

7.1.2 Economische uitvoerbaarheid

In dit bestemmingsplan zijn geen nieuwe ontwikkelingen voorzien. Het betreft hoofdzakelijk het vastleggen van de bestaande situatie. De economische uitvoerbaarheid is dan ook gegarandeerd.

7.1.3 Planschade

In het kader van dit bestemmingsplan is een risico-analyse planschade uitgevoerd. Daarbij wordt de voorheen geldende planologische regeling vergeleken met de regeling in het nieuwe bestemmingsplan. De resultaten van deze analyse zijn opgenomen in Bijlage 2 van toelichting. Hoewel het planschaderisicoprofiel bij woningen overwegend laag is, is besloten de mogelijke beperkingen die waren opgelegd in het concept ontwerpbestemmingsplan weg te nemen. De juridische regeling is om die reden zoveel mogelijk aangepast aan de vigerende bestemmingsplannen.