Plan: | Nieuw Crooswijk II, 1e herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0599.BP2207NwCW1eherz-va01 |
Het bestemmingsplan 'Nieuw Crooswijk II, 1e herziening' van de gemeente Rotterdam.
Een uitbreiding van het hoofdgebouw in één bouwlaag (hieronder wordt tevens een uitbouw begrepen).
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Het Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam of een andere deskundige op het gebied van archeologie.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Een percentage dat aangeeft hoeveel van het oppervlak binnen het bouwvlak door gebouwen mag worden ingenomen.
De bedrijven genoemd in de lijst van bedrijfsactiviteiten behorende bij deze regels.
De grens van een bestemmingsvlak.
De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0599.BP2207NwCW1eherz-va01 met de bijbehorende regels en bijlagen.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Alle aanduidingen met betrekking tot de wijze van bouwen en de verschijningsvorm van bouwwerken.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
De grens van een bouwvlak c.q. een lijn welke niet door gebouwen mag worden overschreden.
Het tussen twee opeenvolgende vloeren (of tussen een vloer en plat dak) gelegen, voor verblijf geschikt deel van een gebouw. Een kap, vliering, zolder, souterrain, alsmede een dakopbouw binnen het theoretisch profiel van een kap, worden niet als een afzonderlijke bouwlaag beschouwd. Alleen ingeval een dakopbouw breder is dan tweederde van de pandbreedte, wordt dit als een aparte bouwlaag geteld.
NB: onder het "theoretisch profiel van een kap" wordt verstaan de ruimte binnen een kap met schuine zijden waarvan de hellingshoek ten minste 20 en maximaal 60 graden bedraagt.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
Het vloeroppervlak van een bouwwerk, inclusief de niet direct voor het hoofddoel bruikbare ruimten (bijvoorbeeld bij een productiebedrijf of winkel, de magazijn-, expeditie-, kantoorruimten). Gebouwde parkeervoorzieningen worden niet tot het b.v.o. gerekend.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Hieronder worden verstaan: woningen, onderwijsgebouwen, ziekenhuizen, verpleeghuizen, andere gezondheidszorggebouwen dan de genoemde (t.w. verzorgingstehuizen, psychiatrische inrichtingen, medische centra, poliklinieken en medische kleuterdagverblijven), alsmede de terreinen die behoren bij de andere gezondheidszorggebouwen, voor zover deze bestemd zijn of worden gebruikt voor de in die gebouwen verleende zorg, alsmede woonwagenstandplaatsen.
Woningen, gestapeld met woningen (soms ook gestapeld met andere functies, welke dan in de bestemmingsomschrijving vermeld dienen te zijn).
Een afdekking van een gebouw met schuine zijden waarbij de hellingshoek ten minste 20 en ten hoogste 60 graden bedraagt.
Gebouwen (c.q. deel van gebouwen) ten behoeve van het verrichten van werkzaamheden van administratieve aard.
De hoogte van het terrein nadat het gereed gemaakt is voor bebouwing.
Voorzieningen op het gebied van onderwijs, religie, cultuur, gezondheidszorg, maatschappelijke dienstverlening en publieke dienstverlening.
De DCMR Milieudienst Rijnmond of de daarvoor in de plaats tredende instantie.
Indien een bouwwerk aan meer dan één weg wordt gebouwd, is het peil van de hoogstgelegen weg maatgevend.
Een werkruimte, welke geen onderdeel uitmaakt van een woning.
Een gebruiksruimte in een gebouw, welke ruimte voor andere doeleinden dan wonen wordt gebruikt en zich gedeeltelijk ondergronds bevindt.
Waterlopen (sloten, singels, vijvers e.d.) ten behoeve van de waterberging, alsmede de aan- en afvoer van oppervlaktewater.
Woningen die voor ten hoogste de helft van het vloeroppervlak (tot een maximum van 150 m2) mogen worden gebruikt voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden, medische doeleinden, kinderopvang, (kunst)atelier, alsmede voor bedrijven t/m categorie 1 van de lijst van bedrijfsactiviteiten behorende bij deze regels.
De Wet geluidhinder zoals deze luidt op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp voor dit bestemmingsplan.
De wet ruimtelijke ordening zoals deze luidt op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp voor dit bestemmingsplan.
Detailhandelsvestiging en/of daarmee vergelijkbare vestiging voor de verrichting van diensten aan of ten behoeve van particulier c.q. eindconsument. Een belwinkel wordt hier niet onder begrepen.
