Plan: | Bedrijventerrein Oosteind |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0590.bp04Oosteind-3002 |
Waterbeheer en watertoets
De watertoets is een procedure waarbij in een vroeg stadium overleg gevoerd wordt met de waterbeheerder. Het binnendijkse deel van het plangebied ligt in het beheersgebied van Waterschap Rivierenland. Tevens beheert zij de waterkeringen en in het Zuid-Hollandse deel van haar beheergebied de wegen, niet zijnde rijks- en provinciale wegen, buiten de bebouwde kom. Het buitendijkse plangebied ligt in het beheersgebied van Rijkswaterstaat. De rioleringstaak binnen het plangebied wordt uitgevoerd door de gemeente Papendrecht. In het kader van de watertoets is op 2 september 2008 overleg gevoerd met het Waterschap Rivierenland en Rijkswaterstaat. Vervolgens zijn de opmerkingen verwerkt in deze waterparagraaf.
Beleid duurzaam stedelijk waterbeheer
Europees beleid
De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) is sinds 2000 van kracht en schrijft voor dat in 2015 alle waterlichamen een 'goede ecologische toestand' (GET) moeten hebben bereikt en dat sterk veranderde/kunstmatige wateren een 'goed ecologisch potentieel' (GEP) moeten hebben bereikt. De chemische toestand moet voor alle waterlichamen (natuurlijk en kunstmatig) in 2015 goed zijn.
Nationaal beleid
In het Nationaal Waterplan (2009) zijn de landelijke hoofdlijnen van het beleid op het gebied van de waterhuishouding aangegeven. Integraal waterbeheer vormt het uitgangspunt. Door middel van deze integrale benadering wordt nagestreefd dat het land veilig en bewoonbaar blijft met gezonde en duurzame watersystemen. Om dit te bereiken moet zoveel mogelijk worden uitgegaan van een watersysteembenadering en dient een zo integraal mogelijk beheer te worden gevoerd. Op regionale schaal wil men onder andere het volgende bereiken: meer ruimte voor water in boezemlanden, vergroting van het waterbergend vermogen, vermindering van de verdroging, afname van de bodemdaling en optimale afstemming van verschillende beleidsvelden.
In het Kabinetsstandpunt Anders omgaan met Water, Waterbeleid in de 21e eeuw (2000) heeft het Rijk het advies van de Commissie Waterbeheer 21e eeuw (WB21) omarmd. Men deelt de zorg dat het huidige watersysteem niet in staat is om klimaatverandering, bevolkingsgroei en economische groei goed op te vangen. Het waterbeheer moet veranderen om Nederland in de toekomst, wat water betreft, veilig, leefbaar en aantrekkelijk te houden. Belangrijk in de nieuwe aanpak zijn het realiseren van veerkrachtige watersystemen, het niet afwentelen van knelpunten in tijd of plaats, de drietrapsstrategie 'vasthouden, bergen, afvoeren', en de ruimte die nodig is voor de wateropgave te reserveren.
In het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) hebben Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten zich geconformeerd om het beleid van WB21 en de KRW uit te voeren. Het NBW houdt simpel gezegd in dat de watersystemen in 2015 op orde moeten zijn wat betreft waterkwantiteit (WB21) en waterkwaliteit en ecologie (KRW), en tot 2050 op orde gehouden moeten worden.
Voor het buitendijkse gebied is de Beleidslijn grote rivieren (Bgr) van toepassing. Hierin is meer ruimte voor ontwikkelingen in het riviergebied in vergelijking met het voorheen geldend beleid uit de Beleidslijn Ruimte voor de Rivier. Uiteraard staat ook in de Beleidslijn grote rivieren de veiligheid voorop. Belangen worden nu echter integraal afgewogen; restricties ten aanzien van ontwikkelingen gelden daardoor alleen voor gebieden die van belang zijn voor waarborging van de veiligheid. Door middel van de beleidslijn wordt daardoor ruimte geboden aan ontwikkelingsgerichte initiatieven, zodat mogelijkheden ontstaan om de ruimtelijke en economische kwaliteit van het rivierengebied te verbeteren.
