Type plan: omgevingsvergunning
Naam van het plan: Ringoevers Deelplan V, Hillegom
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0534.OMGVRingoeversV-va01

Toelichting

1 Inleiding
1.1 Aanleiding
Ter plaatse van het Ringvaartterrein in Hillegom was voorheen betonpalenfabriek De Ringvaart aanwezig. Met de verplaatsing van de betonpalenfabriek naar de nieuwe locatie 'bedrijventerrein Hillegom Zuid-Zuid' is de mogelijkheid ontstaan om het Ringvaartterrein te herontwikkelen naar woningbouw. Om de herontwikkeling van de Ringoevers naar woningbouw mogelijk te maken is het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' opgesteld en vastgesteld op 14 november 2013. Inmiddels zijn deelplan 1, 2 en 3 voltooid. Deelplan 4 is reeds volledig verkocht. Deelplan 5, het laatste deelplan, bevindt zich in de voorbereidende fase.
 
Building Twenty4 ontwikkelt, als eigenaar van het gebied, op het terrein ruim 300 grondgebonden woningen en appartementen, waarvan 30% in de sociale sector en 70% in de vrije sector. Het gebied krijgt daarbij een dorps karakter, passend bij de identiteit van Hillegom. In het gebied wordt tevens ruimte ingericht voor onder andere spelen, water en groen. Het project heeft inmiddels de naam ‘Ringoevers’.
 
In de loop van de jaren is het stedenbouwkundig ontwerp gewijzigd. Dit heeft geresulteerd dat het aantal woningen in het gehele plangebied van het Ringvaartterrein is verhoogd van 320 naar 358 stuks. Het aantal woningen wijkt daarmee af van het geldende bestemmingsplan. Om te voldoen aan de bijbehorende parkeerbehoefte worden extra parkeerplaatsen gerealiseerd binnen deelplan 5. Ten slotte is de maximum bouwhoogte voor appartementen (17,0 m) in deelplan 5 niet in overeenkomst met de plannen zoals deze in voorbereiding zijn. De bouwhoogte van de appartementen van blok 6 bedraagt namelijk 17,20 m.
 
Om deze wijziging mogelijk te maken is een omgevingsvergunning voor het afwijken van het huidige bestemmingsplan ‘Hillegom, Ringvaartterrein’ noodzakelijk. Via voorliggend document wordt gemotiveerd waarom medewerking wordt verleend en waarom dat kan volgens de Wet ruimtelijke ordening (Wro).
1.2 Plangebied
Het Ringvaartterrein ligt direct aan de Ringvaart, ten oosten van het centrum van Hillegom. Het terrein wordt globaal begrensd door de Meerlaan (noordzijde), de Ringvaart (oostzijde), de Hillegommerbeek (zuidzijde) en Olympiaweg (westzijde). Het Ringvaartterrein is circa 300 × 300 meter en heeft een omvang van circa 10 hectare.
 
Het plangebied betreft het gehele Ringvaartterrein met de nadruk op deelplan 5 vanwege de benodigde extra parkeerplaatsen in dit deelgebied ten behoeve van het gehele Ringvaartterrein en de afwijking ten aanzien van de maximum bouwhoogte.
 
Navolgende afbeelding toont de globale ligging van het plangebied.
 
 
Globale ligging plangebied (witte omkadering: Ringvaartterrein; rode kader: deelplan 5; bron: ruimtelijkeplannen.nl)
1.3 Vigerend bestemmingsplan
Ter plaatse van het plangebied geldt het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein', vastgesteld op 14 november 2013 door de raad van de gemeente Hillegom. In een groot deel van het plangebied (het gehele Ringvaartterrein) geldt de bestemming 'Woongebied'. De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor woningen, waarbij het maximaal aantal woningen niet meer mag bedragen dan 320. Tevens zijn de voor 'Woongebied' aangewezen gronden bestemd voor bij deze bestemming behorende voorzieningen waaronder erfontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen; groen, water, erven, tuinen en paden, één en ander met de daarbij behorende bouwwerken en (on)bebouwde terreinen, waaronder parkeerterreinen.
 
Binnen de bestemming 'Woongebied' geldt dat ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van woongebied - grondgebonden' uitsluitend grondgebonden woningen zijn toegestaan. De goot- en bouwhoogte van deze woningen bedraagt maximaal 7,0 m en 11,0 m. De bouwhoogte van gestapelde bebouwing bedraagt maximaal 13,0 m. De bouwhoogte van gestapelde bebouwing inzake de stedenbouwkundig accenten op de hoek van de Hillegommerbeek en de Olympiaweg en aan de Ringvaart bedraagt maximaal 17,0 m.
 
De navolgende afbeelding toont een uitsnede van het geldende bestemmingsplan.
 
Uitsnede vigerend bestemmingsplan (buitenste rode kader: Ringvaartterrein, binnenste rode kader: deelplan 5, bron: ruimtelijkeplannen.nl)
 
Ringvaartterrein
Het maximum aantal woningen is in het voorgenomen plan om stedenbouwkundige redenen verhoogd van 320 woningen naar 358 woningen. Daarmee zijn meer woningen in het plangebied beoogd dan in het geldende bestemmingsplan zijn toegestaan.
 
Deelplan 5
In deelplan 5 is een stedenbouwkundig accent (appartementengebouw) voorzien aan de Ringvaartlaan. Dit gebouw kent een bouwhoogte van 17,20 m. Het geldende bestemmingsplan staat op de hoek van de Hillegommerbeek en de Olympiaweg en aan de Ringvaart een hoogteaccent toe van 17,0 m, gemeten vanaf peil (de hoogte van de weg). Het geldende bestemmingsplan voorziet met artikel 14.1 in een regeling om af te wijken van de maximum bouwhoogte. In artikel 14.1 van het geldende bestemmingsplan is opgenomen dat met een omgevingsvergunning afgeweken kan worden van de gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 15% van die maten, afmetingen en percentages. Deze afwijkingsmogelijkheid is in beginsel toereikend om een appartementengebouw met een bouwhoogte van 17,20 m te kunnen realiseren. Daarbij is het echter de vraag of planregels op de plaats waar het appartementengebouw is voorzien een stedenbouwkundig accent tot 17,20 m toestaan, waardoor mogelijk buitenplans afgeweken moet worden.
1.4 Leeswijzer
Na dit inleidende hoofdstuk wordt in hoofdstuk 2 het initiatief beschreven. In hoofdstuk 3 is een beschrijving van het relevante beleid opgenomen. In hoofdstuk 4 wordt het project inhoudelijk op haalbaarheid getoetst aan de hand van het geldende beleid en (milieu)wetgeving. Tot slot bevat hoofdstuk 5 de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid van het plan.
 
