Plan: | Landelijk Gebied Westvoorne |
---|---|
Status: | concept |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0614.BHLandelijkGebied-0100 |
Op basis van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) moeten gemeenten per 1 juli 2013 over actuele bestemmingsplannen beschikken, dat wil zeggen niet ouder dan 10 jaar. Tevens dienen ruimtelijke plannen opgesteld te zijn conform de wettelijke standaarden en digitaal raadpleegbaar te zijn. Voor het buitengebied van Westvoorne betekent dit dat het vigerende plan op 29 mei 2017 niet meer actueel is.
De gemeente Westvoorne is daarom bezig met de voorbereiding van het opstellen van een nieuw plan voor het buitengebied. Vooruitlopend op de Omgevingswet wordt gekozen voor het opstellen van een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte. Het doel van de herziening is om de bestemmingslegging van de diverse geldende plannen te actualiseren en aan te passen aan de actuele wet- en regelgeving en daarnaast te kunnen voldoen aan de doelen van de Omgevingswet.
Gezien de zorgvuldige voorbereiding lukt het niet om voor maart 2017 het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte vastgesteld te hebben. Naar verwachting wordt et plan begin 2018 vastgesteld. Met de beheersverordening kan de gemeente inwoners en ondernemers een kader blijven bieden voor vergunning van hun bouw- en gebruiksplannen. De beheersverordening verlengt feitelijk de werking van de huidige bestemmingsplannen tot het nieuwe omgevingsplan er is. Er is dus geen sprake van nieuwe regels of mogelijkheden, wat nu kan blijft ook met de beheersverordening mogelijk. Omdat de beheersverordening geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt is voorliggende toelichting beknopt gehouden. Mochten nieuwe ontwikkelingen nodig of wenselijk blijken te zijn dan worden deze meegenomen in de voorbereiding van het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte. Daar worden ook de na 2007 vastgestelde bestemmingsplannen die voldoen aan de Wro en reeds zijn gedigitaliseerd in meegenomen. Voorliggend document betreft deze beheersverordening.
Om een actueel planologisch kader te behouden is een beheersverordening een snellere oplossing dan een bestemmingsplan omdat deze op een kortere termijn in werking kan treden. Daarnaast gaat het in een beheersverordening puur om de bestaande situatie. Daarbij betreft het niet alleen de ‘waarneembaar’ bestaande situatie (dat wil zeggen dat wat feitelijk aanwezig is of nog kan worden gebouwd op basis van een vergunning), maar ook de planologisch bestaande situatie. Uiteraard zijn bestaande illegale situaties niet opgenomen in de beheersverordening. In de regels is namelijk het begrip 'bestaand' opgenomen. Illegale situaties worden niet als bestaand gezien.
Met deze beheersverordening worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Zoals aangegeven wordt gewerkt aan een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte voor het buitengebied van Westvoorne. Deze beheersverordening wordt voorafgaand aan het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte vastgesteld om te kunnen voldoen aan de actualiseringsplicht van de Wro.
Kort gezegd bestaat een beheersverordening uit een verbeelding van het verordeningsgebied en regels. Meer concreet gaat het om:
De beheersverordening gaat vergezeld van een toelichting. Deze motiveert de keuze voor het instrument (zie hierboven), welke aspecten zijn onderzocht, etc. De toelichting bevat ook een uitleg van de regeling.
Het belangrijkste uitgangspunt voor deze beheersverordening is dat deze de bestaande legale situatie (inclusief overige, voorheen toegelaten functies) vastlegt. Een beheersverordening mag in principe geen 'ruimtelijke ontwikkelingen' bevatten.
De beheersverordening legt de situatie van bebouwing en gebruik vast door middel van een algemene regeling voor het hele verordeningsgebied, waardoor een eenvoudige regeling mogelijk is. Voor zover nodig is een nader specificatie en/of detaillering aangebracht door middel van besluit(sub)vlakken op de kaart of specifieke bepalingen in de regels. In de volgende paragraaf worden hiervan voorbeelden gegeven.