De haven en de Beneden - Merwede vallen sinds 1 oktober 2012 onder het bergend regime van de Beleidslijn grote rivieren. Activiteiten zijn toegestaan, mits ze voldoen aan de gestelde rivierkundige randvoorwaarden (zie artikel 7 beleidslijn):
Waterwet
In de Waterwet (die op 22 december 2009 in werking is getreden) zijn acht oude waterwetten samengevoegd. Dus: één wet in plaats van allemaal afzonderlijke wetten. Geen afzonderlijke vergunningen meer op basis van verschillende wetten, maar nog slechts één watervergunning. De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater, en verbetert ook de samenhang tussen waterbeleid en ruimtelijke ordening.
Op basis van de Waterwet is het bedrijventerrein Oosteind uitgezonderd van de vergunningplicht. Daarmee is ook de Beleidslijn grote rivieren (Bgr) niet op het bedrijventerrein van toepassing. De Bgr geldt wel in de in het plan liggende haven en op de rivier.
Nationaal Waterplan 2009-2015
Het Nationaal Waterplan is de opvolger van de Vierde Nota Waterhuishouding uit 1998 en vervangt alle voorgaande Nota's Waterhuishouding. Het Nationaal Waterplan is opgesteld op basis van de Waterwet. Het Nationaal Waterplan beschrijft de hoofdlijnen van het nationale waterbeleid. Op basis van de Wet ruimtelijke ordening heeft het Nationaal Waterplan voor de ruimtelijke aspecten de status van structuurvisie. Dit eerste Nationaal Waterplan is opgesteld voor de planperiode 2009-2015. Het formuleert een antwoord op ontwikkelingen op het gebied van klimaat, demografie en economie en investeert in duurzaam waterbeheer.
Provinciaal beleid
In het vastgestelde Ontwerpbeleidsplan Groen, Water en Milieu 2006-2010 is het provinciale beleid voor milieu en water, en ook voor natuur en landschap geïntegreerd. Rekening is gehouden met het beleid vanuit de KRW en het NBW. De provincie wil met het beleidsplan een leef- en investeringsklimaat realiseren dat gezond, groen en veilig is. Een duurzame ontwikkeling van stedelijk en landelijk gebied wordt voorgestaan door het toepassen van de lagenbenadering. Het beleidsplan bevat de randvoorwaarden vanuit onder meer de ruimtelijke wateropgave en aspecten van veiligheid (risico's van wateroverlast en overstroming).
Waterschapsbeleid
Met ingang van 22 december 2009 is het Waterbeheerplan 2010-2015 'Werken aan een veilig en schoon rivierenland' bepalend voor het waterbeleid. Dit plan gaat over het waterbeheer in het hele rivierengebied en het omvat alle watertaken van het Waterschap: waterkeringen, waterkwantiteit, waterkwaliteit en waterketen.
Daarnaast beschikt het Waterschap Rivierenland over een verordening: de Keur voor waterkeringen en wateren. Hierin staan de geboden en verboden die betrekking hebben op watergangen en waterkeringen. De geboden geven de verplichtingen aan om deze waterstaatswerken in stand te houden. De verboden betreffende die handelingen en gedragingen die in principe onwenselijk zijn voor de constructie of de functie van watergangen en waterkeringen. Van alle verboden werken en/of werkzaamheden die niet voldoen aan de criteria van de algemene regels, kan ontheffing worden aangevraagd. Duidelijke en vastgestelde uitgangspunten hierbij zijn geformuleerd en vastgelegd in beleidsregels. Initiatieven voor (bouw)werkzaamheden in of nabij de watergangen en waterkeringen worden hieraan getoetst.
