direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Pletterij 3
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0576.BP201000008-test

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven uit ten hoogste categorie 4.1 van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten';
  • b. b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - 1': tevens een indoorspeeltuin;
  • c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

3.2.1 Gebouwen
  • a. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven bouwhoogte;
  • c. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt per bouwperceel ten hoogste het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' aangegeven bebouwingspercentage van het bouwvlak; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwvlak;
  • d. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 1,5 m;
  • e. indien gebouwen op een bouwperceel niet aaneen worden gebouwd, geldt een onderlinge afstand van ten minste 3 m.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 m;
  • b. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9 m;

de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.

3.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • b. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • c. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • d. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
  • e. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 m is op onbebouwde gronden niet toegestaan;
  • f. zelfstandige kantoren zijn toegestaan tot een bedrijfsvloeroppervlak van ten hoogste 750 m²;
  • g. per bedrijf is kantoorvloeroppervlakte die meer bedraagt dan 50% van de bedrijfsvloeroppervlakte niet toegestaan; kantoorvloeroppervlakte van meer dan 3000 m² per bedrijf is in geen geval toegestaan.

3.4 Ontheffing van de gebruiksregels
3.4.1 Ontheffing van de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van lid 3.1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit ten hoogste één categorie hoger dan in lid 3.1, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 3.1 genoemd;

om bedrijven toe te laten die niet in de 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten' zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 3.1 genoemd.

3.5 Wijzigingsbevoegdheid
3.5.1 Wijzigingsbevoegdheid voor Bevi-inrichtingen

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Bedrijf zodanig wijzigen dat Bevi-inrichtingen zijn toegestaan, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico of - indien van toepassing - de afstand, zoals bedoeld in artikel 5 lid 3 van het Bevi jo artikel 2 lid 1 van de Regeling externe veiligheid inrichtingen, is gelegen:
    • 1. binnen het bouwperceel van de Bevi-inrichting;
    • 2. op gronden met de bestemming Verkeer;
  • b. in de toelichting bij het wijzigingsbesluit dient een verantwoording te worden gegeven van het groepsrisico in het invloedsgebied van de inrichting.

3.5.2 Wijzigingsbevoegdheid voor volumineuze detailhandel

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Bedrijf zodanig wijzigen dat vestiging van detailhandelsbedrijven in volumineuze goedere is toegestaan, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. voor bouwmarkten of grootschalige meubelbedrijven kan de wijzigingsbevoegdheden slechts worden toegepast, indien inzicht wordt verschaft in de (boven)gemeentelijke effecten van de beoogde detailhandelsvestiging en op grond daarvan is gebleken dat de betreffende vestiging de bestaande detailhandelsstructuur niet onevenredig aantast;
  • b. de brutovloeroppervlakte van een bouwmarkt en een grootschalig bedrijf bedraagt niet minder dan 1.000 m²;
  • c. op de bij een detailhandelsbedrijf behorende gronden zijn voldoende parkeervoorzieningen aanwezig;
  • d. er ontstaat geen onevenredige vergroting van de verkeersdruk in de omgeving.

3.5.3 Wijzigingsbevoegdheid ondersteunende dienstverlening

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Bedrijf zodanig wijzigen dat vestiging van een dienstverlenend bedrijf is toegestaan, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de brutovloeroppervlakte maximaal 750 m² bedraagt;
  • b. op de bij een dienstverlenend bedrijf behorende gronden zijn voldoende parkeervoorzieningen aanwezig;
  • c. er ontstaat geen onevenredige vergroting van de verkeersdruk in de omgeving.