direct naar inhoud van Artikel 10 Gemengd - 5
Plan: Zuidwijk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1010Zuidwijk-oh01

Artikel 10 Gemengd - 5

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Gemengd - 5" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven (t/m categorie 2);
  • b. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf van categorie 3.1" (Hijkerveld 164), tevens voor een schildersbedrijf en glashandel, met dien verstande dat nadat deze functie vervangen is door een bedrijf als bedoeld onder sub. a., een bedrijf in categorie 3.1 niet meer is toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf van categorie 3.2" (Kraayenstein 21), tevens voor een gereedschapslijperij, met dien verstande dat nadat deze functie vervangen is door een bedrijf als bedoeld onder sub. a., een bedrijf in categorie 3.2 niet meer is toegestaan;
  • d. dienstverlening, in de vorm van wijkgebonden kantoren;
  • e. maatschappelijke voorzieningen (niet geluidsgevoelig), uitsluitend aan Kraayenstein 11 en Keijenburg 351;
  • f. "Waarde - Archeologie - 2", voor zover de gronden mede als zodanig zijn bestemd.
10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen

Op de voor "Gemengd - 5" bestemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde functie.

10.2.2 Medebestemming

Voor zover de gronden mede zijn bestemd voor "Waarde - Archeologie - 2", is voor het bouwen het bepaalde terzake in genoemde bestemming mede van toepassing.

10.2.3 Bebouwingsnormen

De maximum toegestane bouwhoogte vermeld op de verbeelding mag niet worden overschreden.

10.3 Specifieke gebruiksregels
10.3.1 Toegestane bedrijven

Uitsluitend bedrijven t/m de bedrijfscategorie van de lijst van bedrijfsactiviteiten behorende bij deze regels, zoals vermeld in het eerste lid, zijn toegestaan.

10.4 Afwijking van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 10.3.1 terzake van de toegestane bedrijfsactiviteiten ten behoeve van andere bedrijfsactiviteiten dan die primair zijn toegelaten, welke daarmede naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn. Alvorens te besluiten over het verzoek om afwijking, dient de aanvrager aan burgemeester en wethouders een schriftelijk advies van de milieudeskundige te overleggen.