2 Het initiatief
2.1 Huidige situatie
Het plangebied maakt onderdeel uit van het Ringvaartterrein welke direct aan de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder ligt. Het Ringvaartterrein vormt door de positie tegen de Ringvaart een belangrijke toegang vanuit de polder tot Hillegom. In de huidige situatie vormt de Meerlaan de belangrijkste entreeweg tot het Ringvaartterrein. De ligging van de locatie direct aan de Olympiaweg draagt er toe bij dat de ontsluiting van het terrein optimaal is.
 
De initiatiefnemer heeft inmiddels de woningen van deelplan 1, 2, 3 en 4 grotendeels gerealiseerd. Deelplan 1 voorziet in 95 woningen en is gelegen tussen de Ringvaart, de Hillegommerbeek, de Ringvaartlaan en de Loshaven. Hiervoor is een omgevingsvergunning verleend en een inrichtingsplan opgesteld. Ook de woningen in deelplan 2 (54 woningen) en deelplan 3 (77 woningen) zijn reeds gerealiseerd. In deelplan 4 worden in totaal 74 woningen gebouwd. Deze woningen zijn reeds alle verkocht. Daarna zal deelplan 5, waar het plangebied onderdeel van uitmaakt, gerealiseerd worden. Dit deelplan voorziet in 58 woningen en bevindt zich in de voorbereidende fase. Na de bouw van deelplan 5 is uiting gegeven aan de voltooiing van het Ringvaartterrein.   
 
De navolgende afbeelding toont de (oorspronkelijke) stedenbouwkundige hoofstructuur van het Ringvaartterrein zoals die in het bestemmingsplan is vastgelegd.
 
Stedenbouwkundige hoofdstructuur van het Ringvaartterrein
2.2 Toekomstige situatie
Door de positie tegen de Ringvaart vormt het Ringvaartterrein een belangrijke toegang vanuit de polder tot Hillegom. Deze entreewerking is een belangrijke opgave in de planvorming. De hoofdstructuur van het terrein gaat uit van een hoofdontsluiting middels een rotonde op de Olympiaweg, welke doorloopt als een centrale lijn door het plangebied en eindigt bij de Ringvaart: de Ringvaartlaan. Deze lijn vormt als het ware de visuele verbinding tussen de Venneperweg (Beinsdorp) ten zuiden van de Ringvaart en de Hofstraat/Einsteinstraat richting het centrum van Hillegom. Hiermee wordt het gebied op een heldere wijze verknoopt met de omgeving en krijgt het een eigen structuur.
 
Vanuit de centrale lijn worden de te realiseren woonvelden ontsloten. De weg ten noorden van de hoofdontsluiting (Ringvaartlaan) vormt de secundaire ontsluitingsstructuur voor de deelplannen 2, 4 en 5. Het plangebied is onderdeel van deze secundaire ontsluitingsstructuur. Nabij de rotonde met de Olympiaweg en nabij de Ringvaart sluit deze weg aan de west- en oostzijde van het Ringvaartterrein aan op de hoofdontsluiting.
 
In de stedenbouwkundige hoofdstructuur zoals die is vastgelegd in het bestemmingsplan (zie toelichting paragraaf 1.3 en navolgende afbeelding) is uitgegaan van een onderscheid in gebieden die zijn aangewezen als woonvelden, openbaar groen en verkeersruimte. In het meest recente stedenbouwkundige plan (zie navolgende afbeelding) is deze hoofdstructuur duidelijk te herkennen. 
   
 
Situatietekening Ringvaartterrein (bron: Enzo architectuur & interieur, nr. 17333 VO-00.2, 23 april 2020)
 
In afwijking van de oorspronkelijke stedenbouwkundige hoofdstructuur (zie toelichting paragraaf 2.1) is in het plangebied gekozen voor één stedenbouwkundig accent met een bouwhoogte van circa 17,20 m, gemeten vanaf peil (de hoogte van de weg) en exclusief ondergeschikte bouwonderdelen. Het appartementengebouw bevat een kelder. De keldervloer mag niet onder de grondwaterstand uitkomen en ligt om die reden op ten hoogste 0,95 m -NAP. Om dit mogelijk te maken wordt de bodem opgehoogd. Vanwege de ophoging van de bodem is er bij appartementengebouw, dat uit vier bouwlagen met een kap bestaat, sprake van een overschrijding van de maximale bouwhoogte die het geldende bestemmingsplan toestaat, gemeten ten opzichte van de weg. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt is een hoger stedenbouwkundig accent wenselijk, omdat op die manier in ruimtelijk opzicht gewerkt kan worden met gevelaccenten en een kap, wat passend is bij de uitstraling van omliggende woningen. Bovendien kan een deel van de auto's in de halfverdiepte kelder geparkeerd worden, waardoor er minder auto's in zicht van de aangrenzende woningen staan.
 
Er is een zonnestudie (Enzo architectuur & interieur, 9 maart 2020, zie bijlage) uitgevoerd voor het beoogde appartementengebouw van vier bouwlagen met kap. Hieruit komt naar voren dat woningen in de omgeving door de realisatie van het appartementengebouw geen nadelige gevolgen met betrekking schaduwwerking zullen hebben.
 
Daarnaast is vanwege de wijziging in woningtypologie sprake een toename van het aantal woningen in het Ringvaartterrein. Dit resulteert in minimale wijzigingen in de openbare ruimte teneinde voldoende parkeerplaatsen te realiseren conform het gemeentelijk parkeerbeleid. In toelichting hoofdstuk 3 wordt toegelicht dat de voorziene woningen in typologie aansluiten op de woningbehoefte zoals deze in de Woonvisie Hillegom is opgenomen. In toelichting hoofdstuk 4 wordt nader toegelicht of wordt voldaan aan het gemeentelijk parkeerbeleid.
 
3 Beleidskader
Bij voorliggend initiatief is sprake van een toename van het aantal woningen ten opzichte van hetgeen is toegestaan in het geldende bestemmingsplan. Teneinde de toename van het aantal woningen is het van belang dat voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd worden conform het gemeentelijk parkeerbeleid. Voorts is sprake van een geringe afwijking van de bouwhoogte voor het stedenbouwkundig accent aan de Ringvaart.
 
Met voorgenoemde afwijkingen van het bestemmingsplan kan beter invulling worden gegeven aan de stedenbouwkundige opzet en het karakter van het Ringvaartterrein met behoud van de openbare inrichting in en nabij het plangebied. Daarbij wordt een deel van de openbare ruimte van deelplan 5 ingericht voor parkeren ten behoeve van de overige deelgebieden.
 
