direct naar inhoud van Regels
Plan: Buitengebied, herziening 1
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0610.bp03buitengebiedh1-3001

Regels

Op het plan zijn, voorzover onderdeel uitmakend van het plangebied, van toepassing de regels en verbeelding welke deel uitmaken van het bestemmingsplan “Buitengebied”, te raadplegen via: www.ruimtelijkeplannen.nl/web-roo/roo/bestemmingsplannen_p?planidn=NL.IMRO.0610.b p03buitengebie d- 3002

met dien verstande dat die regels en verbeelding op onderstaande onderdelen worden

aangepast.

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

De volgende begripsbepalingen worden vervangen door de volgende omschrijving en/of

ingevoegd in artikel 1:

1.1 plan

het bestemmingsplan 'Buitengebied, herziening 1' met identificatienummer NL.IMRO.0610.bp03buitengebiedh1-3001 van de gemeente Sliedrecht;

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 bestemmingsplan 'Buitengebied'

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand

NL.IMRO.0610.bp03buitengebied-3002 met de bijbehorende regels en bijlagen;

1.4 hoofdtak intensieve veehouderij

een bedrijfsonderdeel intensieve veehouderij dat qua omvang,

arbeidsinzet en gelet op de inkomsten die daaruit redelijkerwijs kunnen worden verworven

als volwaardige agrarische hoofdactiviteit kan worden aangemerkt of als activiteit waaruit

de betrokkene het hoofdinkomen verwerft;

1.5 neventak intensieve veehouderij

een bedrijfsonderdeel intensieve veehouderij dat qua omvang, arbeidsinzet en gelet op de

inkomsten die daaruit redelijkerwijs kunnen worden verworven niet als volwaardige

agrarische hoofdactiviteit kan worden aangemerkt of als activiteit waaruit de betrokkene

het hoofdinkomen verwerft;

Artikel 2 Wijze van meten

Geen onderdeel van deze herziening.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch

Artikel 3 'Agrarisch' uit het bestemmingsplan 'Buitengebied', wordt als volgt gewijzigd:

  • a. Aan de tabel als bedoeld in artikel 3.1.2 onder e betreffende 'Niet-agrarische nevenactiviteiten' wordt onderstaande toegevoegd:

 

Aanduiding   Betekenis   Toegestane (bedrijfsmatige) niet-agrarische nevenactiviteit   Adres   bebouwde oppervlakte  
(ph)   paardenhouderij   naast de productiegerichte paardenhouderij, is tevens een paardenpension toegestaan met maximaal 20 paarden   Parallelweg 17 -19    
(sa - 6)   specifieke vorm van agrarisch - 6   agrarische verwante bedrijvigheid in de vorm van agrarische loonwerkactiviteiten   Parallelweg 17 - 19   500 m2  

  • b. Aan artikel 3.1.2 wordt een nieuw lid j ingevoegd welke als volgt komt te luiden:

'j Voorwaardelijke verplichting landschappelijke inpassing
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - landschappelijke inpassing' mogen uitsluitend voor de uitbreiding van het bedrijf worden bebouwd, verhard en gebruikt, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • 1. de nieuwe gebouwen, nieuwe verhardingen en nieuwe andere voorzieningen gelegen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - landschappelijk inpassing' worden binnen één jaar na de oprichting of het in gebruik nemen danwel het verharden hiervan, maar uiterlijk 3 jaar nadat dit bestemmingsplan onherroepelijk is geworden, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - landschappelijke inpassing' landschappelijk ingepast en instandgehouden overeenkomstig:

  • c. Aan de bepalingen betreffende 'strijdig gebruik' als bedoeld in artikel 3.4.2 wordt een nieuw lid k toegevoegd welke als volgt komt te luiden: 'intensieve veehouderij als hoofd- of neventak.´.
  • d. Aan het 'Schema omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden' als bedoeld in artikel 3.6.4 wordt in de tabel achter de zinsnede 'het aanbrengen van houtgewas' de navolgende zinsnede toegevoegd: ',anders dan opgenomen in Bijlage 1 Landschappelijke inpassing Kweldamweg 36 en/of Bijlage 2 Landschappelijke inpassing Parallelweg 17 en 19'.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

5.1 Overgangsrecht bouwwerken
5.1.1 Algemeen

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,

  • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
  • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
5.1.2 Afwijken bij omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in 5.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in 5.1.1 met maximaal 10%.

5.1.3 Uitzondering

Het bepaalde in 5.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

5.2 Overgangsrecht gebruik
5.2.1 Algemeen

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

5.2.2 Strijdig gebruik

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in 5.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

5.2.3 Onderbroken gebruik

Indien het gebruik, bedoeld in 5.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

5.2.4 Uitzondering

Het bepaalde in 5.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 6 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

'Regels van het bestemmingsplan Buitengebied, herziening 1'.