De beheersverordening moet digitaal worden gemaakt volgens de Praktijkrichtlijn Gebiedsgerichte Besluiten (PRGB2012). De verordening wordt door de gebruiker namelijk via een digitaal platform (meestal de website www.ruimtelijkeplannen.nl) benaderd. Digitaal gezien zijn er verschillende vlakken zichtbaar, namelijk het besluitgebied, de besluitvlakken en eventueel de besluitsubvlakken. Hierna volgt een korte omschrijving van wat deze vlakken regelen:
Het verordeningsgebied omvat het gehele grondgebied van de gemeente Westvoorne, uitgezonderd de dorpsgebieden Oostvoorne, Tinte en Rockanje (inclusief de nieuwbouwwijk de Drenkeling, zie figuur 1.1), het zeegebied, de bedrijventerreinen bij Oostvoorne en Rockanje, het woongebied langs de Hoofdweg in Oostvoorne en het caravanterrein Brielse Meer.
Binnen het verordeningsgebied zijn de volgende vastgestelde en nog actuele bestemmingsplannen niet opgenomen:
Figuur 1.1 Ligging verordeningsgebied
In het verordeningsgebied zijn de volgende plannen van kracht:
Bestemmingsplan | Vastgesteld |
Landelijk Gebied Westvoorne | 29 mei 2007 |
Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening | 22 april 2008 |
Landelijk Gebied Westvoorne, 2e herziening | 16 december 2008 |
Parapluplan Woonbestemmingen | 26 juni 2012 |
Landelijk Gebied Westvoorne, 4e herziening | 25 september 2012 |
Parapluherziening erfafscheidingen, BenB gastenverblijf en parkeren | 10 mei 2016 |
Ruimte voor Ruimte | 31 oktober/ 2 november 2006 |
Ruimte voor Ruimte II | 15 december 2009 |
Kruiningergors | 22 april 2008 |
Duinstraat 18 Rockanje | 15 september 2014 |
Wijzigingsplan Katteweg 3 | 2 december 2013 |
Wijzigingsplan Rietdijk 13 Tinte | 20 november 2013 |
Hortweg 10 Rockanje | 23 april 2012 |
Wijzigingsplan Groeneweg tussen 11 en 11a Oostvoorne | 9 augustus 2011 |
Achterweg 3 Tinte | 8 maart 2011 |
Wijzigingsplan Torenweg 20 | 15 september 2010 |
Panneweg 7 Rockanje | 25 november 2014 |
Boomweg 15 Rockanje | 15 september 2009 |
Panneweg 4 Oostvoorne | 19 augustus 2008 |
Panneweg 6a Oostvoorne | 29 juli 2008 |
Scheitweek 9 Oostvoorne | 21 oktober 2008 |
Voornoemde plannen vervallen (voor zover zij betrekking hebben op het plangebied) bij inwerkingtreding van deze beheersverordening, zoals in de Wro is bepaald. De plannen zijn als bijlage bij deze beheersverordening opgenomen, dan wel via een link naar www.ruimtelijkeplannen.nl, en worden via de regels van toepassing verklaard op het gebied. Inhoudelijk blijven deze plannen dus van toepassing.
De bouw- en gebruikswijzigingen die passen binnen de vigerende bestemmingsplannen worden met deze beheersverordening voortgezet. In afwijking van de vigerende bestemmingsplannen zijn voor verschillende locaties vrijstellingen, ontheffingen en omgevingsvergunningen verleend. Deze hebben betrekking op bouw- en gebruikswijzigingen. De verleende vrijstellingen, ontheffingen en omgevingsvergunningen maken deel uit van deze beheersverordening.
Deze toelichting bevat de volgende hoofdstukken. Na deze inleiding (hoofdstuk 1) wordt ingegaan op de volgende onderwerpen:
In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de huidige verschillende planregelingen die onverkort worden overgenomen in deze beheersverordening door middel van een 'besluitvlak'.
Dit besluitvlak is van toepassing voor het grootste gedeelte van het verordeningsgebied, met uitzondering van die gebieden, waar na de vaststelling in 2007, een nieuw bestemmingsplan voor is opgesteld. Binnen het besluitvak wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende bestemmingen:
Deze herziening is van toepassing op het gebied Stuifakker-Zuid. Met de herziening wordt de bestemming van de gronden in het zuidelijke deel van het gebied Stuifakker toegevoegd aan het bestemmingsplan en voorzien van een passende regeling. De herziening wordt ook gebruikt om een verdere verfijning aan te brengen in de bestemming 'Gebieden met archeologische (verwachtings)waarde'. Deze aanpassing heeft betrekking op het hele verordeningsgebied .
