Plan: | Weenapoint |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0599.BP1013Weenapoint-oh01 |
De gemeente Rotterdam heeft een groot aantal objecten en gebieden die vanwege cultuurhistorische waarden worden beschermd volgens de Monumentenwet 1988 en de Monumentenverordening Rotterdam 2003. De gemeente Rotterdam maakt onderscheid tussen de volgende gebieden en gebouwen:
Beschermde stadsgezichten (BS)
Rotterdam heeft alleen rijksbeschermde stadsgezichten. Een beschermd stadsgezicht is een groep van onroerende zaken die van algemeen belang zijn wegens schoonheid, onderlinge ruimtelijke structurele samenhang of wetenschappelijke waarde. De bescherming richt zich op de stedenbouwkundige karakteristiek en op een samenhangend geheel van straten en bebouwing. Het gaat om gebieden die ouder zijn dan vijftig jaar. Na aanwijzing van een beschermd stadsgezicht door de minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap in overleg met de minister van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieu, dient er binnen twee jaar een bestemmingsplan beschikbaar te zijn waarin de historische kwaliteiten van het rijksbeschermd gezicht en de relatie tot eventuele toekomstige ontwikkelingen vastliggen (Wro).
Wederopbouwaandachtsgebieden
Naast de van rijkswege beschermde stadsgezichten heeft Rotterdam in de binnenstad een aantal wederopbouwaandachtsgebieden met een waardevolle samenhang tussen het stratenplan, de invulling van de bouwblokken en de architectuur. Bij nieuwe ontwikkelingen dient bekeken te worden hoe deze historische kwaliteiten kunnen worden behouden. Betreffende gebieden hebben geen juridische status. Wel heeft B&W in 1998 vastgesteld dat de historische kwaliteiten van deze waardevolle ensembles onderdeel uitmaken van het stedenbouwkundig plan en het bestemmingsplan.
Rijksmonumenten (RM) en Gemeentelijke monumenten (GM)
Rotterdam heeft zowel rijks- als gemeentelijke monumenten. Een rijks- of gemeentelijk monument kan zijn een gebouw, water, terrein of een ander object dat van nationaal belang is (rijksmonument), of van algemeen belang voor Rotterdam is (gemeentelijk monument), vanwege de schoonheid, betekenis voor de wetenschap of de cultuurhistorische waarde. Dit is vastgelegd in respectievelijk de Monumentenwet 1988 en de Monumentenverordening Rotterdam 2003. Bij een monument gaat het om een bouwwerk of complex, zowel buiten als van binnen. Voor een rijksmonument geldt dat het object ten minste vijftig jaar oud moet zijn. Deze leeftijdsgrens is niet van toepassing bij gemeentelijke monumenten. Als vanzelfsprekend is het verboden zonder vergunning wijzigingen aan te brengen aan een beschermd monument.
Beeldbepalende objecten (BO) en Beeldbepalende gevelwanden (BG)
In Rotterdam is een groot aantal objecten te vinden die geen status hebben als gemeentelijk monument, maar wel karakteristiek voor de stad of een wijk zijn, zogenaamde beeldbepalende objecten. Ook heeft Rotterdam monumentale karakteristieke gevelwanden. Beeldbepalende objecten en gevelwanden hebben geen juridische status.
Monument Koepelgebouw Bouwcentrum
Er bevindt zich één rijksmonument en één gemeentelijk monument binnen het bestemmingsplangebied. Het voormalig Bouwcentrum aan het Kruisplein 1-33 is een rijksmonument.
Dit voormalige tentoonstellingsgebouw voor bouwmaterialen en technieken is ontworpen door J.W.C. Boks in een typische wederopbouwstijl en is gebouwd in de periode 1946-1948. Het heeft een ronde vorm van drie bouwlagen met lagere uitbouwen. Het gebouw is gemaakt van een combinatie van
beton en baksteen. Het midden van het dak van het ronde deel is verhoogd met een lichtkoepel die
zorgt voor daglicht in de vide in het midden van het gebouw; daarom wordt het gebouw ook wel
'koepelgebouw' genoemd. Het heeft een alzijdige oriëntatie.
