Plan: | Oortjespad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0632.BPOORTJESPAD2-bVA1 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Oortjespad van de gemeente Woerden;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0632.BPOORTJESPAD2-bVA1 met de bijbehorende regels en bijlagen;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
muziek die bedoeld is om niet direct of bewust naar te luisteren, maar die louter tot doel heeft sfeerverhogend te werken. Achtergrondmuziek is niet dominant aan het overige geluid (o.a. stemgeluid);
een of meer gebouwen en/of overkappingen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een deel van bebouwing, bedoeld voor recreatief nachtverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben en niet langer dan 4 weken per jaar aaneengesloten verblijven; onder recreatief nachtverblijf in 'bed and breakfast'-appartementen is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
een woning in of bij een gebouw of op of bij een terrein, kennelijk slechts bestemd voor één persoon, gezin of andere groep van personen, die één huishouden vormen, van wie huisvesting daar, ten dienste van de bestemming van het gebouw of terrein, noodzakelijk is voor controle en toezicht buiten de normale werkuren;
de bebouwing, goothoogte, afstand, bouwhoogte, inhoud, situatie, plaats en oppervlakte en het aantal, zoals die of dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaat of waarvoor op dat tijdstip een onherroepelijke omgevingsvergunning is verleend;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een vrijstaand of aangebouwd gebouw, dat door constructie of afmetingen ondergeschikt is aan een op hetzelfde perceel gelegen woning en dat is gelegen buiten de aanduiding van die woning. Een bijgebouw mag via een deur rechtstreeks toegankelijk zijn vanuit de woning. Er is geen zelfstandige wooneenheid in een bijgebouw toegestaan. In een vrijstaand bijgebouw is nachtverblijf niet toegestaan (geen slaapkamer of badkamer);
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
het leveren van eten en drinken ter ondersteuning van groepsactiviteiten, bedrijfsbijeenkomsten, seminars, voorstellingen, presentaties, conferenties, vergaderingen, besloten feesten en partijen en dergelijke, niet zijnde een restaurant of café;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending aan particulieren; onder detailhandel is hier geen horeca en geen internetverkoop begrepen;
een aanbouw, uitbouw of bijgebouw en een overkapping behorend bij een woning of bedrijfswoning, gelegen buiten de aanduiding van de desbetreffende woning, conform de overige bepalingen in de bijbehorende bestemmingen; in erfbebouwing zijn woonruimtes toegestaan, maar uitsluitend ondergeschikt aan de woonfunctie van de woning en niet als zelfstandige wooneenheid; onder erfbebouwing zijn niet begrepen streekeigen hooi- of kapbergen;
periodieke en/of incidentele, eventueel meerdaagse, manifestaties zoals sportmanifestaties, concerten, bijeenkomsten, voorstellingen, tentoonstellingen, shows, thematische beurzen en thematische markten, niet zijnde de rechtens artikel 4 en 5 toegestane activiteiten;
vormen van recreatief medegebruik van gronden en water door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, vis-, picknick- en kano-overstapplaatsen, waarbij de recreatie geen specifiek beslag legt op de ruimte;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; hieronder wordt niet begrepen een al dan niet permanent geplaatste tent;
een gebouw dat op de gronden binnen een bestemmingsvlak door constructie, afmetingen of bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
al of niet los van recreatie functionerende voorzieningen en activiteiten bestaande uit het bedrijfsmatig:
daaronder zijn hier niet begrepen dancings, discotheken, nachtclubs en soortgelijke gelegenheden, en voorts niet hotels en soortgelijke overnachtingsgelegenheden.
