direct naar inhoud van Artikel 19 Wonen - 1
Plan: De Leyens en Noordhove
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00021-0004

Artikel 19 Wonen - 1

19.1 Bestemmingsomschrijving
19.1.1 Doeleindenomschrijving

De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf;
  • b. in afwijking van het gestelde onder a ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' uitsluitend een parkeergarage;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'brug' een loopbrug;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' tevens een onderdoorgang ten behoeve van het langzaam verkeer;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - garagebox' uitsluitend een garagebox;

met daaraan ondergeschikt:

  • f. groenvoorzieningen;
  • g. kunstwerken;
  • h. nutsvoorzieningen;
  • i. objecten van beeldende kunst;
  • j. parkeervoorzieningen;
  • k. speelvoorzieningen;
  • l. tuinen en erven;
  • m. vlaggenmasten en lichtmasten;
  • n. water;
  • o. wegen en paden.

met de daarbijbehorende bouwwerken.

19.1.2 Dubbelbestemmingen

Voor zover de in lid 1 genoemde gronden samenvallen met de bestemming 'Waterstaat - Waterkering' is primair het bepaalde in artikel 24 van toepassing;

19.2 Bouwregels
19.2.1 Hoofdgebouwen
  • a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld' zijn uitsluitend gestapelde woningen toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'twee-aaneen' zijn uitsluitend twee onder één kap woningen toegestaan;
  • d. de afstand van de hoofdgebouwen tot één van de perceelsgrenzen bij twee onder één kap woningen dient 2 m te bedragen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' zijn uitsluitend vrijstaande woningen toegestaan;
  • f. de afstand van de hoofdgebouwen tot beide zijdelingse perceelsgrenzen bij vrijstaande woningen dient 2 m te bedragen;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' mag de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen ten hoogste het met de aanduiding aangegeven bebouwingspercentage van het bouwvlak bedragen. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een maximum bebouwingspercentage van 100% van het bouwvlak;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan met de aanduiding is aangegeven. Indien geen bouwhoogte is aangegeven, geldt een maximale bouwhoogte van 12 m;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' mag de goothoogte niet meer bedragen dan met de aanduiding is aangegeven. Indien geen goothoogte is aangegeven, geldt geen maximale goothoogte;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte voorgevel (m)' mag de goothoogte ter plaatse van de voorgevel van een hoofdgebouw niet meer bedragen dan met de aanduiding is aangegeven;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte achtergevel (m)' mag de goothoogte ter plaatse van de achtergevel van een hoofdgebouw niet meer bedragen dan met de aanduiding is aangegeven;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - garage' mogen op de eerste bouwlaag (begane grond) uitsluitend garages en huishoudelijke berg- en/of werkruimten worden gebouwd; deze gronden dienen tevens als toegang tot de nabij of bovengelegen woningen;
  • m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - uitbouw' mag op de eerste bouwlaag (begane grond) over een diepte van 1,3 m en tot een hoogte van 2,5 m niet worden gebouwd;
  • n. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' moet de bebouwingsvrije hoogte, gemeten vanaf peil, minimaal 2,5 m bedragen;
  • o. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' is de maximale bouwhoogte 4,5 m.
19.2.2 Erfbebouwing
  • a. erfbebouwing mag uitsluitend worden opgericht vanaf 1 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw;
  • b. op een bouwperceel waarvan de oppervlakte kleiner is dan 300 m2 mag de gezamenlijke oppervlakte aan erfbebouwing maximaal 60% van de oppervlakte van het erf tot een maximum van 60 m2 bedragen;
  • c. op een bouwperceel waarvan de oppervlakte groter is dan 300 m2 mag de gezamenlijke oppervlakte aan erfbebouwing maximaal 20% van de oppervlakte van het erf bedragen;
  • d. van erfbebouwing mag de goothoogte niet meer bedragen dan 0,3 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw en mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan 5 m;
  • e. de bouwhoogte van een uitbreiding van het hoofdgebouw of erfbebouwing die is gelegen binnen het bouwvlak, mag niet meer bedragen dan met de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven. Indien geen bouwhoogte is aangegeven geldt een maximale bouwhoogte van 12 m;
  • f. de goothoogte van een uitbreiding van het hoofdgebouw of erfbebouwing, die is gelegen binnen het bouwvlak, mag niet meer bedragen dan met de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' is aangegeven. Indien geen goothoogte is aangegeven geldt geen maximale goothoogte;
  • g. ingeval op het moment van de inwerkingtreding van dit plan de situering van de erfbebouwing afwijkt van hetgeen is bepaald in lid 19.2.2 dan mag tevens op de bestaande locatie erfbebouwing worden opgericht;
  • h. ingeval op het moment van de inwerkingtreding van dit plan de goothoogte, bouwhoogte en/of oppervlakte van de erfbebouwing groter is dan is bepaald in lid 19.2.2 dan geldt de bestaande maat als maximale maat;
  • i. in afwijking van het gestelde onder a zijn ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - carport' uitsluitend carports toegestaan met dien verstande dat carports aan de straatzijde niet geheel of gedeeltelijk met een wand worden dichtgebouwd;
  • j. in afwijking van het gestelde onder a is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - erfbebouwing' uitsluitend erfbebouwing toegestaan;
  • k. in afwijking van het gestelde onder a is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - berging' uitsluitend een berging toegestaan;
19.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van een erfafscheiding mag achter en in de voorgevelrooilijn maximaal 2 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van een erfafscheiding mag voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van speelvoorzieningen, vlaggenmasten en lichtmasten mag maximaal 6 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde mag maximaal 3 m bedragen.
19.3 Specifieke gebruiksregels
19.3.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend: a. het gebruik van een vrijstaand bijgebouw voor wonen; b. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van caravans, boten en overige zaken anders dan ten behoeve van de bestemming; c. het gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, anders dan als stort- en/of opslagplaats voor normaal gebruik; d. het gebruik van de gronden en/of bouwwerken voor detailhandel met uitzondering van een webshop zoals bedoeld in lid 19.3.2 onder f; e. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor horeca; f. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van consumentenvuurwerk; g. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van raam- en straatprostitutie.

19.3.2 Aan huis verbonden beroep of bedrijf

Gebruik van gedeelten van de woning en de erfbebouwing voor een aan huis verbonden beroep of bedrijf wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de beroeps- of bedrijfsuitoefening vindt plaats in de woning of in het bijgebouw bij een woning;
  • b. indien voor de uitoefening van het beroep of bedrijf tevens gebruik wordt gemaakt van erfbebouwing dient deze te zijn gelegen achter de voorgevelrooilijn;
  • c. de bedrijfsvloeroppervlakte (bvo) mag niet meer bedragen dan de helft van de  oppervlakte van de woning en de aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen tot een maximum van 60 m2;
  • d. er dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein of in het openbaar gebied conform de gemeentelijke parkeernota;
  • e. het beroep of de activiteit dient door de bewoner te worden uitgeoefend; er is maximaal 1 fte extra in dienstverband toegestaan;
  • f. een webshop is alleen toegestaan als geen afhaalpunt wordt gerealiseerd en geen uitstalling van producten plaatsvindt.