Vanwege de toename van het aantal woningen vindt in de navolgende paragrafen een korte toetsing aan de relevante beleidskaders van het rijk en de gemeente plaats. Omdat de stedenbouwkundige hoofdstructuur onaangetast blijft, is een verdere toetsing aan de beleidskaders van het rijk en provincie niet noodzakelijk. Het plan heeft geen gevolgen voor de structuur van het Ringvaartterrein. Bovendien is de woningbouwontwikkeling van het Ringvaartterrein reeds uitgebreid aan dit beleid getoetst in het kader van het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein'.   
3.1 Besluit ruimtelijke ordening (Bro) - Ladder voor duurzame verstedelijking
In het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is de verplichting opgenomen om in het geval van een nieuwe stedelijke ontwikkeling in de toelichting een onderbouwing op te nemen van nut en noodzaak van de nieuwe stedelijke ruimtevraag en de ruimtelijke inpassing. Hierbij wordt uitgegaan van de 'ladder voor duurzame verstedelijking'.
 
De 'stappen van de ladder' worden in artikel 3.1.6, leden 2 - 4 Bro als volgt omschreven:
  1. De toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, bevat een beschrijving van de behoefte aan die ontwikkeling, en, indien het bestemmingsplan die ontwikkeling mogelijk maakt buiten het bestaand stedelijk gebied, een motivering waarom niet binnen het bestaand stedelijk gebied in die behoefte kan worden voorzien.
  2. Indien in een bestemmingsplan als bedoeld in het tweede lid toepassing is gegeven aan artikel 3.6, eerste lid, onder a of b, van de wet kan bij dat bestemmingsplan worden bepaald dat de beschrijving van de behoefte aan een nieuwe stedelijke ontwikkeling en een motivering als bedoeld in het tweede lid eerst wordt opgenomen in de toelichting bij het wijzigings- of het uitwerkingsplan als bedoeld in dat artikel.
  3. Een onderzoek naar de behoefte als bedoeld in het tweede lid, heeft, in het geval dat een bestemmingsplan als bedoeld in het tweede lid, ziet op de vestiging van een dienst als bedoeld in artikel 1 van de Dienstenwet en dit onderzoek betrekking heeft op de economische behoefte, de marktvraag of de beoordeling van de mogelijke of actuele economische gevolgen van die vestiging, slechts tot doel na te gaan of de vestiging van een dienst in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening.
Planspecifiek
Stedelijke ontwikkeling
Conform artikel 1.1.1, eerste lid onder i van het Bro wordt onder een stedelijke ontwikkeling verstaan: een 'ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen.' Uit jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State blijkt dat de ondergrens van wat als nieuwe stedelijke ontwikkeling moet worden gezien, ligt tussen de 9 en 14 nieuwe woningen, afhankelijk van de omgeving waarin de ontwikkeling plaatsvindt.
Onderhavig plan voorziet in 358 woningen voor het gehele Ringvaartterrein. Dit zijn 38 woningen extra ten opzichte van wat het geldende bestemmingsplan toestaat, waarmee de ontwikkeling is aan te merken als een stedelijke ontwikkeling. Hiervan worden 15 woningen als sociale koopwoningen en 15 woningen als huurwoningen in het middensegment uitgevoerd.  
 
Uit toelichting paragraaf 3.3 blijkt dat er in kwalitatieve en kwantitatieve zin behoefte is aan de betreffende ontwikkeling.
 
De woningen zijn voorzien op het Ringvaartterrein, welke reeds is aangemerkt als bestaand stedelijk gebied. Bovendien treden er als gevolg van de toename van het aantal woningen geen wijzigingen op in de stedenbouwkundige hoofdstructuur en het ruimtebeslag die reeds zijn vastgelegd voor het Ringvaartterrein. Geconcludeerd wordt dat de voorgenomen ontwikkeling voldoet aan de ladder voor duurzame verstedelijking.
 
Geconcludeerd wordt dat een nadere toetsing aan de ladder voor duurzame verstedelijking niet noodzakelijk is.
3.2 Omgevingsvisie Hillegom 2030
Op 22 februari 2018 heeft de gemeente Hillegom de Omgevingsvisie Hillegom 2030 'Heerlijk Hillegom. Duurzame (proef)tuin van Holland' vastgesteld. De Omgevingsvisie vervangt de Structuurvisie Hillegom 2008. Bij de voorbereiding van de Omgevingsvisie zijn de inwoners, bedrijven en instellingen in de gemeente gevraagd om mee te denken over de identiteit en de koers van de gemeente.
  
In de Omgevingsvisie staat de vraag centraal hoe de gemeente er in 2030 uitziet. Bij het opstellen van de Omgevingsvisie is rekening gehouden met ontwikkelingen zoals vergrijzing, duurzaamheid, energie, klimaat, gezondheid, waterberging, sociale aspecten, enzovoort. Duurzaamheid is het leidend principe in de visie met aandacht voor landschap, cultuurhistorie, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid e.d. In de Omgevingsvisie is voorts een afwegingskader opgenomen dat gebaseerd is op Fysieke, Economische en Sociale Duurzaamheid (ook wel bekend als People, Planet, Profit). Het is een integrale visie voor de fysieke leefomgeving waardoor de gemeente middels integraal beleid en perspectief de initiatieven voor inwoners, bedrijven en instellingen in Hillegom kan beoordelen. Daarbij is de omslag gemaakt naar het nieuwe principe “ja, mits” in plaats van “nee, tenzij”. Daarnaast is een Uitvoeringsprogramma Duurzaamheid opgesteld.
 
In de visie zijn de ambities en de koers voor de gehele gemeente en per deelgebied in beeld gebracht, die vervolgens juridisch zijn vastgelegd in een Omgevingsplan en uitvoeringsprogramma(’s). In de Omgevingsvisie is het grondgebied in 7 deelgebieden opgedeeld: Duurzame Bloementuin, Hollandse Weides, Historisch Hart, Heerlijke Woonplaats, Werkplaats Hillegom, Levendige linten en Duurzame verbindingen. Per deelgebied is het karakter en de koers beschreven.
 
Planspecifiek
Op de Omgevingsvisiekaart is het plangebied aangegeven als deelgebied 'Heerlijke Woonplaats', 'afronden reeds ingezette woningbouw' en 'ontwikkelingen (deel)projecten die in voorbereiding zijn'.
 
Omgevingsvisiekaart Hillegom 2030 (plangebied aangegeven met een zwarte cirkel)
 
Heerlijke Woonplaats
Het deelgebied 'Heerlijke Woonplaats' is door het landelijke, dorpse karakter met afwisselende bebouwing met overwegend grondgebonden woningen en een ontspannen, groene inrichting van de openbare ruimte, een aantrekkelijke plek om te wonen.
 