een tent, tentwagen, kampeerauto of (sta)caravan dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde waarvoor een omgevingsvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor tijdelijk nachtverblijf;
hoofdgebouw, dat als monumentaal of cultuurhistorisch waardevol is geïnventariseerd en de karakteristieke boerderijen, bestaande uit de woning met daaraan vastgebouwd de tot de boerderij behorende bedrijfsruimte (voormalige deel), die als zodanig zijn aangeduid;
de vloeroppervlakte van alle ruimten binnen een gebouw, met uitzondering van keukens, voorraadruimten, garderobes, sanitaire ruimten en andere dienstruimten;
een voor verblijf geschikt, al dan niet aan zijn bestemming onttrokken, vaar- of voertuig, ark of caravan, voor zover dat/die niet als een bouwwerk is aan te merken, alsook een tent;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, bestaande uit een kap met maximaal één wand;
de gemiddelde hoogte van het aan het bouwwerk aansluitende, afgewerkte maaiveld, maar niet hoger dan de kruin van de weg in geval het bouwwerk aan een weg gelegen is;
bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen, die één huishouden vormen, van een ruimte als hoofdwoonverblijf, waarbij niet aannemelijk is of kan worden gemaakt dat elders daadwerkelijk over een hoofdwoonverblijf wordt beschikt;
ontspannen in de vrije tijd, bestaande uit buitenrecreatie, recreatie binnen, waterrecreatie en -sport, zelf sporten, culturele activiteiten en beleving;
een inrichting, bestaande uit een of meer voor publiek toegankelijke, besloten ruimten, waarin bedrijfsmatig of op een daarmee vergelijkbare wijze, seksuele handelingen worden verricht; onder een hiervoor bedoelde inrichting wordt in elk geval verstaan een parenclub en een prostitutiebedrijf, al of niet in combinatie met elkaar;
kortdurend verblijf door een groep van personen, die hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben; onder tijdelijk nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde groep van personen;
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
beroep of beroepsmatige dienstverlening op administratief, juridisch, medisch, paramedisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch en daarmee gelijk te stellen gebied;
een woonruimte met een eigen toegang die door een persoon, gezin of andere groep van personen kan worden bewoond zonder afhankelijk te zijn van wezenlijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen, buiten die woonruimte.
Bij de toepassing van de regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
In geval van een overkapping bevinden de buitenwerkse gevelvlakken zich ter plaatse van de buitenzijden van de loodrechte neerwaartse projectie van de overkapping.
De voor 'Bos - Waardevol landschapselement' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in lid 3.1, mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 1,5 m mag bedragen.
Behoudens het bepaalde in sublid 3.3.2, is het verboden zonder een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in lid 3.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in sublid 3.3.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
De werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in sublid 3.3.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de betreffende gronden, welke het plan beoogt te beschermen niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen als bedoeld in sublid 3.3.1, winnen burgemeester en wethouders advies in van een door hen aan te wijzen ter zake landschapsdeskundige en een deskundig ecoloog, ingeval ze advies nodig achten.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van gronden met de bestemming 'Bos - Waardevol landschapselement' te wijzigen in de bestemmingen 'Recreatie' of 'Water', mits er ter compensatie elders binnen het plangebied een ten minste even grote oppervlakte van gronden voor de bestemming 'Bos - Waardevol landschapselement' wordt aangewezen, na advies van een door hen aan te wijzen ter zake deskundige, ingeval ze advies nodig achten.
Voor zover betreft de gronden als bedoeld in lid 3.1, is met toepassing van artikel 3.6a van de Wet ruimtelijke ordening, de toepasselijkheid van artikel 2.12, lid 2, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (omgevingsvergunning voor afwijking voor een bepaalde termijn) uitgesloten.
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in lid 4.1, mogen gebouwen, overkappingen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met inachtneming van de volgende regels:
Gebouwen
Bedrijfswoning met erfbebouwing
Overige bebouwing
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
bouwwerken | max. bouwhoogte |
een uitzichttoren | 12 m |
terreinafscheidingen | 2 m |
sport- en speeltoestellen | 5 m |
andere dan hiervoor genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde overkappingen | 5 m |
Tenten
Voorwaardelijke verplichting gebouw
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 4.2, onder d.2, voor het bouwen van andere gebouwen dan hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - 2', tot een goothoogte van 5,5 m en een bouwhoogte van 8,5 m, mits vooraf het advies is ingewonnen van de stedenbouwkundige omtrent de vormgeving van het betreffende gebouw in relatie met het karakteristieke hoofdgebouw.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 4.2, onder e, f en j, voor het bouwen met een andere nokrichting en een andere dakhelling dan wel een plat dak dan is bepaald in die onderdelen, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 4.2, onder l, sub 2, voor het ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overige bebouwing ' bouwen van gebouwen ten behoeve van recreatie, met een oppervlakte van maximaal 100 m², met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overige bebouwing ' in totaal niet meer dan 590 m² aan gebouwen en overkappingen mag worden gebouwd, inclusief de gebouwen en overkappingen die zijn gebouwd overeenkomstig lid 4.2, onder l, sub 1.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 4.2, onder m, voor het bouwen van sport- en speeltoestellen tot een bouwhoogte van 12 m, mits daardoor de landschappelijke waarden van het omliggende gebied niet wezenlijk worden aangetast.
Gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - 1' mogen worden gebruikt als standplaats voor tijdelijke tenten, met inachtneming van de volgende regels:
Horeca, als bedoeld in lid 4.1 onder e en h, is alleen toegestaan als de overige gronden met de bestemming 'Recreatie' worden opengesteld en beheerd als recreatieterrein.
Een gebruik in strijd met de bestemming is in ieder geval:
De functies als bedoeld in lid 4.1 zijn toegestaan onder voorwaarde dat ter plaatse van het aanduidingsvlak 'parkeerterrein' ten minste wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein, conform het gestelde in het gemeentelijke parkeerbeleid, zoals deze geldt binnen de gemeente Woerden ten tijde van de aanvraag van de omgevingsvergunning voor gebruik of voor het bouwen.
In het karakteristiek hoofdgebouw ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is naast het bestaande gebruik in overeenstemming met de bestemming, ook ander gebruik en verbouwing toegestaan voor:
waarbij het cultuurhistorisch waardevolle gebouw de maximale maat is.
Het gebruik van een woning en bijbehorende bijgebouwen voor de uitoefening van een 'vrij' beroep of voor beroeps- en bedrijfsactiviteiten aan huis is toegestaan, mits:
Een gebruik in strijd met de bestemming is in ieder geval het gebruik van voorzieningen voor verblijfsrecreatie voor permanente bewoning.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning ter verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 4.1, onder m, ten behoeve van het gebruiken en verbouwen van het karakteristiek hoofdgebouw ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' voor:
mits:
Behoudens het bepaalde in sublid 4.6.2, is het verboden zonder een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in lid 4.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in sublid 4.6.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
De werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in sublid 4.6.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de betreffende gronden, welke het plan beoogt te beschermen niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Alvorens een aanlegvergunning te verlenen als bedoeld in sublid 4.6.1, winnen burgemeester en wethouders advies in van een door hen aan te wijzen ter zake landschapsdeskundige, ingeval ze advies nodig achten.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen, zodanig dat de aanduiding 'karakteristiek' wordt toegevoegd dan wel verwijderd, voor zover de Commissie Monumenten en Cultuurlandschap de waarde van het betreffende gebouw positief respectievelijk negatief beoordeelt.
De op de plankaart als 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in lid 5.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
In andere watergangen dan een hoofdwatergang is een dam met duiker toegestaan voor de noodzakelijke ontsluiting van een perceel, mits de waterhuishouding hierdoor niet belemmerd wordt en met een maximum van één dam per oorspronkelijk verkavelingsperceel.
Behoudens het bepaalde in sublid 5.4.2, is het verboden zonder een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in lid 5.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in sublid 5.4.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
De werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in sublid 5.4.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de betreffende gronden, welke het plan beoogt te beschermen niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Alvorens een aanlegvergunning te verlenen als bedoeld in sublid 5.4.1, winnen burgemeester en wethouders advies in van een door hen aan te wijzen ter zake landschapsdeskundige, ingeval ze advies nodig achten.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Een gebruik in strijd met de in het plan gegeven bestemming en met het in of krachtens het plan ten aanzien van het gebruik van gronden en bouwwerken bepaalde, is in ieder geval ook:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - evenementen' gelden ten aanzien van evenementen de volgende voorwaarden:
adres | hoogte boven maaiveld | maximaal toelaatbaar geluidniveau (LAeq) |
Van Teylingenweg 132 Kamerik | 1,5 m 4,5 m |
55 dB(A) 60 dB(A) |
Oortjespad 5 Kamerik | 1,5 m 4,5 m |
53 dB(A) 55 dB(A) |
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' zijn geen geurgevoelige objecten als bedoeld in de Wet geurhinder en veehouderij toegestaan.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van deze regels:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd binnen de volgende grenzen het plan te wijzigen indien en voor zover dringende redenen, die na het ter inzage leggen van het plan te hunner kennis zijn gekomen, hiertoe aanleiding geven en voor zover zulks het belang van een goede ruimtelijke ontwikkeling van het in het plan begrepen gebied niet schaadt:
het wijzigen van bestemmings-, bouw- en aanduidingsgrenzen zodanig, dat de geldende oppervlakte van de bij wijziging betrokken bestemmings- en bouwvlakken en aanduidingen met niet meer dan 10% wordt verkleind of vergroot.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen zodanig dat de aanduiding 'milieuzone - geurzone' gedeeltelijk of geheel wordt verwijderd, naargelang vast is komen te staan dat aangrenzende en nabijgelegen agrarische bedrijven definitief minder of in het geheel geen geurhinder meer veroorzaken.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Oortjespad.