direct naar inhoud van Artikel 16 Tuin
Plan: Zuidwijk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1010Zuidwijk-oh01

Artikel 16 Tuin

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Tuin" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuin;
  • b. uitstekende delen aan gebouwen die toegelaten zijn krachtens een aangrenzende bouwbestemming;
  • c. aanbouwen en bijgebouwen bij grondgebonden woningen;
  • d. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "vrijwaringszone - molenbiotoop", tevens voor bedoelde vrijwaringszone;
  • f. "Waarde - Archeologie - 1", voor zover de gronden mede als zodanig zijn bestemd;
  • g. "Waarde - Archeologie - 2", voor zover de gronden mede als zodanig zijn bestemd.

16.2 Bouwregels
16.2.1 Bebouwingsnormen

Op de voor "Tuin" bestemde gronden zijn de volgende bouwwerken toegelaten:

  • a. een aanbouw aan de zijgevel van het hoofdgebouw mag niet breder zijn dan 3 meter, gemeten vanaf de oorspronkelijke zijgevel van het hoofdgebouw;
  • b. een aanbouw aan de achtergevel van het hoofdgebouw mag niet dieper zijn dan 3 meter, gemeten vanaf de oorspronkelijke achtergevel van het hoofdgebouw;
  • c. de goothoogte van een aanbouw mag niet hoger zijn dan het vloerniveau (+30 cm) van de eerste verdieping van het hoofdgebouw, met dien verstande dat een aanbouw mag worden afgedekt met een schuin dakvlak met dezelfde hellingshoek als de kap/schuin dakvlak op het hoofdgebouw;
  • d. bijgebouwen, uitsluitend in de achter- en/of zijtuin; zij mogen (inclusief vergunningvrije bijgebouwen) niet meer dan 30 m2 innemen;
  • e. een bijgebouw mag niet hoger zijn dan 3 meter, gemeten vanaf maaiveld;
  • f. gebouwde terrassen (dakterrassen worden niet hieronder begrepen) mogen niet hoger worden dan 0,2 meter boven maaiveld;
  • g. uitstekende delen aan gebouwen, mogen niet dieper dan 2,5 meter uit de gevel steken en moeten ten minste 2,2 meter boven maaiveld blijven;
  • h. (brand)trappen, hellingbanen, keermuren;
  • i. in afwijking van het bepaalde onder sub a. t/m g. geldt dat ingeval op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan de aldaar genoemde maten overschreden worden, deze grotere maten als maximum gelden.
16.2.2 Medebestemming

Voor zover de gronden mede zijn bestemd voor "Waarde - Archeologie - 1" resp. "Waarde - Archeologie - 2", is voor het bouwen het bepaalde terzake in genoemde bestemmingen mede van toepassing.