De koers van het deelgebied 'Heerlijke Woonplaats' bevat de volgende onderwerpen:
  • behouden en versterken dorpse karakter;
  • nieuwbouw binnenstedelijk realiseren;
  • verduurzamen en kwaliteitsverbetering van de woningvoorraad;
  • bevorderen van gezondheid;
  • sociale cohesie versterken;
  • zorg dragen voor toekomstbestendige voorzieningen;
  • behoud en verbeteren woon- en leefkwaliteit.
Een belangrijk uitgangspunt is dat nieuwe woningen zijn voorbereid op de toekomstige eisen en wensen ten aanzien van klimaatverandering, zoals hernieuwde energievoorziening. Zo dienen alle nieuwe woningen per saldo energie op te leveren. Daarnaast dienen ontwikkelingen aan de (dorps)randen bij te dragen aan een aantrekkelijk karakter dat past binnen de gebiedseigen kenmerken. Het wensbeeld is dat de randen een heldere, groene en informele overgangszone naar het buitengebied gaan vormen.
 
Om de afname van het percentage jonge mensen tegen te gaan is het van belang dat er gezorgd wordt voor een voor hen aantrekkelijk vestigingsklimaat. Dat betekent dat er gekeken moet worden naar de ontwikkeling van het lokale voorzieningenniveau, het woningaanbod en de woonkwaliteit, alsmede de bereikbaarheid met de auto en met het openbaar vervoer. Er dient dus ook de mogelijkheid te zijn de verschillende stappen van de ‘wooncarrière’ binnen Hillegom te doorlopen (van startersstudio naar een eigen huis). Ter bevordering van de sociale cohesie is het wenselijk verschillende leeftijdsgroepen binnen woonwijken te verbinden door een differentiatie binnen woonwijken te bewerkstelligen en voorzieningen ook te richten op jonge mensen.
  
Conclusie
De beoogde ontwikkeling ziet op de afronding van het Ringvaartterrein. In totaal worden 38 extra woningen gerealiseerd dan in het geldende bestemmingsplan zijn toegestaan. De ontwikkeling is in lijn met de koers van het deelgebied 'Heerlijke woonplaats'. De ontwikkeling draagt met name bij aan het behouden en versterken van het dorpse karakter, nieuwbouw wordt binnenstedelijk gerealiseerd, verduurzamen en kwaliteitsverbetering van de woningvoorraad en behoud en verbeteren woon- en leefkwaliteit. De beoogde woningen worden gasloos en met zonnepanelen uitgevoerd. Daarnaast is met de inrichting van de openbare ruimte gedacht aan klimaatadaptatie, namelijk de realisatie van voldoende water en openbaar groen. Derhalve kan gesteld worden dat het initiatief past binnen de Omgevingsvisie Hillegom 2030.   
3.3 Woonvisie Hillegom 2015 - 2019
De gemeenteraad van de gemeente Hillegom heeft op 3 maart 2016 een woonvisie 'Top van de Bollenstreek' vastgesteld. Hierin wordt de visie op het wonen in Hillegom tot 2019 uiteengezet. Veranderingen op de woningmarkt, nieuwe wetgeving en zeker andere ambities van de gemeente vinden hierin een plek. De woonvisie vormt de basis voor strategische afwegingen die de gemeente maakt op het gebied van wonen.
 
Bollen-3
De gemeenten Hillegom, Lisse en Teylingen hebben zich verenigd om hun woonbeleid op elkaar af te stemmen voor de 'Bollen-3'. Voor de gehele Bollen-3 geldt dat 33% van de huishoudens een laag inkomen heeft (tot €25.100). Ook wonen er relatief meer huishoudens met een hoog inkomen in de 'Bollen-3' vergeleken met de gehele regio Holland Rijnland. In de Bollen-3 ligt meer dan voorheen een nadruk op het verbeteren en aanpassen van de bestaande woningvoorraad, om deze voorraad geschikt te maken voor de toekomstige woningvraag. De Bollen-3 stelt de volgende ambities:
  • Het behouden van de omvang van de goedkope en betaalbare woningvoorraad in de sociale huursector om voldoende betaalbare huurwoningen voor de laagste inkomensgroepen beschikbaar te hebben.
  • Het vergroten van het aanbod voor huishoudens met een middeninkomen. Nevendoel is het vergroten van de doorstroming uit de sociale huursector.
  • Het realiseren van ten minste de woningbouwaantallen uit de Woningbehoefteraming 2013. Dit is een WBR van 2012-2019 van 553 woningen en tussen 2020 en 2029 een WBR van 166 woningen.
  • Voor het kwalitatief programma nieuwbouw stemt de regio jaarlijks af. Er is bijzondere aandacht voor het realiseren van bereikbaar woningaanbod voor lage en middeninkomens, zowel in de goedkope koopsector als in de sociale huursector. De vraag naar dure woningen (> € 250.000) was tijdens de vaststelling van de woonvisie onzeker, in de afgelopen jaren is dat sterk verbeterd.
  • De gemeenten in de Bollen-3 voelen zich gezamenlijk verantwoordelijk voor de huisvesting van specifieke doelgroepen en pakken gezamenlijk de opgave aan.
  • De gemeenten in de Bollen-3 bevorderen de betaalbaarheid van het wonen, met speciale aandacht voor het voorkomen dat huishoudens uit hun woning worden gezet vanwege een huurachterstand.
  •  Het langer zelfstandig wonen mogelijk maken door het realiseren van voldoende passende woonruimte en voldoende ondersteuning.
Woonvisie Hillegom
De gemeente onderscheidt zich door middel van een gedifferentieerd aanbod woningen in een gevarieerde woonomgeving. In de woonvisie staat vijf onderliggende ambities centraal. De belangrijkste is het versterken van het karakter van Hillegom als aantrekkelijke woongemeente. De vijf ambities zijn:
  • we maken een kwaliteitsslag;
  • beschikbaarheid: voor iedere doelgroep een woning;
  • betaalbaarheid: passende prijs met bijbehorende kwaliteit;
  • wonen en zorg: langer zelfstandig wonen mogelijk maken;
  • arbeidsmigranten en vluchtelingen: fatsoenlijk opvangen.
Behoefte
Landelijk gezien, heeft Hillegom veel hoge inkomens en weinig lage, net als de overige Bollengemeenten. De gemeente heeft ten opzichte van de regio een relatief ‘grijze’ bevolking met veel 50-plussers. Er zijn relatief weinig jongeren en gezinnen. Het is van belang om te kijken naar de doelgroepen voor wie - ook op de langere termijn - woningen nodig zijn. Er is sprake van een toename van vooral oudere huishoudens en van één- en tweepersoonshuishoudens. De woningbehoefte verandert van vooral woningen voor gezinnen naar woningen voor kleinere huishoudens en senioren. Ook de doelgroep senioren vraagt aandacht, vooral omdat zij een woning bewonen die voor starters en gezinnen geschikt is. In algemene zin dient aandacht te bestaan voor (de betaalbaarheid van) nieuwbouwwoningen voor kleinere huishoudens en de geschiktheid van deze woningen voor ouderen.
 
WBR
Hillegom heeft ruimte om te groeien. In de komende vier jaar (2016 t/m 2019) is er ruimte om tussen 320 en 400 woningen toe te voegen. De prognose in de woonvisie gaat uit van 320 woningen, wat kan oplopen tot een afzet van 400 woningen. In de woonvisie wordt uitgegaan van een woningbehoefte van gemiddeld 100 woningen per jaar.
   