Het besluitvlak heeft daarnaast specifiek betrekking op:
Met de herziening is tevens een aantal begripsbepalingen aan de voorschriften van het bestemmingsplan 'Landelijk gebied Westvoorne' toegevoegd dan wel gecorrigeerd en zijn ambtshalve wijzigingen en reparaties van kleine omissies doorgevoerd.
Dit besluitvlak heeft betrekking op enkele percelen aan de Langeweg en een perceel aan de Middelweg in Rockanje, te weten:
Dit besluitvlak heeft betrekking op het gehele verordeningsgebied. Het plan ziet toe op een herziening van het bestemmingsplan 'Landelijk Gebied Westvoorne' (inclusief 1e en 2e herziening),' Ruimte voor Ruimte', 'Ruimte voor Ruimte II' alsmede het bestemmingsplan 'Kruiningergors'. De herziening van voornoemde plannen is geregeld met het bestemmingsplan 'Paraplu Woonbestemmingen' en is opgesteld vanwege de gewenste uniformiteit en vereenvoudiging van de bestemming 'Woondoeleinden'. Bestemmingen die andere woningen mogelijk maken in de vorm van een bedrijfs- of dienstwoning zijn niet in deze herziening betrokken. De herziening ziet wel toe op een verruiming van de bouwmogelijkheden voor woningen en erfbebouwing ten opzichte van de huidige regeling. Hiermee heeft het plan betrekking op het hele verordeningsgebied. De herziening ziet ook toe op de dorpsgebieden. In de verordening wordt de herziening meegenomen voor zover deze betrekking heeft op het buitengebied van Westvoorne.
Dit besluitvlak heeft specifiek betrekking op de voorschriften voor de bouwhoogte van kassen bij glastuinbouwbedrijven buiten het glastuinbouwgebied Tinte met een bestemming 'Agrarisch' en 'Agrarisch met landschappelijke waarde'. De bouwhoogte voor kassen wordt maximaal 5 meter met een afwijkingsmogelijkheid voor een bouwhoogte van 7 meter.
Dit Besluitvlak heeft betrekking op het gros van de bestemmingsplannen in de gemeente Westvoorne en herziet de volgende drie onderwerpen:
Dit besluitvlak heeft betrekking op verspreid liggende percelen op verschillende locaties in het landelijk gebied, waar gebruik wordt gemaakt van de zogenaamde Ruimte-voor-Ruimteregeling. Dit betekent dat agrariërs tegemoet wordt gekomen door toe te staan dat de eigenaar in ruil voor het slopen van de kassen één of meerdere woningen mag bouwen Hiervoor is een afzonderlijk bestemmingsplan vastgesteld.
Dit besluitvlak heeft betrekking op een aantal locaties in het buitengebied die gebruik willen maken van de Ruimte-voor-Ruimteregeling. Het gaat om de volgende locaties:
Dit besluitvlak heeft specifiek betrekking op de polder Kruiningergors, gelegen aan de noordwestelijke rand van de gemeente Westvoorne. Met het plan wordt ontwikkeling en verbetering van het recreatiegebied mogelijk gemaakt. De aanwezige natuurwaarden van het duin- en oevergebied blijven met het bestemmingsplan behouden.
Binnen het verordeningsgebied zijn een aantal wijzigingsplannen vastgesteld. Deze plannen maken gebruik van de wijzigingsbevoegdheden die zijn opgenomen in het bestemmingsplan Landelijk Gebied Westvoorne (inclusief herzieningen) dan wel het bestemmingsplan Ruimte voor Ruimte. Voor de wijzigingsplannen wordt de verbeelding van voornoemde (moeder)plannen gewijzigd. De regels van het moederplan (inclusief herzieningen) blijven wel van toepassing. De wijzigingsplannen zijn ieder voorzien van een eigen besluitvlak. Het gaat om de volgende plannen:
Op verschillende niveaus gelden beleidsnota's die betrekking hebben op het verordeningsgebied.
