direct naar inhoud van Artikel 5 Natuur
Plan: Glasfabriek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0545.BPGLASFABRIEK-VS02

Artikel 5 Natuur

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Natuur ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, herstel en ontwikkeling van de natuurlijke, ecologische en landschappelijke waarden. Dit houdt in dat de bestaande biotopen van inheemse flora en fauna, in het bijzonder van plantengezelschappen, dienen te worden beschermd;
  • b. behoud, herstel en ontwikkeling van de geomorfologische, bodemkundige en hydrologische waarden;
  • c. extensief recreatief medegebruik, waarbij mede voorzieningen zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d, zijn toegestaan.
  • d. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • e. onderhoudspaden langs watergangen;

één en ander met de bijbehorende voorzieningen.

5.2 Bouwregels

Op de voor ' Natuur ' aangewezen gronden mogen worden gebouwd:

  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming;
  • b. bouwwerken ter vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de waterbergingscapaciteit gelijk blijft.

5.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer dan 1,5 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van het extensief recreatief medegebruik maximaal 3 m mag bedragen.

5.3 Afwijken van de bouwregels
5.3.1 Omgevingsvergunning voor het afwijken van de bouwregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 5.2 en voor het bouwen van een steiger, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. steigers mogen uitsluitend worden aangelegd parallel aan de oever;
  • b. de breedte van een steiger bedraagt maximaal 1 m.;
  • c. de lengte van een steiger bedraagt maximaal 6 m.;
  • d. de steiger moet minimaal 1,5 meter uit de perceelsgrens, die haaks op de watergang staat, blijven;
  • e. er mag geen onevenredig afbreuk worden gedaan aan het landelijke karakter van de buurt;
  • f. de afwijking leidt niet tot een onevenredige aantasting van de landschaps- en natuurwaarden.

5.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:

  • a. voor lawaaisporten;
  • b. het gebruik van gronden als stand- of stallingsplaats ten behoeve van kampeermiddelen.

5.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.5.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te (doen) voeren of te laten voeren:

  • a. het verwijderen van houtgewas, houtwallen, bosschages;
  • b. het diepploegen en diepwoelen van de bodem (>40 cm);
  • c. het graven, ophogen en egaliseren van de bodem;
  • d. het aanbrengen van oeverbeschoeiingen;
  • e. het aanbrengen van ondergrondse leidingen;
  • f. het aanleggen van verharde en halfverharde wegen en paden;
  • g. het aanleggen van ligplaatsen voor vaartuigen;
  • h. het aanbrengen van drainage.

5.5.2 Uitzonderingen op verbod

Het in artikel 5.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:

  • a. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning is verleend;
  • b. welke ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;
  • c. welke betreffen het normale onderhoud en/of landschapsbeheer.

5.5.3 Onderzoek

De in 5.5.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de waarden waarop deze bestemming is gericht. Alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning wordt door burgemeester en wethouders eerst een onafhankelijke terzake deskundige gehoord.

5.5.4 Afwegingskader

Uitvoering van de in 5.5.1 genoemde werken en werkzaamheden is in strijd met de bestemming indien daardoor dan wel door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen een onevenredige aantasting van de waarden en waterhuishouding als genoemd in 5.5.5 kan plaatsvinden.

5.5.5 Waarden en waterhuishouding

Onder de in 5.5.4 genoemde waarden worden verstaan:

  • a. ten aanzien van de in 5.5.1onder a t/m h genoemde werken of werkzaamheden: de natuurwaarden;
  • b. ten aanzien van de in 5.5.1 onder c,e,f,g en h genoemde werken of werkzaamheden: de waterhuishouding.