direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijventerrein
Plan: Bedrijventerrein Mallegatspoort
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0553.BPMallegatspoort-vax1

Artikel 3 Bedrijventerrein

3.1 bestemmingsomschrijving
3.1.1 algemeen

De voor Bedrijventerrein aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven voorkomend in de categorieën 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, waaronder een bloemenprepareerbedrijf;
  • b. bedrijven voorkomend in de categorieën 1 t/m 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten ter plaatse van de aanduiding bedrijf tot en met categorie 3.1, waaronder een bloemenprepareerbedrijf/ververij;
  • c. kantoren, uitsluitend ten dienste van het bedrijf;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, wegen en paden, in- en uitritten, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.

3.1.2 bedrijfswoningen

Bedrijfswoningen zijn niet toegestaan.

3.1.3 kantoren

In aanvulling op het bepaalde in artikel 3.1.1 onder c mag maximaal 10% van het bedrijfsvloeroppervlak voor kantoren worden aangewend.

3.2 bouwregels
3.2.1 gebouwen

Gebouwen dienen te voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. bouwhoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding maximale bouwhoogte aangegeven bouwhoogte;
  • c. de verticale bouwdiepte van een (ondergronds) bouwwerk mag maximaal 4 m bedragen.
3.2.2 bouwwerken geen gebouwen zijnde

Bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal:

  • a. bedrijfsinstallaties, lichtmasten en vlaggenmasten 8 m;
  • b. erf- en terreinafscheidingen 4 m;
  • c. overige bouwwerken geen gebouwen zijnde 3 m.
3.3 afwijking van de bouwregels
3.3.1 afwijking bouwhoogte

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.1 onder b voor het vergroten van de bouwhoogte van gebouwen tot maximaal 10 m.

3.3.2 vereisten afwijking

Afwijking als bedoeld in artikel 3.3.1 kan slechts worden verleend, mits:

  • a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
3.4 specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van:

  • a. detailhandel;
  • b. bedrijven als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit Wet milieubeheer;
  • c. bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
  • d. vuurwerkbedrijven;
  • e. inrichtingen die zijn genoemd in bijlage C en D van het Besluit m.e.r.
3.5 afwijking van de gebruiksregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.1 voor het toestaan van een ander bedrijf dan ter plaatse is toegestaan, mits:

  • a. het bedrijf voor wat betreft de aard en de omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf genoemd in de betreffende categorie;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.