Op verschillende niveaus gelden beleidsnota's die betrekking hebben op het verordeningsgebied. Op rijks- en provinciaal niveau zijn dit onder andere de 'Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte' en de 'Visie Ruimte en Mobiliteit', die verder zijn uitgewerkt in respectievelijk het 'Besluit algemene regels ruimtelijke ordening' en de 'Visie Ruimte en mobiliteit' (VRM) en de daarbij behorende 'Verordening Ruimte'. Deze beleidsnota's geven geen specifieke uitgangspunten voor het verordeningsgebied, aangezien de bestaande situatie wordt vastgelegd en er geen sprake is van nieuwe, ruimtelijk relevante ontwikkelingen. In algemene zin wordt gestreefd naar een voortzetting en verbetering van het bestaande kwaliteitsniveau. Dit geldt dan ook voor het verordeningsgebied.
Op gemeentelijk niveau zijn de volgende beleidsdocumenten relevant voor de beheersverordening:
Omgevingsvisie Westvoorne | De gemeenteraad heeft de omgevingsvisie op 5 juli 2016 vastgesteld. In deze visie worden de verschillende belangen vanuit landschap, de kernen, recreatie en toerisme, de agrarische sector en de gemeenschap samengesmolten tot een integrale ontwikkelingsrichting voor de periode tot 2030. De visie is de beleidsmatige voorbereiding voor het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan. De beheersverordening ziet toe op het vastleggen van de bestaande situatie en maakt geen ontwikkelingen mogelijk. In die zin is de omgevingsvisie niet relevant. De beheersverordening borgt dat de aanwezige kwaliteiten en kenmerken van het landelijk gebied blijven behouden. De keuzes die in de Omgevingsvisie worden gemaakt worden uiteindelijk in het nieuwe bestemmingsplan met verbrede reikwijdte verwerkt. |
||
Structuurvisie Westvoorne | In 1996 heeft de gemeenteraad van Westvoorne de structuurvisie Westvoorne vastgesteld. De structuurvisie is deels vervangen door de omgevingsvisie. De beheersverordening ziet toe op het vastleggen van de bestaande situatie en maakt geen ontwikkelingen mogelijk. In die zin is de structuurvisie niet relevant. Wel voorziet de beheersverordening in het behoud van de aanwezige woon- en werklocaties, cultuurhistorische waarden en behoud van het landschap. | ||
Nota Economisch Beleid | Op 25 juni 2013 heeft de gemeenteraad de nota Economisch Beleid vastgesteld. Binnen de kaders van deze beheersverordening is het uitvoeren van de beleidslijn mogelijk. Wel wordt in het kader van het nog op te stellen bestemmingsplan nader bekeken of er meer mogelijkheden zijn om het economische beleid verder planologisch te verankeren. | ||
Beleidsregel Lichthinder | De gemeente Westvoorne streeft ernaar om lichthinder ten gevolge van assimilatiebelichting afkomstig van glastuinbouwbedrijven tegen te gaan. Aangezien met de beheersverordening geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt vindt geen verandering plaats ten aanzien van eventuele lichthinder. | ||
Groenbeheerplan 2010-2014 | In 2010 heeft de gemeenteraad het groenbeheerplan vastgesteld. Het plan bestaat uit een aantal elementen die met elkaar verbonden zijn. De beheersverordening behoudt de groene bestemmingen en maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Het aanwezige groen blijft daarmee gehandhaafd. | ||
Structuurvisie Glsherstructurering | In 2009 heeft de gemeente beleid geformuleerd voor de glastuinbouw. In 2011 is dit beleid herzien. De doelstellingen van het beleid zijn sanering van het verspreid liggend glas en optimalisatie van het glasintensiveringsgebied om een duurzame toekomst te bieden aan de glastuinbouw. De beheersverordening legt de bestaande situatie vast en maakt daarmee geen nieuwe vestiging van glastuinbouwbedrijven mogelijk. |
||
Beleidsnota archeologische monumentenzorg 2008 | De gemeente Westvoorne wil op verantwoorde wijze met het archeologische erfgoed omgaan en heeft daarom haar eigen archeologiebeleid. De beheersverordening legt de bestaande situatie vast en maakt geen nieuwe bodemverstorende ontwikkelingen mogelijk. Daarbij voorziet de beheersverordening met het opnemen van dubbelbestemmingen expliciet in de bescherming van archeologisch waardevolle gebieden. |
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe rekening is gehouden met de in en rond het verordeningsgebied voorkomende relevante omgevingsaspecten. Omdat deze beheersverordening enkel de bestaande planologische situatie voortzet, is de onderzoeksopgave van beperkte omvang. Om die reden is de afweging per aspect beknopt weergegeven.
