direct naar inhoud van Artikel 20 Algemene aanduidingsregels
Plan: Werken
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0584.BPBEDRIJF2011001-VG99

Artikel 20 Algemene aanduidingsregels

20.1 Veiligheidszone
20.1.1

Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone' is een plaatsgebonden risicocontour (PR 10-6) aanwezig. De bouw van (beperkt) kwetsbare objecten is niet toegestaan binnen de aanduiding 'veiligheidszone'.

20.1.2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 20.1.1 voor de bouw van beperkt kwetsbare objecten binnen de aanduiding 'veiligheidszone' indien de ontwikkeling om gewichtige redenen plaatsvindt en uit oogpunt van groepsrisico verantwoord wordt geacht.

20.2 Milieuzone - geurzone rwz
20.2.1

Binnen de aanduiding 'milieuzone - geurzone rwz' mogen, onverminderd het elders in dit plan bepaalde, geen nieuwe geurgevoelige objecten worden gerealiseerd die voorzien in een regelmatig verblijf van personen.

20.2.2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 20.2.1 voor de bouw van beperkt kwetsbare objecten binnen de aanduiding 'veiligheidszone' indien de ontwikkeling om gewichtige redenen plaatsvindt en uit oogpunt van groepsrisico verantwoord wordt geacht.

20.3 Vrijwaringszone - lichtpad

Binnen de aanduiding 'vrijwaringszone - lichtpad' mogen, onverminderd het elders in dit plan bepaalde, mag de hoogte van de betreffende gebouwen en andere bouwwerken niet meer bedragen dan 12 m.