Plan: | Hotel-restaurant de Sniep (Broekwegschouw 207-211) |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0637.BP00004-0004 |
De Stadsvisie 2030 verwoordt de opgaven die in de periode tot 2030 moeten worden opgepakt om als stad voldoende perspectief op een welvarende ontwikkeling te behouden. Daarnaast geeft de Stadsvisie aan welke kansen de gemeente wil benutten om de stad extra perspectief te geven.
Het Stedelijk Beleidskader Economie (SBE) formuleert in hoofdlijnen de visie en de strategie voor het in stand houden en ontwikkelen van een gezonde economie in Zoetermeer. Speerpunten hierin zijn:
Een aantal van de bovengenoemde doelstellingen is uitgewerkt in aparte beleidsstukken, zoals het programma Zoetermeer ICT-stad en het Beleidskader Leisure. Ook voor detailhandel is, mede op grond van provinciale en regionale kaders, de Detailhandelsnota 2000 opgesteld, die inmiddels is herzien in de Structuurvisie Detailhandel 2006-2010.
In het Stedelijk Beleidskader Economie (SBE) staan actiepunten voor het economisch beleid voor de periode tot en met 2007 opgesomd, met een doorkijk naar de langere termijn. Het SBE vormt telkens de basis voor het economisch jaarprogramma en de diverse, meer op directe doelgroepen gerichte accountplannen. Als vestigingsplaats heeft Zoetermeer de voordelen van de ligging aan de binnenring van de Randstad, het gebied met de grootste groeipotenties. Zoetermeer heeft een goed aanbod aan arbeidspotentieel en een relatief goede bereikbaarheid en betaalbaarheid. Voor de bereikbaarheid wordt de realisatie van de ZoRo-buslijn als gewenst genoemd.
Het Stadsnatuurplan geeft richting aan het natuurbeleid van Zoetermeer. In het Stadsnatuurplan wordt antwoord gegeven op de vraag hoe de gemeente wil omgaan met de natuur die zij nu al rijk is en hoe het nog beter zou kunnen. Het doel van het Stadsnatuurplan is het realiseren van meer en betere natuur en het vergroten van het draagvlak voor de natuur. Het gemeentelijk natuurbeleid kent drie niveaus met elk een eigen ambitie: groen op regioniveau, groen op stadsniveau en groen op wijkniveau. Voor natuur op regioniveau geldt het compensatiebeginsel. Dit betekent dat bij verlies van natuur compensatie moet plaatsvinden door nieuwe natuur. Op stads- en wijkniveau geldt de natuurimpulsregel. Hierbij dient het natuurbelang nadrukkelijk te worden meegewogen in de besluitvorming over (her)ontwikkelingslocaties. Op stads- en wijkniveau is het gemeentelijk natuurbeleid vooral gericht op het creëren van soortenrijke natuur. Een van de manieren om dit te bereiken is het beter afstemmen van het beheer op de lokale variatie in bodem, water en reliëf en het betrekken van de bewoners bij hun directe leefomgeving.
De gronden waarop het hotel gerealiseerd zal worden, liggen in het Binnenpark. Dit park is aangewezen in het Stadsnatuurplan als natuur op stadsniveau (zie ook paragraaf 3.5).
Het Waterplan Zoetermeer is opgesteld door de gemeente Zoetermeer, het indertijd nog bestaande waterschap Wilck en Wiericke (dat inmiddels deel uitmaakt van het Hoogheemraadschap van Rijnland) en het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. De doelstelling van het Waterplan Zoetermeer is het behouden en versterken van een duurzaam watersysteem. Kortom een watersysteem dat betrouwbaar, levend en boeiend is. Om ook in de toekomst een veilig en goed functionerend watersysteem in Zoetermeer te behouden, moet er meer ruimte voor water worden gerealiseerd.
Het gemeentelijk Milieubeleidsplan heeft als algemene doelstelling: het realiseren van een duurzame ontwikkeling, het zoeken naar oplossingen en/of maatregelen waarmee de leefbaarheid voor de huidige en toekomstige bewoners, hier en elders wordt gediend. Hiertoe moeten aspecten van duurzaamheid een volwaardige afwegingsfactor zijn bij alle gemeentelijke (beleids)beslissingen. Er wordt gestreefd naar een ruimtelijke inrichting binnen de compacte stad waarin leefbaarheid, integratie van functies en meervoudig ruimtegebruik centraal staan.
De klimaatveranderingen, de groei van Zoetermeer en de toenemende luchtvervuiling vragen om maatregelen. In het programma Duurzaam Zoetermeer zijn afspraken opgenomen om Zoetermeer in de toekomst leefbaar te houden. De ambities zijn hoog: Zoetermeer wil tot de tien duurzaamste gemeenten van Nederland behoren. De basis voor het programma Duurzaam Zoetermeer ligt in het collegeprogramma 2006-2010. Daarin staat dat Zoetermeer een groene, schone en milieuvriendelijke stad moet zijn, waarin we zuinig zijn op natuurlijke hulpbronnen en de beschikbare groene ruimte. Duurzaam Zoetermeer geeft hier op een praktische manier invulling aan, samen met lokale milieuorganisaties, het bedrijfsleven en de inwoners van Zoetermeer.
Hotel-restaurant de Sniep heeft aangegeven een van de eerste bedrijven in Zoetermeer te willen zijn dat gebruik gaat maken van een warmtepompsysteem, voor warmte en koudeopwekking. Een warmtepompsysteem kan zorgen tot vijftig procent minder CO2-uitstoot dan een normale hr-ketel en daardoor het broeikasprobleem verminderen.