Conclusie
De beoogde toename van het aantal woningen (38 stuks) op het Ringvaartterrein draagt bij aan de kwantitatieve woningbehoefte in zowel de 'Bollen-3' als de gemeente Hillegom. De ontwikkeling voorziet in de realisatie van extra appartementen. Met de beoogde appartementen wordt gezorgd voor nieuwbouwwoningen voor kleinere huishoudens, waarbij de woningen ook geschikt zijn voor ouderen. Er bevinden zich zowel trappen als een lift in het complex. Hierdoor zijn ook de appartementen op de verdiepingen geschikt voor ouderen. Het aandeel sociale koopwoningen (15 stuks) draagt bij aan de behoefte naar betaalbare woningen. Door ook 15 extra middeldure huurwoningen te realiseren wordt voor verschillende doelgroepen in de behoefte naar woningen voorzien. Het voorgenomen plan past daarmee binnen de kwantitatieve en kwalitatieve behoefte naar woningen in de 'Bollen-3' regio en de gemeente Hillegom.
 
4 Milieu- en omgevingsaspecten
De uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan moet als gevolg van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) aangetoond worden (artikel 3.1.6 van het Bro). Daaronder valt de onderzoeksverplichting naar verschillende ruimtelijk relevante aspecten (geluid, bodem, etc.) van het plan. Ten behoeve van de ontwikkeling van woningen op het Ringvaartterrein zijn deze ruimtelijke aspecten in het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' onderzocht. Onderhavige ontwikkeling is hieraan gerelateerd. Uit onderstaande toets volgt dat het plan voldoet aan de ruimtelijk relevante aspecten.
 
Milieueffectrapportage
Uit toetsing aan het Besluit m.e.r. volgt dat het voorgenomen plan een activiteit is dat genoemd wordt in de bijlage bij het Besluit m.e.r., te weten een stedelijk ontwikkelingsproject (D 11.2, de aanleg, wijziging of uitbreiding van een stedelijk ontwikkelingsproject met inbegrip van de bouw van winkelcentra of parkeerterreinen). Er wordt niet voldaan aan de gegeven drempelwaarde van 2.000 of meer woningen. De voorgenomen ontwikkeling bevat namelijk 58 woningen. Er kan daarmee worden afgezien van een m.e.r.-beoordeling en volstaan kan worden met een vormvrije m.e.r.-beoordeling.
 
In het kader van de voorgenomen ontwikkeling zijn de belangrijkste milieugevolgen in beeld gebracht in een aanmeldnotitie. Op basis hiervan kan geconcludeerd worden dat er geen sprake is van een ontwikkeling die een forse invloed heeft op het milieu. Belangrijke milieugevolgen kunnen worden uitgesloten.
 
Het bevoegd gezag kan op basis van de aanmeldnotitie besluiten of er een m.e.r.(-beoordeling) nodig is en publiceert dit in een m.e.r.-beoordelingsbesluit. Het besluit dat geen m.e.r.(-beoordeling) uitgevoerd hoeft te worden hoeft niet gepubliceerd te worden in de Staatscourant. Er is geen sprake van een aparte bezwaar- en beroepsprocedure bij de beslissing over de m.e.r.-plicht. Bezwaar en beroep is alleen mogelijk tegelijkertijd met de procedure voor de omgevingsvergunning.
 
Geluid
De voorliggende ruimtelijke onderbouwing maakt geluidgevoelige objecten mogelijk. In het kader van het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' is reeds een akoestisch onderzoek uitgevoerd teneinde de woningen op het Ringvaartterrein te kunnen realiseren. Uit het bestemmingsplan blijkt dat diverse maatregelen, zoals een geluidreducerend wegdek op de Meerlaan en de Olympiaweg, worden toegepast, waardoor voor de woningen op het Ringvaartterrein sprake is van een goed woon- en leefklimaat betreffende het milieuaspect geluid. Het geluidreducerend asfalt (type SMA-NL 8G+) op de Meerlaan wordt aangebracht in het kader van onderhoudswerkzaamheden. Op de Olympiaweg zal eveneens bij de eerstvolgende onderhoudswerkzaamheden geluidreducerend asfalt worden toegepast.
 
Binnen het invloedsgebied van de Olympiaweg is voor 89 woningen een besluit hogere waarden in het kader van de Wet geluidhinder genomen. In totaal vallen naar verwachting 32 woningen van deelplan 3 onder dit besluit, waarmee binnen het besluit nog ruimte is voor 57 woningen. Het aantal woningen in het westelijke deel van deelplan 5, te weten blok 1, 2, 3, 4, 6 en 7, bedraagt 51 woningen. De beoogde woningen in deelplan 5 vallen onder het resterende aantal woningen van het verleende besluit. Een nieuw besluit hogere waarden is daarmee niet vereist. De reeds verleende hogere waarden vormen het uitgangspunt voor het bepalen van de geluidwering van de beoogde woningen in deelplan 5, waarbij voldaan moet worden aan de eisen van het Bouwbesluit 2012 en sprake moet zijn van een binnenniveau van ten hoogste 33 dB.
 
In het voorgenomen plan worden warmtepompen op lucht toegepast. Op dit moment gelden er voor warmtepompen geen geluidnormen op grond van het Bouwbesluit 2012, maar dit wordt in de toekomst wel verwacht. Het advies van de Omgevingsdienst West-Holland is om ter voorkoming van geluidsoverlast voor de buitenopstelling van de warmtepomp in een woonomgeving een geluidgrenswaarde van 30 dB(A) op 5 m afstand na te streven. Dit advies is analoog aan het voorstel van de Nederlandse Stichting Geluidshinder (NSG). Op basis van de technische gegevens van de warmtepompen die toegepast worden kan worden geconcludeerd dat niet aan de advieswaarde kan worden voldaan. Om aan het advies te voldoen is extra geluiddemping nodig. Dit kan worden bereikt door de warmtepomp te voorzien van een geluidisolerende omkasting.
 
Luchtkwaliteit
Het aantal woningen binnen het Ringvaartterrein neemt met 38 stuks toe ten opzichte van hetgeen in het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' is opgenomen. Daarmee kan de ontwikkeling gezien worden als een NIBM-project. Ook wanneer het gehele Ringvaartterrein in ogenschouw wordt genomen kan, gelet op de omvang van het plan (< 1.500 woningen), de ontwikkeling gezien worden als een NIBM-project. Hiermee kan gesteld worden dat de voorgenomen herontwikkeling niet in betekenende mate invloed zal hebben op de luchtkwaliteit ter plaatse. 
 