Archeologie
Op grond van de Erfgoedwet moet bij de vaststelling van een beheersverordening rekening worden gehouden met de archeologische waarden. Voorliggende beheersverordening neemt de bestaande archeologische waarden, zoals opgenomen in de bestemmingsplannen, onverkort over. Op het moment dat voor het plangebied een nieuw bestemmingsplan / omgevingsplan wordt vastgesteld zal opnieuw rekening worden gehouden met archeologie.
Cultuurhistorie
In het verordeningsgebied bevinden zich zowel rijks- als gemeentelijke monumenten. Rijksmonumenten worden beschermd via de Erfgoedwet. Gemeentelijke monumenten via de Erfgoedverordening. De in de bestemmingsplannen opgenomen monumenten worden wederom als zodanig bestemd. Op het moment dat voor het plangebied een nieuw bestemmingsplan / omgevingsplan wordt vastgesteld zal opnieuw rekening worden gehouden met cultuurhistorie. Dit geldt ook voor het deel van het plangebied dat is aangewezen als beschermd stads- en dorpsgezicht. Het voormalige bestemmingsplan bevat een bepaling dat een advies aan een landschapsdeskundige kan worden gevraagd voordat een aanlegvergunning wordt verleend. Deze regeling blijft gehandhaafd.
Met betrekking tot de bodem wordt aangegeven dat in het verordeningsgebied geen nieuwe (grootschalige) ontwikkelingen worden toegestaan waarvoor op voorhand bodemonderzoek noodzakelijk is. Vanuit het omgevingsaspect bodem zijn er dan ook geen belemmeringen voor het verordeningsgebied.
Het verordeningsgebied is getoetst aan de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet en de en de Wet natuurbescherming die vanaf 1 januari 2017 in werking treedt. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in gebiedsbescherming en soortenbescherming.
Gebiedsbescherming
Ten aanzien van gebiedsbescherming zijn in het kader van de Europese richtlijnen in Nederland speciale beschermingszones aangewezen die een hoge wettelijke bescherming kennen. Hiervoor zijn Natura 2000- en gebieden deel uitmakend van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS, tegenwoordig Natuurnetwerk Nederland (NNN)) aangewezen.
Binnen het verordeningsgebied zijn geen ontwikkelingen beoogd die van invloed zijn op de EHS- en Natura 2000-gebieden.
Soortenbescherming
Op grond van de Flora- en faunawet gelden algemene verboden tot het verwijderen van beschermde plantensoorten van hun groeiplaats, het beschadigen, vernielen, wegnemen of verstoren van voortplantings- of vaste rustplaatsen of verblijfplaatsen van beschermde diersoorten of het opzettelijk verontrusten van een beschermde diersoort. Bij nieuwe ontwikkelingen dient hiermee rekening te worden gehouden.
Voor het verordeningsgebied kan worden gesteld dat het om een bestaande situatie gaat waarin geen nieuwe (grootschalige) ontwikkelingen worden toegestaan. Wat betreft de soortenbescherming, worden daarom geen belemmeringen verwacht.
Het verordeningsgebied valt onder het beheer van het waterschap Hollandse Delta. Zij draagt zorg voor schoon en voldoende water en voor veilige dijken en wegen. Voor de watergangen, waterkeringen, kunstwerken en waterpartijen in het verordeningsgebied geldt dat de bestaande situatie wordt gecontinueerd. De kwaliteit- en kwantiteitsfunctie van het water in het verordeningsgebied is hiermee gewaarborgd.
Ten behoeve van de milieuzonering is door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) het systeem "Bedrijven en milieuzonering" ontwikkeld, in de vorm van een bedrijvenlijst, waarin de bedrijven zijn gecategoriseerd op hun milieueffecten. Afhankelijk van de mate waarin de in deze lijst opgenomen bedrijven milieuhinder (uitgaande van de gemiddelde bedrijfssituatie) kunnen veroorzaken, kent de lijst aan de bedrijven een milieucategorie toe. Naarmate de milieuhinder toeneemt, loopt de milieu-indeling op van 1 t/m 6, met bijbehorende richtafstanden.