Regionaal Beleid
Gezamenlijk hebben het Rijk, de provincie, waterschappen en de betreffende gemeenten de Deelstroomgebiedsvisie Zuid-Holland Zuid opgesteld. Deze visie beschrijft op hoofdlijnen de waterhuishoudkundige problemen van het regionale en eventueel aanwezige hoofdsysteem (rivieren en grote wateren). Daarnaast brengt het rapport de te kiezen oplossingsrichtingen in beeld. Dit geschiedt door een koppeling te maken met relevante ruimtelijke ontwikkelingen, door het ruimtebeslag en de uitvoeringskosten te kwantificeren. Bovendien wordt in de deelstroomgebiedsvisie een aanzet gegeven tot een maatregelenpakket voor de aanpak van de problemen. Dit alles is bedoeld om goed te kunnen anticiperen op klimaatveranderingen. De visie is geen wettelijk planfiguur.
Referentiesituatie
Het bedrijventerrein Oosteind ligt ten zuidoosten van het woongebied van Papendrecht en grenst aan de Beneden-Merwede. Het plangebied ligt deels binnendijks en deels buitendijks, de Ketelweg is de grens tussen beide gebieden en loopt dwars door het plangebied. De Ketelweg wordt aangemerkt als primaire waterkering (overschrijdingsnorm 1:1.250). Een relatief groot gedeelte van bedrijventerrein Oosteind valt binnen de Keurzone van het Waterschap. Het plangebied is nagenoeg geheel verhard en is in gebruik als bedrijventerrein. In de huidige situatie is de verharding en de bebouwing aangesloten op een gemengd en een verbeterd gescheiden rioolstelsel.
De maaiveldhoogte van het buitendijkse plangebied ligt grotendeels boven NAP +4 m. De bodem is in het verleden opgehoogd met zand. De grondwaterstanden hangen sterk samen met het peil in de Beneden-Merwede. De Beneden-Merwede staat onder invloed van het getij en de peilen variëren tussen circa NAP +0 m NAP +1,0 m. Het buitendijkse gebied watert onder vrij verval (zonder tussenkomst van gemalen) af naar het buitenwater van de Beneden-Merwede. Het water in de havens staat in rechtstreekse open verbinding met het water in de rivier.
De maaiveldhoogte van het binnendijkse gebied bedraagt circa NAP +2,5 m. Ook hier liggen de Rietgorsweg en de Rosmolenweg op circa NAP +4,0 m. Het binnendijkse gebied is eveneens in het verleden opgehoogd met zand. Volgens de Bodemkaart van Nederland is ter plaatse van het plangebied sprake van grondwatertrap II. Dat wil zeggen dat de gemiddeld hoogste grondwaterstand hier minder dan 0,4 m beneden het maaiveld ligt, terwijl de gemiddeld laagste grondwaterstand tussen 0,5 m en 0,8 m beneden het maaiveld ligt. In het binnendijkse deel van het plangebied is geen open water aanwezig. Het binnendijkse gebied grenst aan de woonwijk Oostpolder en Land van Matena. Het zomerpeil en winterpeil in de woonwijk Oostpolder is NAP -1,92 m en in de wijk Land van Matena is het zomerpeil NAP -2,03 m en het winterpeil NAP -2,13 m. Overtollig hemelwater afkomstig van het binnendijkse gebied loost via het verbeterd gescheiden stelsel in de Beneden-Merwede. In het plangebied bevinden zich geen planologisch relevante rioolpersleidingen.
Toekomstige situatie
Algemeen
Uitgangspunt voor het bedrijventerrein is dat meer ruimte direct aan de insteekhavens beschikbaar komt voor watergebonden bedrijvigheid, terwijl niet-watergebonden bedrijvigheid geconcentreerd dient te worden aan de noordzijde van het plangebied. In dit plan worden echter ruimtelijk gezien geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt ten opzichte van het vigerende planologische regime; het betreft een consoliderend plan. Vanuit waterhuishoudkundig oogpunt verandert de huidige situatie niet.