Bodem
Onderhavig plan voorziet in de toename van 38 woningen op het Ringvaartterrein, de realisatie van extra parkeerplaatsen en een appartementengebouw met een grotere bouwhoogte. Het geheel is voorzien binnen de bestemming 'Woongebied' van het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein'. Daarmee wordt niet voorzien in een afwijking op het bestemmingsplan die een gevoeliger bodemgebruik inhoudt.
  
Rekening wordt gehouden met afspraken die geregeld zijn in een raamsaneringsplan waarover het bevoegd gezag een Wbb-beschikking heeft afgegeven ('Definitieve beschikking Wet bodembescherming (Wbb) Ringvaartterrein in Hillegom Locatiecode AA053400395’, Omgevingsdienst West-Holland, d.d. 21 juli 2014).
 
De relatief kleinschalige wijzigingen in de wijze waarop gesaneerd wordt, vormen geen bezwaar ten aanzien van deze afspraken. Zolang deze afspraken goed worden nageleefd, vormt deze wijziging op het bestemmingsplan voor het bodemaspect geen belemmering.
 
Bedrijven en milieuzonering
De voorliggende ruimtelijke onderbouwing maakt geen milieubelastende en milieugevoelige functies mogelijk. Milieugevoelige functies in de omgeving (wonen) ondervinden dan ook geen hinder van het initiatief. Daarnaast worden de 38 extra woningen op het Ringvaartterrein binnen de bestemming 'Woongebied' van het geldende bestemmingsplan gerealiseerd. In het kader van het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' is reeds aangetoond dat milieubelastende activiteiten in de omgeving niet worden belemmerd door de realisatie van gevoelige bestemmingen binnen het Ringvaartterrein. In het kader van dit bestemmingsplan is tevens reeds aangetoond dat op het Ringvaartterrein sprake is van een goed woon- en leefklimaat. De bedrijfspercelen die het dichtst bij het Ringvaartterrein gelegen zijn - het bedrijventerrein Hillegommerbeek - liggen op voldoende afstand tot de woningen waardoor de woningen geen beperkingen vormen voor de bedrijven.
 
Externe veiligheid
Uit onderzoek in het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' blijkt dat geen van de risicobronnen in de buurt van het Ringvaartterrein een risicocontour heeft die over het Ringvaartterrein ligt. Daarnaast is het Ringvaartterrein ook niet gelegen binnen de invloedsgebieden van de verschillende risicobronnen. Het aspect externe veiligheid vormt derhalve geen belemmering.
 
Water
In de huidige situatie is het Ringvaartterrein volledig verhard. Bij de herontwikkeling van het terrein zal een afname plaatsvinden van de hoeveelheid verhard oppervlak. Daarnaast wordt buiten het plangebied meer groen aangelegd dan in het bestemmingsplan is vastgelegd. Onderhavige afwijking van het bestemmingsplan kan hiermee worden gecompenseerd. Derhalve is watercompensatie niet vereist.
 
Cultuurhistorie en archeologie
Uit het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' blijkt dat het niet noodzakelijk is om voor de herontwikkeling van het Ringvaartterrein een archeologisch onderzoek uit te voeren. De gronden van het plangebied zijn gelegen in het gebied 'opgespoten gronden of vlakte van getij-afzettingen'. Bij een dergelijk gebied geldt een lage archeologische verwachting en worden geen voorschriften gegeven. Tevens zijn er geen cultuurhistorische elementen aanwezig ter plaatse van het plangebied. 
  
Ecologie
 
Gebiedsbescherming
In de directe omgeving van het plangebied zijn geen Natura 2000-gebieden aanwezig. Het Natura 2000-gebied Kennemerland-Zuid ligt op een afstand van meer dan 3,5 km. Het Natura 2000-gebied Coepelduynen ligt op meer dan 12 km afstand van het plangebied. Het plangebied behoort niet tot het Natuurnetwerk Nederland of ander bij provinciale verordening beschermde natuurgebieden. De minimale afstand tot deze gebieden bedraagt 950 m.
 
De realisatie van 58 woningen gaat gepaard met de uitstoot van stikstof in de gebruiks- en bouwfase van het project. Derhalve moet in beeld gebracht worden wat de mogelijke effecten van de ontwikkeling zijn op de instandhoudingsdoelstellingen van de Natura 2000-gebieden. Ten aanzien van stikstofdepositie kan hiervoor het rekenprogramma AERIUS worden gebruikt.
 
Het rekeninstrument AERIUS was één van de pijlers van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS), het PAS maakt onderdeel uit van de Crisis- en herstelwet (Chw). Op 29 mei 2019 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan omtrent de PAS. Het PAS mag niet meer gebruikt worden als basis voor toestemming voor ‘activiteiten’. Hiermee is het PAS buiten werking gesteld. Het systeem van het PAS was erop gebaseerd dat vooruitlopend op toekomstige positieve ontwikkelingen voor beschermde natuurgebieden toestemming gegeven kan worden voor activiteiten die mogelijk schadelijk zijn voor die gebieden door stikstofuitstoot. Die toestemming ‘vooraf’, zoals het PAS mogelijk maakte, mag niet meer, aldus de RvS. Projecten en of activiteiten dienen, in afwachting van een nieuwe PAS, zelfstandig beoordeeld te worden op grond van de Wet natuurbescherming.
 
In de uitspraak van 29 mei 2019 is ook specifiek ingegaan op de AERIUS Calculator. In rechtsoverweging 39.3 is bepaald dat AERIUS nog wel gebruikt kan worden voor de effectbepaling op grotere (meer dan 50 m) afstand. Voor berekeningen op kortere afstand wordt een ander rekenpakket aanbevolen. De onnauwkeurigheid van AERIUS zat voornamelijk in emissie berekeningen bij agrarische bedrijven waar het emissiepunt zich op enige hoogte bevond. In de nieuwe AERIUS Calculator van september 2019 zijn de bezwaren van de Afdeling zoals verwoord in de uitspraak van 29 mei weggenomen. Als uit de AERIUS Calculator volgt dat de toename aan stikstofdepositie gelijk is aan 0,00 mol/ha/j, dan kan worden geconcludeerd dat het plan geen significant negatief effect heeft op de Natura 2000-gebieden.
 
Voor deelplan 5 is voor de gebruiks- en de bouwfase een berekening uitgevoerd met de AERIUS Calculator (Buro SRO, 16 december 2019, zie bijlage). In de uitgevoerde berekening met AERIUS Calculator is uitgegaan van 19 grondgebonden woningen en 41 appartementen, terwijl deelplan 5 uit slechts 19 grondgebonden woningen en 39 appartementen bestaat. De stikstofemissie van het beoogde plan zal daarmee lager zijn dan het resultaat van de berekening.
In de berekening is uitgegaan van een verkeersgeneratie van 314,9 voertuigbewegingen per etmaal. Omdat de woningen en appartementen in deelplan 5 gasloos worden uitgevoerd, veroorzaken deze woningen zelf geen stikstofemissie. Voor de gebruiksfase is hierdoor alleen de toename van het aantal verkeersbewegingen meegenomen in de berekening. Voor het berekenen van de bouwfase is een ruime aanname gedaan voor de te gebruiken mobiele werktuigen en het vervoer van personeel en materialen. 
Uit de berekening met AERIUS Calculator blijkt dat de toename aan stikstofdepositie voor zowel de gebruiksfase als de bouwfase gelijk is aan 0,00 mol/ha/j. Daarmee kan geconcludeerd worden dat het plan geen significant negatief effect heeft op Natura 2000-gebieden.
  