Binnen het plangebied zijn diverse bedrijven aanwezig. Deze beheersverordening legt de bestaande situatie vast. De bestaande milieuhygiënische situatie is en blijft daarmee gehandhaafd en een planologische verslechtering is niet mogelijk. Vanuit milieuzonering gelden er dan ook geen belemmeringen voor de vaststelling van de beheersverordening.
De Wet geluidhinder (Wgh) stelt eisen met betrekking tot de geluidbelasting van geluidsgevoelige gebouwen en terreinen door drie verschillende geluidsbronnen: wegverkeer, spoorwegverkeer en industrie.
Wegverkeer
In de Wgh is bepaald dat elke weg in principe een zone heeft, waar aandacht aan geluidhinder moet worden besteed. Wegen waar deze zone in principe niet geldt, zijn onder andere wegen waarvoor een maximumsnelheid geldt van 30 km/uur. Voor de zoneplichtige wegen (dus met een maximumsnelheid van 50 km/uur of meer) biedt de beheersverordening een regeling dat een geluidsgevoelig gebouw niet dichter naar een zoneplichtige weg kan worden gebouwd.
Spoorwegverkeer
Aangezien binnen het plangebied geen spoorwegen aanwezig zijn, is geluidbelasting ten gevolge spoorwegverkeer bij de voorliggende beheersverordening niet aan de orde.
Industrielawaai
Het plangebied bevindt zich binnen de geluidzone van het industrieterrein Europoort-Maasvlakte. Nieuwe geluidsgevoelige functies (zoals woningen) binnen deze zone zijn alleen toegestaan op het moment dat een hogere waarde is verkregen. Met onderhavige beheersverordening wordt de geluidzone van het industrieterrein niet aangepast. Gezien het conserverende karakter van de beheersverordening, vormt deze geluidszone geen belemmering.
Het aantal geluidgevoelige objecten binnen de wettelijke geluidzones rond de binnen het plangebied gelegen wegen en de geluidzone van het industrieterrein mag niet (zonder meer) toenemen. Omdat er sprake is van een beheersverordening en de rechten uit de vigerende bestemmingsplannen zijn overgenomen, is het toevoegen van nieuwe geluidsgevoelige objecten niet aan de orde.
De Wet luchtkwaliteit is onderdeel van de Wet milieubeheer. In de wet zijn normen opgenomen voor de luchtkwaliteit. De luchtkwaliteitseisen vormen onder andere geen belemmering voor ruimtelijke ontwikkeling als er geen sprake is van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde of als een project, al dan niet per saldo, niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit leidt. In het verordeningsgebied zijn geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk die nader luchtkwaliteitsonderzoek vereisen. Luchtkwaliteit is daarmee geen belemmering voor het verordeningsgebied.
Inrichtingen
Voor risicovolle bedrijven bevat het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) veiligheidsnormen. Het heeft gevolgen voor de ruimtelijke ordening. Bij het plannen van kwetsbare objecten, zoals woonhuizen in de omgeving van een risicovolle inrichting, moet op basis van het Bevi rekening worden gehouden met de mogelijke invloed van die inrichting. De risicovolle inrichtingen zijn op de risicokaart weergegeven. Daarop zijn ook inrichtingen weergegeven waar gevaarlijke stoffen aanwezig zijn en die onder der werkingssfeer van het Activiteitenbesluit milieubeheer (Activiteitenbesluit) vallen. Binnen het plangebied zijn zowel inrichtingen aanwezig die vallen onder de werkingssfeer van het Bevi als inrichtingen die vallen onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit.
Transport
Wat betreft het vervoer van gevaarlijke stoffen wordt het toetsingskader gevormd door de Wet basisnet. Op basis van het Besluit externe veiligheid transportroutes moet rekening worden gehouden met het zogenaamde basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Uitgangspunt van het basisnet is dat door het vastleggen van veiligheidszones de gebruiksruimte voor het vervoer van gevaarlijke stoffen en ruimtelijke ontwikkelingen op elkaar kunnen worden afgestemd. Binnen het plangebied vindt over de G. J. van den Boogerdweg (N15 / N218) transport van gevaarlijke stoffen plaats. Deze transportroute valt onder de werkingssfeer van het basisnet, zie figuur 4.1.