Voor het buitendijkse bedrijventerrein is de kans op overstromingen klein, ook in de huidige situatie is dat het geval. De actuele Maatgevende Hoogwaterstand (MHW) van de Beneden-Merwede ter hoogte van het plangebied bedraagt NAP +3,1 m. De verwachte zeespiegelstijging (middenscenario) bedraagt 0,6 m per eeuw, ter hoogte van Papendrecht resulteert dit in een verwachte stijging van het waterpeil met 0,55 m. Rijkswaterstaat heeft een advieshoogte berekend van NAP +4,1 m, rekening houdend met onder meer golfwerking. Dit betekent dat het grootste deel van het buitendijkse gebied voldoende is beschermd tegen overstromingen. Theoretisch worden slechts kleine delen eenmaal in de 4.000 jaar overstroomd.
Het bedrijventerrein draagt zowel in de huidige als in de toekomstige situatie niet bij aan het bergend regime van de rivier, met uitzondering van de havens. De veiligheid met betrekking tot calamiteiten op de rivier is behandeld in de paragraaf over externe veiligheid. Binnen 25 m vanaf de 'overeengekomen laagwaterlijn' mag geen nieuwe bebouwing worden gerealiseerd in verband met de veiligheid (zicht) voor het scheepvaartverkeer. Dit heeft geen gevolgen voor bestaande bebouwing.
Milieueffecten representatieve invulling maximale planologische mogelijkheden en mogelijke vestiging van individuele planmer-plichtige bedrijven
Ingeval van eventuele nieuwbouw dienen duurzame, niet-uitloogbare bouwmaterialen toegepast te worden (dus geen zink, lood, koper en PAK's-houdende materialen) om diffuse verontreiniging van water en bodem te voorkomen. In het buitendijks gebied zal afstromend hemelwater van schone oppervlakken worden afgekoppeld en afgevoerd naar de Beneden-Merwede, om te voorkomen dat schoon hemelwater wordt afgevoerd naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie. Het afkoppelen van het verharde oppervlak leidt tot een piekafvoer op de Beneden-Merwede, de grootte van deze piekafvoer is echter verwaarloosbaar gezien het debiet van de rivier. Naast de lozing van hemelwater van schone oppervlakken van het buitendijkse deel loost ook het binnendijkse deel schoon hemelwater door middel van een verbeterd gescheiden stelsel op de Beneden-Merwede.
Bij de vestiging van nieuwe bedrijvigheid worden verontreinigingen naar bodem en oppervlaktewater voorkomen door voorschriften in het kader van het milieuspoor. Zo wordt de lozing van afvalwater geregeld door de Wet milieubeheer (Wm), de Wabo en de Waterwet en de hieraan gerelateerde besluiten en regelingen. Lozing op oppervlaktewater en bodem wordt zoveel mogelijk beperkt door het eisen van bodembeschermende voorzieningen en een verbod op lozingen. Alleen met een specifieke vergunning en het voldoen aan strenge voorwaarden zijn lozingen onder een aantal gevallen toegestaan.
Beheer en onderhoud
Voor het bouwen binnen de Keurzone van de primaire waterkering dient bij het Waterschap een vergunning te worden aangevraagd op grond van de Keur. Voor het bouwen of uitvoeren van werkzaamheden in het bergende gebied van de haven is een vergunning op grond van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken vereist. Deze vergunning kan bij Rijkswaterstaat district Zuid-Holland worden aangevraagd.
Conclusie en vertaling naar verbeelding en regels
Het aspect waterhuishouding staat de uitvoering van ontwikkelingen niet in de weg. De ontwikkelingen in dit bestemmingsplan hebben geen tot zeer beperkte gevolgen voor de waterhuishouding.
In het bestemmingsplan wordt het oppervlaktewater van de Beneden-Merwede en de haven bestemd als 'Water'. Voor waterkeringen (kernzone) inclusief de beschermingszones geldt een zogenaamde dubbelbestemming, deze heeft de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering' gekregen.