Voor de overige effecten (trillingen, geluid, optische verstoring, etc.) geldt dat de afstand tot de omliggende Natura 2000-gebieden per definitie te groot is om sprake te kunnen laten zijn van negatieve effecten.
 
Soortenbescherming 
In het bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein' is in 2013 een quickscan flora en fauna en een nader onderzoek uitgevoerd. Hieruit volgde dat het plangebied van zeer beperkt belang is voor vleermuizen. Er zijn geen belangrijke foerageergebieden of vliegroutes aanwezig en er zijn geen verblijfplaatsen aangetroffen. Destijds werd geconcludeerd dat door de ingrepen een verblijfplaats van de rugstreeppad en een groeiplaats van de rietorchis zullen worden aangetast.
 
Gezien de resultaten van de quickscan flora en fauna en het nadere onderzoek is op basis van een projectplan een ontheffing voor de rugstreeppad en de rietorchis aangevraagd. De Rijksdienst voor Ondernemend heeft een ontheffing van de destijds geldende Flora- en faunawet voor de rugstreeppad en de rietorchis (kenmerk FF/75C/2014/0065, 16 september 2014) verleend. Voor het uitvoeren van de ingrepen is nadien 'Ecologisch Werkprotocol Ringvaartterrein, een praktische ecologische uitwerking van maatregelen en voorzieningen t.b.v. rugstreeppad en rietorchis bij de uitvoering van de grondsanering en woningbouw' (Arda, februari 2015) opgesteld. Met het toepassen van de maatregelen en voorzieningen uit dit werkprotocol treedt er geen overtreding van de destijds geldende Flora- en faunawet op.
 
In de periode van mei 2016 tot en met juli 2017 heeft ecologisch adviesbureau Arda vier veldbezoeken uitgevoerd. Het doel van deze veldbezoeken was, naast een algemene inspectie van het terrein, het bepalen van de naleving van het ecologisch werkprotocol en het vaststellen van de aan- of aanwezigheid van de rugstreeppad. Tijdens de laatste veldbezoeken heeft de ecoloog de aanwezigheid van de rugstreeppad niet aan kunnen tonen.
 
Op 25 augustus 2017 heeft een inspecteur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, namens de provincie Zuid-Holland als bevoegd gezag, een controle uitgevoerd naar de mitigerende en compenserende maatregelen die in het kader van de verleende ontheffing voor de rugstreeppad en de rietorchis zijn uitgevoerd. In en om de aangelegde poelen heeft de inspecteur geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van rugstreeppadden gevonden.
 
Op basis van de resultaten van de veldbezoeken door een ecoloog in de periode van mei 2016 tot en met juli 2017 en de bevindingen van de inspecteur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid dient geconcludeerd te worden dat de rugstreeppad niet meer voorkomt in het plangebied. Dit is voor de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, namens de provincie Zuid-Holland als bevoegd gezag, in september 2017 reden geweest om te concluderen dat de werking van de in 2014 verleende ontheffing voor de rugstreeppad is komen te vervallen.
 
De rietorchis is sinds de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming op 1 januari 2017 niet meer beschermd. Desondanks blijven voorschriften voor soorten die onder de Wet natuurbescherming niet meer beschermd zijn op basis van het overgangsrecht van artikel 9.6 van de Wet natuurbescherming onverkort van kracht. De Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, namens de provincie Zuid-Holland als bevoegd gezag, ziet echter af van het eisen van maatregelen om de instandhouding van de rietorchis te waarborgen en geeft in september 2017 aan dat de werking van de in 2014 verleende ontheffing voor de rietorchis is komen te vervallen.
   
In aanvulling op de eerdergenoemde onderzoeken is er in verband met het voornemen om de groenstrook aan de noordzijde van het plangebied te verwijderen een nader onderzoek uitgevoerd naar de mogelijke functie van deze groenstrook als vliegroute voor vleermuizen (2Support, 22 juli 2019, zie bijlage). In dit onderzoek is tevens de potentie van het Beltpark als alternatief voor de te verwijderen groenstrook onderzocht. Uit de resultaten van het onderzoek kunnen de volgende conclusies worden getrokken:
  • De groenstrook heeft wellicht een functie gehad als vliegroute van vleermuizen, maar deze is nu nog maar zeer beperkt aanwezig.
  • De groenstrook heeft een beperkte functie als foerageergebied voor gewone dwergvleermuis.
  • De bomen in de groenstrook kennen geen geschikte holtes en zijn niet geschikt als verblijfplaats voor vleermuizen.
  • Het Beltpark is in potentie geschikt als vliegroute voor verschillende soorten vleermuizen, in beperkte mate vervult het Beltpark deze functie ook al.
  • Het Beltpark heeft een functie als foerageergebied voor verschillende soorten vleermuizen.
  • De afstand tussen de groenstrook en het Beltpark is < 500 m en daarmee overbrugbaar voor de verschillende waargenomen soorten.
  • Beltpark is een geschikt alternatief als vliegroute en foerageergebied ter vervanging van de groenstrook.
  • Op basis van de resultaten en conclusies van het nader onderzoek naar het gebruik van de groenstrook als vliegroute door vleermuizen is er geen bezwaar om de begroeiing, omdat het Beltpark voor de functies als vliegroute en foerageergebied een prima en bereikbaar alternatief blijkt te zijn.
  • In verband met het incidentele gebruik van de groenstrook als vliegroute en het beperkte gebruik als foerageergebied wordt uitstel van de werkzaamheden tot na 15 september en zo mogelijk 15 oktober 2019 geadviseerd.
Om overtreding van de Wet natuurbescherming te voorkomen zijn de volgende maatregelen en vervolgstappen ten aanzien van vleermuizen en andere soorten noodzakelijk:
  • Voldoende zorg in acht nemen voor alle in het wild voorkomende flora en fauna. Aanwezige dieren de tijd kunnen om te kunnen vluchten.
  • Uitvoering van de rooiwerkzaamheden bomen en struiken buiten het broedvogelseizoen.
  • In verband met het incidentele gebruik van de groenstrook ringoevers als vliegroute en het beperkte gebruik als foerageergebied door vleermuizen wordt uitstel van de werkzaamheden tot na 15 september en zo mogelijk 15 oktober 2019 geadviseerd.
  • Kort voor aanvang van de werkzaamheden de groenstrook een laatste maal inspecteren op late broedsituaties van bijvoorbeeld watervogels.
  • Indien men onverwachts strikt beschermde soorten aantreft een deskundig ecoloog raadplegen om af te stemmen hoe een overtreding van de Wet natuurbescherming kan worden voorkomen.
  • Bij twijfel over de aanwezigheid van beschermde soorten de hulp van een deskundige in roepen.
Gezien het voorgaande heeft het plangebied geen essentiële betekenis voor beschermde soorten en is het plan uitvoerbaar. Desondanks geldt te allen tijde de algemene zorgplicht.
 