Buisleidingen
Binnen het plangebied zijn een aantal buisleidingen aanwezig, zie figuur 4.1. Het toetsingskader voor hogedruk aardgastransportleidingen is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) en de bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen (Revb).
Figuur 4.1 uitsnede risicokaart en daarop aangegeven het plangebied (geel)
Deze beheersverordening legt de bestaande situatie vast. Voor externe veiligheid zijn er geen belemmeringen voor de vaststelling van de beheersverordening. Volledigheidshalve bevat de beheersverordening een regeling dat alleen de bestaande risicovolle inrichtingen zijn toegestaan.
Naast de in paragraaf 4.9 beschreven leidingen zijn geen kabels en leidingen aanwezig binnen het verordeningsgebied die naar aard en omvang een ruimtelijk en/of functioneel belang hebben. Voorliggende beheersverordening neemt de aanwezige leidingen, zoals opgenomen in de bestemmingsplannen, onverkort over. Hiermee levert dit geen belemmering op.
In dit hoofdstuk wordt de keuze voor het instrument beheersverordening uiteengezet en een uitleg gegeven bij de planologische regeling.
De beheersverordening is gebaseerd op de volgende uitgangspunten:
Zowel het behoud van de bestaande situatie als het behoud van de planologische ruimte vormen de onderlegger voor de beheersverordening. Daartoe is de regeling uit het geldende bestemmingsplan in deze verordening overgenomen.
In de regeling is expliciet bepaald dat wanneer de bestaande legale situatie afwijkt van hetgeen op het kaartbeeld en/of in de voorschriften is bepaald, de bestaande legale situatie alsnog is toegestaan.
Met de inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is een aantal termen die gebruikt werden in de voorheen geldende bestemmingsplannen niet meer actueel. In plaats van een aanlegvergunning, wordt nu gesproken over een 'omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden' en in plaats van een vrijstelling, is er nu sprake van een 'afwijking'. De inhoud en de bedoeling van de regels wijzigen echter niet, er is sprake van een nieuwe naam van de vergunningen. In deze verordening is aangegeven hoe deze vergunningen nu moeten worden gelezen.
Voor de geldende bestemmingsplannen geldt dat de regeling en bijbehorende kaart is opgenomen als bijlage bij deze beheersverordening of een verwijzing naar www.ruimtelijkeplannen.nl is opgenomen. In artikel 2 lid a zijn de verwijzing naar deze plannen opgenomen en zijn de geldende plannen van toepassing verklaard. Er is met een besluitsubvlak aangegeven welk plan waar geldt.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Landelijk Gebied Westvoorne' en 'Kaarten Landelijk Gebied Westvoorne' bij de regels.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening' en 'Kaarten Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening' bij de regels.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne, 2e herziening
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften Landelijk Gebied, 2e herziening' bij de regels.
Besluitvlak Paraplu Woonbestemmingen
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing - voor zover deze betrekking heeft op het plangebied - en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften paraplu woonbestemmingen' bij de regels.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne, 4e herziening
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften Landelijk Gebied Westvoorne, 4e herziening' bij de regels.
Besluitvlak Ruimte voor Ruimte
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Ruimte voor Ruimte' en 'Kaart Ruimte voor Ruimte' bij de regels.
Besluitvlak Ruimte voor Ruimte II
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften Ruimte voor Ruimte II' en 'Kaart Ruimte voor Ruimte II' bij de regels.
Besluitvlak Kruiningergors
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Kruiningergors' en 'Kaart Kruiningergors' bij de regels.
Besluitvlakken wijzigingsplannen
De diverse wijzigingsplannen zijn integraal opgenomen. Voor de wijzigingsplannen wordt de verbeelding van voornoemde (moeder)plannen gewijzigd. De regels van het moederplan (inclusief herzieningen) blijven wel van toepassing. In afwijking van het besluitvlak 'Landelijk Gebied Westvoorne' en 'Ruimte voor Ruimte' wordt waar mogelijk een verwijzing naar de digitale verbeelding zoals weergegeven op www.ruimtelijkeplannen.nl opgenomen. Waar dit niet mogelijk is zijn de verbeeldingen als bijlage bij de regels opgenomen. Op deze wijze kunnen de kaarten eenvoudig worden geraadpleegd.
