direct naar inhoud van 5.1 Water
Plan: Wijzigingsplan Hoofdstraat27-29
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0532.UWPhoofdstr27en29-VG01

5.1 Water

5.1.1 Algemeen

Met ingang van 22 december 2009 is het Waterbeheerplan 2010-2015 'Van veilige dijken tot schoon water' bepalend voor het waterbeleid binnen het beheersgebied van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Dit plan beschrijft het waterbeheer en vormt de basis voor de watertaken die het hoogheemraadschap heeft: waterkeringen, waterkwantiteit, waterkwaliteit en waterketen.

Daarnaast beschikt het Hoogheemraadschap over een verordening: de Keur 2009. Hierin staan de geboden en verboden die betrekking hebben op watergangen en waterkeringen. Voor het uitvoeren van werkzaamheden kan een vergunning nodig zijn. De werkzaamheden in of nabij de watergangen en waterkeringen worden getoetst aan de beleidsregels.

5.1.2 situatie plangebied

Het plangebied is gelegen in de polder het Grootslag, in peilgebied 6700-1, met een vast streefpeil van NAP –2,40. Het gebied watert af middels een stelsel van poldersloten (hoofdwaterlopen) naar het gemaal Grootslag. Daar wordt het water via dit gemaal op het IJsselmeer uitgeslagen.

Ter plaatse van de ontwikkeling is geen water aanwezig. De ontwikkelingslocatie bestaat uit onverhard terrein, tot voor kort was de locatie gedeeltelijk bebouwd en verhard.

5.1.3 Wateradvies

In het kader van het wijzigingsplan is een advies aangevraagd in het kader van de watertoets bij het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Op basis van de plangegevens is door het hoogheemraadschap bepaald dat het plan een beperkte invloed heeft op de waterhuishouding. Hierdoor kan de korte procedure worden gevolgd voor de watertoets. Dit betekent dat de beperkte invloed van het plan op de waterhuishouding kan worden opgevangen met standaard maatregelen.

In het wateradvies staan de maatregelen die het hoogheemraadschap adviseert om wateroverlast te voorkomen en het water in de sloten schoon te houden. Op basis van de door de initiatiefnemer ingevoerde gegevens heeft het hoogheemraadschap een aantal opmerkingen. Daarnaast is er een aantal aspecten die wij graag in de uitwerking van het plan verwerkt willen zien.

Verharding en compenserende maatregelen

Uit de plangegevens blijkt dat er geen/slechts in zeer beperkte mate sprake is van een toename van de verharding. Omdat dit een dermate klein gevolg heeft voor de waterhuishoudkundige situatie hoeven er geen compenserende maatregelen uitgevoerd te worden.

Waterkwaliteit en riolering

In relatie tot het watersysteem is het in het plangebied aanwezige rioleringsstelsel van belang. Het hoogheemraadschap hanteert als uitgangspunt bij nieuwe ontwikkelingen dat hemelwater van verharde oppervlakken voor 100% wordt gescheiden van het afvalwater. Voorwaarde is wel dat het hemelwater als schoon kan worden beschouwd. Bij voorkeur wordt afstromend hemelwater van verharde oppervlakken eerst voorgezuiverd door een berm, wadi of bodempassage.

Binnen het plan geen sprake is van activiteiten die als gevolg kunnen hebben dat vervuild hemelwater naar het oppervlaktewater afstroomt. Het hemelwater kan dus als schoon worden beschouwd. Het is daarom niet doelmatig om het af te voeren naar de rioolwaterzuiveringsinrichting (rwzi). Het Hoogheemraadschap adviseert voor de nieuwe ontwikkeling om een gescheiden stelsel aan te leggen. Verder adviseert het hoogheemraadschap om met het oog op de waterkwaliteit het gebruik van uitloogbare materialen zoals koper, lood en zink zoveel mogelijk te voorkomen.

5.1.4 Conclusie

In het plangebied hoeven geen compenserende maatregelen aangebracht te worden. Binnen het plangebied zal een gescheiden riolering worden aangelegd, waarbij het hemelwater wordt afgekoppeld van de riolering. In de bouwplannen zal het gebruik van uitloogbare materialen zoveel mogelijk beperkt worden. Daarmee wordt beantwoord aan het wateradvies van het HHNK. Uit oogpunt van waterhuishouding is de beoogde ontwikkeling uitvoerbaar.