Plan: | Drie vrije kavels Strienemonde |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0617.bpsm-vg99 |
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) heeft op 22 september 2010 een gedeelte van het bestemmingsplan Land van Essche vernietigd. De strekking van de uitspraak is hieronder opgenomen.
De bouwhoogte die in het bestemmingsplan wordt toegestaan voor de drie vrijstaande woningen wijkt af van de hoogte die voor de overige woningen aan de Hilsondusstraat staan. Voor dit plandeel voorziet het bestemmingsplan in de mogelijkheid na ontheffing een derde bouwlaag te bouwen. De planregels sluiten het realiseren van een kap op deze derde bouwlaag voorts niet uit. Er is niet voldoende aangetoond dat het aangrenzende perceel geen onaanvaardbare schaduwhinder zal ondervinden van de drie vrijstaande woningen, omdat eerder gemaakte schaduwberekeningen uitgaan van een fictieve bouwhoogte. De ABRvS volgt de gemeenteraad voorts niet inzake dat de minimale afstand van 8 m die tot de achterste perceelsgrens moet worden aangehouden gebruikelijk is binnen het plangebied 'Land van Essche', omdat de bouw van de vrijstaande woningen, anders dan in de rest van het plangebied, enkel mogelijk is op een afstand van 8 m tot de perceelsgrens, terwijl de planregels ervan uitgaan dat deze afstand een ondergrens dient te zijn. Daarnaast wordt op andere plaatsen binnen de wijk geen derde bouwlaag mogelijk gemaakt.
Vanwege het bovenstaande oordeelt de ABRvS omtrent de bouwhoogte en de afstand van de vrijstaande woningen dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plandeel 'Wonen' met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-1 (sba-1)' naast het aangrenzende perceel strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Het besluit van de raad van de gemeente Strijen van 27 oktober 2009 voor het betreffende plandeel 'Wonen' met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-1 (sba-1)' is dan ook vernietigd.
In het onderhavige bestemmingsplan is rekening gehouden met de uitspraak van de ABRvS in die zin dat de bouwmogelijkheden van de drie nieuwe woningen verder zijn ingekaderd en dat de afweging van de ruimtelijke effecten (met name de schaduwwerking) van de drie nieuwe woningen ten aanzien van omliggende percelen, is afgestemd op de (bouw)mogelijkheden van het bestemmingsplan.