Bij de toepassing van deze planregels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels ( en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van een bouwwerk. Dakoverstekken, luifels, balkons liftschachten en dergelijke worden hierbij niet meegeteld, mits zij niet verder uitsteken dan 0,5 meter.
van en tot de buitenkant van een zijgevel dan wel het hart van een gemeenschappelijke scheidingsmuur, met dien verstande, dat wanneer de zijgevels verspringen of niet evenwijdig lopen, het gemiddelde wordt genomen van de kleinste en de grootste breedte.
vanaf het punt van de gevel van een gebouw welke het dichtst bij de perceelsgrens is gelegen, haaks op de perceelsgrens.
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 3.1 bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde functies.
Voor zover de gronden mede zijn bestemd voor "Waarde - Archeologie - 3" is voor het bouwen het bepaalde terzake in genoemde bestemmingen mede van toepassing.
Woningen mogen mede worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis gebonden beroep/bedrijf, mits:
Geluidsgevoelige maatschappelijke voorzieningen zijn niet toegestaan.
De voor 'Waarde - Archeologie - 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor behoud van de aan de gronden eigen zijnde archeologische waarden.
In het belang van de archeologische monumentenzorg dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport aan burgemeester en wethouders te overleggen van een archeologisch deskundige waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Deze bepaling heeft uitsluitend betrekking op aanvragen om omgevingsvergunning voor het bouwen van bouwwerken (waaronder begrepen het heien van heipalen en het slaan van damwanden) welke voldoen aan de oppervlakte- en/of dieptematen welke genoemd zijn in 4.3.1.
Burgemeester en wethouders kunnen in het belang van de archeologische monumentenzorg aan een omgevingsvergunning voor het bouwen de volgende regels verbinden:
In het belang van de archeologische monumentenzorg is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de hierna onder 4.3.2 genoemde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te doen c.q. te laten uitvoeren die dieper reiken dan 2,5 meter beneden NAP en die tevens een terreinoppervlak groter dan 100 m2 beslaan.
Het vergunningvereiste geldt niet voor werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden gericht op het normale onderhoud en beheer van de betreffende gronden, niet voor bedoelde activiteiten welke in uitvoering waren ten tijde van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan en evenmin voor bestaande weg- en leidingcunetten.
Een omgevingsvergunning wordt verleend, indien daardoor de aanwezige archeologische waarden van de gronden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.
Alvorens de omgevingsvergunning te kunnen verlenen, dient de aanvrager van de vergunning aan burgemeester en wethouders hieromtrent een rapport van een archeologisch deskundige te overleggen.
Aan een vergunning kunnen de volgende regels worden verbonden:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Ingeval voor gronden welke voor bebouwing in aanmerking komen noch in de regels, noch op de plankaart een maximum bebouwingspercentage is vermeld, mogen deze gronden volledig worden bebouwd.
Voor zover in de regels geen bepalingen zijn opgenomen terzake van de maximum toegestane bouwhoogte, gelden de maatvoeringsaanduidingen terzake op de plankaart.
Ingeval de toegestane bouwhoogte in bouwlagen is vermeld, geldt voor het berekenen van de maximum goothoogte een hoogte van 3,5 meter voor een bouwlaag van een woonfunctie en een hoogte van 4,5 meter voor een niet-woonfunctie.
Een souterrain mag niet hoger reiken dan 2 meter boven peil.
Ingeval noch de regels, noch de plankaart duidelijkheid verschaffen over de wijze van afdekking van gebouwen, mogen gebouwen zowel met een kap als plat worden afgedekt.
Dakkapellen op schuine dakvlakken zijn toegestaan, onder de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning voor het bouwen afwijken van de Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels ten aanzien van de maximum toegestane bouwhoogte van een gebouw, mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 0,5 meter, uitsluitend toe te passen ingeval extra bouwhoogte nodig is voor een architectonisch verantwoorde afronding van de bovenste bouwlaag c.q. kap/schuin dakvlak.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels van dit bestemmingsplan ten aanzien van de maximum toegestane bouwhoogte van een gebouw, ten behoeve van de bouw van technische voorzieningen op het dak van een gebouw, welke voorzieningen noodzakelijk zijn voor het doelmatig functioneren van een bouwwerk, zoals liftopbouwen, lichtkoepels, schoorstenen, antennemasten, luchtverversingsapparatuur, glazenwas installatie e.d., mits de overschrijding van de maximum bouwhoogte niet meer dan 7 meter bedraagt.
Bij nieuwe situaties in de zin van de Wet geluidhinder is de realisatie van geluidsgevoelige objecten voorzover gelegen binnen een geluidzone, alleen mogelijk indien voldaan wordt aan de hoogst toelaatbare waarde van de Wet geluidhinder, dan wel aan het besluit hogere waarde dat aan dit bestemmingsplan is toegevoegd.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Eenmalig kan bij een omgevingsvergunning worden afgeweken van lid 9.1.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 9.1.1 met maximaal 10%.