Uitgesloten bepalingen
Conform artikel 3.38, lid 3 en 4, van de Wro kunnen wijzigingsbevoegdheden en nadere eisen uit geldende plannen binnen een beheersverordening niet worden overgenomen. Voor wijzigingsbevoegdheden geldt dat deze ontwikkelingen mogelijk maken die afwijken van ofwel de bestaande ruimtelijke structuur ofwel de bestaande functionele structuur. Om die reden stroken deze regelingen niet met het doel van een beheersverordening als instrument. Het opnemen van deze instrumenten kan op grond van artikel 3.6 Wro alleen in een bestemmingsplan en is dus niet mogelijk in een beheersverordening.
Verder zijn de in de bijlagen opgenomen regelingen met betrekking tot het overgangsrecht, de strafbepaling en de slotbepaling niet meer van toepassing binnen het regiem van de beheersverordening.
Al deze bepalingen zijn dan ook buiten toepassing van de beheersregeling gelaten (artikel 2 sub b).
Overige legale situaties
Situaties die niet voldoen aan de ter plaatse geldende regeling, maar wel legaal tot stand gekomen zijn, blijven eveneens toegestaan. Dit is bepaald in artikel 2 sub e. Het kan daarbij gaan om zowel bouw- als gebruiksmogelijkheden overeenkomstig een eerder doorlopen ruimtelijke procedure. Denk hier bijvoorbeeld aan verleende vergunningen op basis van artikel 19 van de oude Wet op de Ruimtelijke Ordening en meer recentere Wabo-procedures. Deze verleende vergunningen vallen onder het begrip 'bestaand'.
Deze beheersverordening regelt in principe dat de in het laatste bestemmingsplan geldende regelingen van kracht blijven. Bij aanvragen voor omgevingsvergunning betekent dit concreet dat de bijlage(n) bij de verordening, dan wel het plan zoals beschikbaar is via www.ruimtelijkeplannen.nl, het toetsingskader is. In deze bijlagen zijn de regeling van het eerdere bestemmingsplannen integraal overgenomen, voor zover zij van toepassing zijn binnen het verordeningsgebied.
Door deze systematiek blijft het toetsingskader voor aanvragen voor omgevingsvergunning in principe gelijk aan die vóór de inwerkingtreding van deze verordening. Wel moet erop worden gelet dat nadere eisen en wijzigingsbevoegdheden die in de bijlage voorkomen, niet kunnen worden toegepast. Dit zijn bevoegdheden die ontwikkelingen mogelijk maken, die niet onder het regime van een beheersverordening mogen vallen en bovendien op grond van de Wro niet hierin kunnen worden opgenomen. Hetzelfde geldt voor het overgangsrecht en de strafbepaling die niet relevant meer zijn, nu er een beheersverordening geldt. In artikel 2 lid b van deze verordening zijn deze bevoegdheden buiten toepassing verklaard.
Doordat het laatste bestemmingsplan wordt vervangen door de beheersverordening met dezelfde regeling c.q bestemmingen, verandert er voor de aanvrager c.q. burger in principe niets. Een aanvraag voor omgevingsvergunning wordt getoetst aan de bijlagen in de beheersverordening, dit is het hiervoor geldende bestemmingsplan. De bijlagen (voorschriften en plankaart) die als toetsingskader worden gebruikt zijn in pdf-formaat dan wel digitaal beschikbaar.
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) kent geen voorbereidingsprocedure voor de beheersverordening. De beheersverordening legt de bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden vast en is daarmee een technische verwerking van een noodzakelijke tussenstap om een actueel planologisch kader te kunnen gebruiken. De voorliggende beheersverordening biedt dan ook geen nieuwe regels of mogelijkheden en wordt daarom niet ter inzage gelegd als ontwerp beheersverordening.
De beheersverordening wordt door de gemeenteraad vastgesteld. Tegen het vaststellingsbesluit van een beheersverordening kan geen bezwaar of beroep worden aangetekend.
De verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na de bekendmaking van het vaststellingsbesluit, tenzij in het besluit daarvoor een ander tijdstip is aangewezen. In onderhavig geval is dat het geval en treedt de beheersverordening de dag na bekendmaking in werking.