Het gebouw is vanwege de betekenis vanwege de nationale en internationale bekendheid als expositiepaviljoen voor de wederopbouw van Nederland en Rotterdam in het bijzonder van cultuurhistorische waarde. Ook heeft het gebouw een architectonische waarde door de typologie van het koepelgebouw.
Oorspronkelijk stond het Bouwcentrum vrij in de ruimte tussen de Diergaardesingel en het Weena met de uitbouwen gedraaid ten opzichte van deze straten; later is het bouwdeel aan het Weena toegevoegd (het gemeentelijk monument binnen dit bestemmingsplangebied). In de loop der tijd is het koepelgebouw steeds verder ingeklemd geraakt tussen de gebouwen aan het Weena en het Kruisplein.
Van belang is de karakteristieken van het gebouw in stand te houden. Dat wil zeggen dat het een vrijstaand gebouw blijft met voldoende ruimte rondom, de ligging van een entree aan het voorplein van de Diergaardesingel intact blijft, en er voldoende daglicht van boven in het koepelgebouw toe kan treden.
Monument Uitbreiding van het Koepelgebouw
Het voormalig Bouwcentrum aan het Weena 760 is een gemeentelijk monument. Het is net als het Bouwcentrum aan het Kruisplein ontworpen door J.W.C. Boks in de stijl van de naoorlogse zakelijkheid; het is gebouwd tussen 1953-1956. Om het rechthoekige tentoonstellingsgebouw te koppelen aan het ronde gebouw, werd één van de uitbouwen van het ronde gebouw uitgebreid. Het gebouw staat parallel aan het Weena en heeft ook drie bouwlagen. Het midden van het gebouw is lager en heeft ook een lichtkap die zorgt voor daglichttoetreding. Hoewel de gevels later zijn gewijzigd, is de oorspronkelijke en kenmerkende horizontale opbouw gehandhaafd.
Van bijzondere monumentale waarde is het baksteenreliëf van Henry Moore in de noordgevel. Het is het hoogtepunt van Moore's zoektocht naar de integratie van beeldende kunst en architectuur en het is Moore's enige werk in Nederland waarbij kunst is geïntegreerd in een gebouw. Het kunstwerk is daarom sterk verbonden met het gebouw en ook met de locatie aan het Weena, enerzijds in relatie tot de wederopbouwmonumenten Bouwcentrum en Groothandelsgebouw (aan de overzijde van het Weena), anderzijds vanwege de lichtcondities die een belangrijke rol hebben gespeeld bij het ontwerp. In het strijklicht van de avondzon zijn de geometrische en organische vormen in de sculptuur het beste zichtbaar.
Van belang zijn behoud van de sculptuur van Henry Moore in de gevel aan het Weena; behoud van zichtbaarheid voor het publiek en instandhouding van de lichtcondities.
Beschermd stadsgezicht
Het bestemmingsplangebied grenst aan het toekomstig rijksbeschermd stadsgezicht 'Waterproject'. Het rijksbeschermd stadsgezicht Waterproject (1859-1866) bestaat uit een serie singels (Bergsingel, Noordsingel, Crooswijksesingel, Boezemsingel, Spoorsingel, Provenierssingel en Westersingel) die aan weerszijde bebouwd zijn met representatieve, grotendeels negentiende eeuwse, bebouwing. Het Waterproject combineert een waterstaatkundige opgave met een stedenbouwkundige, landschappelijke en architectonische invulling. Hierin ligt de belangrijkste cultuurhistorische waarde.
Oorspronkelijk liep de Westersingel over in de Diergaardesingel, die weer aansloot op de noorderlijke singelstructuur. Bovendien is de gedachte achter het Waterproject, dat de singels een doorgaande wandeling langs water en groen mogelijk maakt. Het Kruisplein ligt binnen de begrenzing van het beschermd stadsgezicht vanwege het belang van de beëindiging van de singelstructuur op deze hoogte en de zichtas vanaf de singel naar het station en andersom.
Gelet op bovenstaande is de mogelijkheid van verplaatsing van de rooilijn aan het Kruisplein gemaximaliseerd op 6,9 meter. Deze maatvoering sluit aan op de rooilijn van de Westersingel, waardoor niet enkel het zicht behouden blijft, maar nadrukkelijk aansluiting wordt gezocht bij dit toekomstig beschermd stadsgezicht.