Lid 9.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 9.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in het lid 9.2.1, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Lid 9.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Voor zover van toepassing van het overgangsrecht bouwwerken of gebruik leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard jegens een of meer personen kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van die persoon of personen dat overgangsrecht buiten toepassing laten.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan “Nieuw Crooswijk II, 1e herziening”, gemeente Rotterdam.
Toelichting
De Lijst van Bedrijfsactiviteiten geeft aan welke bedrijven binnen het plangebied in beginsel zijn toegestaan. Alle bedrijfsactiviteiten zijn ingedeeld in milieucategorieën, waarbij milieucategorie 1 betekent dat een bedrijfstype weinig potentiële milieuhinder veroorzaakt en milieucategorie 5 of 6 veel milieuhinder veroorzaakt.
De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft de lijst van bedrijfstypen ingedeeld aan de hand van de Standaard Bedrijfsindeling uit 1993 (SBI'93) van het CBS. Voor de zonering en de bij de zones behorende bedrijfscategorieën is uitgegaan van de VNG-publicatie "Bedrijven en milieuzonering - 2007". Per type bedrijf zijn afstanden gegeven met betrekking tot de milieuhinderaspecten geur, stof, geluid en gevaar. Voor geluid is aangegeven of sprake is van continu geluid en van activiteiten die op een gezoneerd terrein thuishoren. Voor wat betreft verkeersaantrekkende werking en visuele hinder zijn indices gegeven.
De lijst van bedrijfsactiviteiten volgt de publicatie van de VNG, maar met een algemeen verschil. De lijst gaat alleen over activiteiten die in een bedrijfsbestemming zijn toegestaan. Zo zijn bijvoorbeeld sport- en recreatieve voorzieningen niet opgenomen, omdat die in Rotterdam een aparte bestemming zijn. Voor een uitsplitsing naar afstanden per categorie wordt verwezen naar de VNG-publicatie. In de tabel behorend bij het bestemmingsplan bepaalt de grootste indicatieve afstand de milieucategorie.
De aanbevolen indicatieve afstand tussen een bedrijf en woningen:
categorie 1: afstand tot woningen 0 of 10 meter
categorie 2: afstand tot woningen 30 meter
categorie 3.1: afstand tot woningen 50 meter
categorie 3.2: afstand tot woningen 100 meter
categorie 4.1: afstand tot woningen 200 meter
categorie 4.2: afstand tot woningen 300 meter
categorie 5.1: afstand tot woningen 500 meter
categorie 5.2: afstand tot woningen 700 meter
categorie 5.3: afstand tot woningen 1000 meter
categorie 6: afstand tot woningen 1500 meter
Plangebied
Voor dit plangebied wordt de onderstaande lijst met bedrijfsactiviteiten gehanteerd:
sbi-code | Omschrijving | cat. | ||
15 | - | VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN | ||
1552 | 2 | - consumptie-ijsfabrieken, productieoppervlak <= 200 m² | 2 | |
1581 | 0 | Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: | ||
1581 | 1 | - verwerkingscapaciteit < 2.500 kg meel/week | 2 | |
1584 | 0 | Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: | ||
1584 | 3 | - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken, productieoppervlak <= 200 m² | 2 | |
1584 | 6 | - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden, productieoppervlak <= 200 m² | 2 | |
1593 t/m 1595 | Vervaardiging van wijn, cider e.d. | 2 | ||
18 | - | VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT | ||
182 | Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) | 2 | ||
20 | - | HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D. | ||
205 | Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken | 2 | ||
22 | - | UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUCTIE VAN OPGENOMEN MEDIA | ||
2222.6 | Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen | 2 | ||
2223 | A | Grafische afwerking | 1 | |
2223 | B | Binderijen | 2 | |
2224 | Grafische reproductie en zetten | 2 | ||
2225 | Overige grafische activiteiten | 2 | ||
223 | Reproductiebedrijven opgenomen media | 1 | ||
24 | - | VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUCTEN | ||
2442 | 0 | Farmaceutische productenfabrieken: | ||
2442 | 2 | - verbandmiddelenfabrieken | 2 | |
26 | - | VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUCTEN | ||
262, 263 | 0 | Aardewerkfabrieken: | ||
262, 263 | 1 | - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW | 2 | |
30 | - | VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS | ||
30 | A | Kantoormachines- en computerfabrieken | 2 | |
31 | - | VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTRISCHE MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDHEDEN | ||