De Nota Duurzaam Bouwen (vastgesteld door de gemeenteraad op 21 september 2009) besteedt aandacht aan nieuwbouw, bestaande bouw en gemeentelijke gebouwen. Daarnaast wordt specifiek aandacht besteed aan klimaatbeleid, omdat het een speerpunt is binnen het Programma Duurzaam Zoetermeer. In de Nota is bepaald dat voor projecten vanaf 25 woningen of vergelijkbare grootte dient de ontwikkelaar van het vastgoed een energievisie uit te werken. Daarnaast geldt voor nieuwbouwlocaties met meer dan 1 woning dat GPR-gebouw wordt toegepast. Voor overige locaties zal voor alle labels van het instrument GPR een ambitieniveau van minimaal 7 worden gehanteerd. Voor 6 locaties die in het het programma Duurzaam Zoetermeer waren aangewezen als innovatieve gebieden of projecten (Stadsboerderij Oosterheem, Paltelaan, Denenmarkenlaan, Bleizo, Culturele as en Vlek A Oosterheem) blijven scherpen ambities gelden op energiebeleid. De uitvoering van de Nota Duurzaam Bouwen vindt plaats in het kader van het verlenen van de bouwvergunning.
Het nieuwe hotel dat in dit bestemmingsplan mogelijk wordt gemaakt, zal voldoen aan de eisen opgenomen het concpet duurzaam bouwen. Het gebouw wordt opgericht met zo min mogelijk milieubelasting.
Het gebouw zal voldoen aan de volgende uitgangspunten:
De Beleidsnota Parkeren, welke is vastgesteld in de gemeenteraad van 27 juni 2005, geeft binnen het beleidskader van de Nota Mobiliteit Zoetermeer uitwerking aan een meer sturend parkeerbeleid, met oog voor maatwerk. Het gemeentelijk beleid is en zal erop gericht zijn om, via sturing en verleiding, het niet noodzakelijke autobezit en -gebruik in Zoetermeer terug te dringen. Het sturend element houdt in dat er niet meer volledig aan de vraag naar parkeerplaatsen wordt voldaan en dat maatregelen worden benoemd om het niet-noodzakelijk autoverkeer terug te dringen.
Het gaat om een pakket van maatregelen voor het ontmoedigen van autogebruik en het stimuleren van alternatieven, zoals vervoermanagement en het verbeteren van fietsvoorzieningen. De behandeling van vragen, opmerkingen of klachten over parkeeroverlast van bewoners, hulpverleningsdiensten en het bedrijfsleven vragen om een heldere en systematische aanpak. Binnen het kader van deze beleidsnota - sturend maar met oog voor maatwerk - is een stappenplan ontwikkeld dat leidt tot een logische, transparante en communiceerbare beantwoording of oplossing. Kern van het stappenplan is dat het oplossen van parkeerproblemen een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van alle betrokken actoren.
In de nota zijn parkeernormen opgenomen, waarbij bij woningen een uitsplitsing van parkeernormen per woningtype geldt. Voor voorzieningen wordt in de nota onderscheid gemaakt tussen wijkgebonden voorzieningen en overige voorzieningen. Bij de parkeernormen voor niet-wonen functies is sprake van een bandbreedte en kan per situatie bepaald worden welke norm binnen de bandbreedte het meest geschikt is. Bepalende factoren daarbij zijn bijvoorbeeld de aanwezigheid van een openbaar vervoerhalte, de bereikbaarheid per fiets en de uitwisselbaarheid met parkeerplaatsen in de directe omgeving. De normen sluiten aan bij de landelijke parkeerkencijfers van het CROW.
De Hotelnota Zoetermeer uit 2001 geeft een integrale visie op de gewenste hotelsituatie in Zoetermeer. Onderzoek toont aan dat er in Zoetermeer behoefte is aan een forse uitbreiding van het aantal hotelkamers. De Hotelnota geeft aan hoe die uitbreiding er kwalitatief en kwantitatief uit moet zien en hoe deze het best in planning kan worden gezet.
De realisatie van een hotel, waarin het bestemmingsplan voorziet, past in dit beleid.
De Horecanota dient als kader voor het horecabeleid van de gemeente Zoetermeer. De nota omvat alle voor de horeca relevante aspecten, zoals regelgeving, vergunningen, handhaving, ontwikkelingsvisie en organisatie. De horeca in Zoetermeer is te typeren als: in aantal vestigingen beperkt, overwegend grootschalig, verspreid, gezellig en toegankelijk. De horeca vervult een belangrijke sociale en economische functie. Ook in het beleidskader Leisure is vastgesteld dat horeca een belangrijke drager is van de leisurestructuur. Ook kan de aanwezigheid van horeca leiden tot een beter functionerend openbaar gebied, maar een verkeerde invulling kan ook een tegenovergesteld effect teweeg brengen. Er is een directe invloed op de leefbaarheid en de tevredenheid van gebruikers en omwonenden. Een afgewogen horeca- en vestigingsbeleid is daarom noodzakelijk. In de horecanota is aangegeven dat er nog behoefte is aan uitbreiding van het aantal hotels met 2 tot 3 vestigingen. Deze groeiambitie komt overeen met de Hotelnota.
Met dit bestemmingsplan wordt dan ook invulling gegeven aan het beleid dat is opgenomen in de Horecanota.