Verkeer en parkeren
Het betreffende initiatief heeft bij uitstek betrekking op de aspecten verkeer en parkeren. Zoals in toelichting paragraaf 2.2 is uiteengezet is het nodig om extra parkeerplaatsen te realiseren binnen deelplan 5 om te voorzien in voldoende parkeervoorzieningen behorende bij het totaal aantal woningen (358 stuks) binnen het Ringvaartterrein. Daarbij blijft de verkeersstructuur uit de oorspronkelijke stedenbouwkundige hoofdstructuur (zie toelichting paragraaf 2.1) vrijwel behouden. Deze verkeersstructuur en de aansluiting met een rotonde op de Olympiaweg beschikken over voldoende capaciteit om de verkeersbewegingen als gevolg van het totaal aantal woningen (358 stuks) op te vangen.
 
In de navolgende tabellen is voor de deelplannen en voor het totale plan uiteengezet wat de parkeerbehoefte is en hoeveel parkeerplaatsen gerealiseerd zijn/worden. Hierbij is voor de reeds uitgevoerde deelplannen 1, 2 en 3 uitgegaan van de parkeernormen conform CROW-publicatie 182, terwijl voor de deelplannen 4 en 5 de Nota parkeernormen van de gemeente Hillegom (april 2016), die in de tussentijd is vastgesteld en hogere parkeernormen bevat, het uitgangspunt is. Daarbij dient benadrukt te worden dat het parkeren voor de deelplannen gezamenlijk beschouwd moet worden en niet per deelplan, omdat het een gezamenlijke ontwikkeling betreft en de deelgebieden in elkaar overlopen. 
 
           
Parkeerbehoefte per deelplan (bron: Goudappel Coffeng)
Parkeerbehoefte totaal (bron: Goudappel Coffeng)
  
Uit de tabellen volgt dat er op het maatgevende moment, de werkdagavond, in de deelplannen gezamenlijk een overschot van 2,1 parkeerplaatsen is. In deelplan 5 is een overschot van 19,7 parkeerplaatsen voorzien, waarmee het tekort uit de deelplannen 1, 2, 3 en 4 wordt opgeheven en wordt voorzien in de totale parkeerbehoefte van het Ringvaartterrein.
 
In deelplan 5 is een berekeningsaantal van 122,9 parkeerplaatsen beoogd (zie ook bijlage). Hiervan worden 107 parkeerplaatsen in de openbare ruimte gerealiseerd. Bij de twee-onder-een-kapwoningen aan de noordzijde van deelplan 5 worden 19 parkeerplaatsen gerealiseerd, wat overeenkomt met een berekeningsaantal van 15,9 parkeerplaatsen. De navolgende afbeelding geeft de parkeerplaatsen in deelplan 5 weer.
 
Parkeerplaatsen deelplan 5 (bron: Enzo architectuur & interieur)
 
Duurzaamheid
 
Regionaal beleid
Binnen de regio Holland Rijnland hebben gemeenten hun ambities en doelstellingen rondom klimaat en energie uitgesproken en verwoord in het Regionaal Energieakkoord 2017. De regionale ambitie is om in 2050 een energieneutrale regio te zijn en daarmee bij te dragen aan de nationale en internationale doelstellingen op het gebied van klimaat en energie. Alle huidige en toekomstige ontwikkelingen zullen daar aan bij moeten dragen. Immers, wat nu al voldoet hoeft niet meer aangepast te worden voor 2050. Het advies is om toekomstige ontwikkelingen energieneutraal te realiseren. Dit gaat verder dan de toekomstige wettelijke wijziging van nieuwbouw. Het voorgenomen plan levert een bijdrage aan de gestelde duurzaamheidsdoelstellingen. Bij de verdere uitwerking van het plan zal aandacht aan duurzaamheid en energie besteed worden.
 
Gemeentelijk beleid
Zoals uit toelichting paragraaf 3.2 blijkt leveren de woningen een bijdrage aan de ambities van de gemeente Hillegom om in 2030 energieneutraal te zijn. De beoogde woningen worden gasloos en met zonnepanelen uitgevoerd. Daarnaast is met de inrichting van de openbare ruimte gedacht aan klimaatadaptatie, namelijk de realisatie van voldoende water en openbaar groen.
 
5 Uitvoerbaarheid
5.1 Economische uitvoerbaarheid
De plankosten zijn voor rekening van de initiatiefnemer. De gemeente Hillegom en de initiatiefnemer hebben een anterieure overeenkomst gesloten waaruit volgt dat de plankosten en het risico op planschade voor rekening van de initiatiefnemer zijn. Hiermee is de economische uitvoerbaarheid zeker gesteld.
5.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
Voor de aanvraag en verlening van een omgevingsvergunning met ruimtelijke onderbouwing stelt artikel 3.10 van de Wabo dat de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing is. Voor de uitgebreide procedure geldt afdeling 3.4 van de Awb. Dit houdt in dat het ontwerpbesluit conform afdeling 3.4 Awb gedurende 6 weken ter inzage gelegd wordt. Hierbij is er de mogelijkheid van zienswijzen voor een ieder (art. 3.12 lid 5 Wabo). Alleen belanghebbenden kunnen in beroep gaan. De Wabo voegt hier aan toe dat het ontwerpbesluit en/of het definitieve besluit op grond van de Wabo of het Besluit omgevingsrecht in bepaalde specifieke gevallen aan specifiek personen of instanties wordt gestuurd.
   
5.2.1 Inspraak
Voorliggend plan voorziet in een wijziging van het eerder tot stand gekomen bestemmingsplan 'Hillegom, Ringvaartterrein'. Gezien de beperkte impact van de voorgenomen wijziging is het plan niet voor inspraak ter visie gelegd. Wel zijn bewoners en omwonenden van de Ringoevers uitgenodigd voor een inloopavond op 24 juni 2019 om de plannen voor deelplan 5 te bekijken. Hiervoor was veel belangstelling.
 
5.2.2 Overleg
Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient overleg te worden gevoerd als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro. Op basis van het eerste lid van dit artikel wordt overleg gevoerd met waterschappen en met die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. Voor wat kleinere plannen kan afgezien worden van dit overleg.