316 | Elektrotechnische industrie niet elders genoemd | 2 | ||
33 | - | VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN | ||
33 | A | Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. | 2 | |
36 | - | VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN NIET ELDERS GENOEMD | ||
361 | 2 | Meubelstoffeerderijen bedrijfsoppervlak < 200 m² | 1 | |
362 | Fabricage van munten, sieraden e.d. | 2 | ||
363 | Muziekinstrumentenfabrieken | 2 | ||
3661.1 | Sociale werkvoorziening | 2 | ||
40 | - | PRODUCTIE EN DISTRIBUTIE VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER | ||
40 | C0 | Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: | ||
40 | C1 | - < 10 MVA | 2 | |
40 | D0 | Gasdistributiebedrijven: | ||
40 | D3 | - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinstallaties cat. A | 1 | |
40 | D4 | - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. B en C | 2 | |
40 | E0 | Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt: | ||
40 | E2 | - blokverwarming | 2 | |
41 | - | |||
41 | - | WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER | ||
41 | B0 | Waterdistributiebedrijven met pompvermogen: | ||
41 | B1 | - < 1 MW | 2 | |
45 | - | BOUWNIJVERHEID | ||
45 | 3 | - aannemersbedrijven met werkplaats: bedrijfsoppervlak < 1.000 m² | 2 | |
51 | - | GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING | ||
5122 | Groothandel in bloemen en planten | 2 | ||
5134 | Groothandel in dranken | 2 | ||
5135 | Groothandel in tabaksproducten | 2 | ||
5136 | Groothandel in suiker, chocolade en suikerwerk | 2 | ||
5137 | Groothandel in koffie, thee, cacao en specerijen | 2 | ||
5138, 5139 | Groothandel in overige voedings- en genotmiddelen | 2 | ||
514 | Groothandel in overige consumentenartikelen | 2 | ||
5153 | 0 | Groothandel in hout en bouwmaterialen: | ||
5153 | 2 | - algemeen, bedrijfsoppervlak <= 2.000 m² | 2 | |
5153.4 | 4 | zand en grind: | ||
5153.4 | 6 | - algemeen, bedrijfsoppervlak <= 200 m² | 2 | |
5154 | 0 | Groothandel in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur: | ||
5154 | 2 | - algemeen: bedrijfsoppervlak < = 2.000 m² | 2 | |
5155.2 | Groothandel in kunstmeststoffen | 2 | ||
5156 | Groothandel in overige intermediaire goederen | 2 | ||
517 | Overige Groothandel (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. | 2 | ||
52 | - | DETAILHANDEL EN REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN | ||
527 | Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen) | 1 | ||
55 | - | LOGIES-, MAALTIJDEN- EN DRANKENVERSTREKKING | ||
5551 | Kantines | 1 | ||
5552 | Cateringbedrijven | 2 | ||
60 | - | VERVOER OVER LAND | ||
6022 | Taxibedrijven | 2 | ||
603 | Pomp- en compressorstations van pijpleidingen | 2 | ||
63 | - | DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER | ||
6321 | 1 | Autoparkeerterreinen, parkeergarages | 2 | |
64 | - | POST EN TELECOMMUNICATIE | ||
641 | Post- en koeriersdiensten | 2 | ||
642 | A | Telecommunicatiebedrijven | 1 | |
642 | B0 | zendinstallaties: | ||
642 | B2 | - FM en TV | 1 | |
642 | B3 | - GSM- en UMTS-steunzenders | 1 | |
70 | - | VERHUUR VAN EN HANDEL IN ONROEREND GOED | ||
70 | A | Verhuur van en handel in onroerend goed | 1 | |
71 | - | VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN | ||
711 | Personenautoverhuurbedrijven | 2 | ||
714 | Verhuurbedrijven voor roerende goederen niet elders genoemd | 2 | ||
72 | - | COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE | ||
72 | A | Computerservice- en informatietechnologie-bureaus e.d. | 1 | |
72 | B | Switchhouses | 2 | |
73 | - | SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK | ||
731 | Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk | 2 | ||
74 | - | OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING | ||
7481.3 | Foto- en filmontwikkelcentrales | 2 | ||
7484.4 | Veilingen voor huisraad, kunst e.d. | 1 | ||
90 | - | MILIEUDIENSTVERLENING | ||
9001 | A0 | RWZI's en gierverwerkingsinrichtingen, met afdekking voorbezinktanks: | ||
9001 | B | rioolgemalen | 2 | |
9002.2 | A0 | Afvalverwerkingsbedrijven: | ||
9002.2 | A7 | - verwerking fotochemisch en galvano-afval | 2 | |
93 | - | OVERIGE DIENSTVERLENING | ||
9301.2 | Chemische wasserijen en ververijen | 2 | ||
9301.3 | A | Wasverzendinrichtingen | 2 | |
9301.3 | B | Wasserettes, wassalons | 1 | |
9302 | Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten | 1 | ||
9303 | 0 | Begrafenisondernemingen: | ||
9303 | 1 | - uitvaartcentra | 1 | |
9304 | Fitnesscentra, badhuizen en sauna-baden | 2 | ||
9305 | B | Persoonlijke dienstverlening niet elders genoemd | 1 |