direct naar inhoud van Artikel 6 Gasleiding
vastgesteld
NL.IMRO.0532.BVStedeBroecnoord-VA01

Artikel 6 Gasleiding

Ter plaatse van het besluitsubvlak 'Gasleiding' gelden de volgende regels.

6.1 Bouwregels
  • a. Er mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd.
  • b. In afwijking van het bepaalde in a mogen bouwwerken met bijbehorende voorzieningen worden opgericht conform het bepaalde in artikel 4, met dien verstande dat:
    • 1. het bepaalde in het desbetreffende artikel van toepassing is;
    • 2. het oprichten van bouwwerken slechts is toegestaan indien de belangen van de leidingbeheerder zich hiertegen niet verzetten en vooraf advies is ingewonnen bij de betrokken beheerder.
6.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en van werkzaamheden
6.2.1 Vergunningplicht

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het oprichten van enig bouwwerk;
  • b. het aanbrengen van hoogopgaand en/of diepwortelende beplanting, waaronder bijvoorbeeld rietbeplanting;
  • c. het wijzigen van het maaiveld door ontgronding of ophoging;
  • d. het verrichten van grondroeractiviteiten (b.v. het aanbrengen van riolering, kabels, leidingen en drainage) anders dan normaal spitten ploegwerk;
  • e. het aanbrengen van gesloten oppervlakteverhardingen;
  • f. het indrijven van voorwerpen;
  • g. het permanent opslaan van goederen, waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen;
  • h. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen;
  • i. het plaatsen van onroerende objecten zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair.
6.2.2 Uitzondering

Het verbod van lid 6.2.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. normaal onderhoud en normaal beheer betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
6.2.3 Toetsingscriteria

De werken en/of werkzaamheden als bedoeld in lid 6.2.1 zijn slechts toelaatbaar

indien en voor zover dit niet strijdig is met de belangen van de leiding.

6.2.4 Voorwaarden

Alvorens het verlenen van een omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de betrokken leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden het leidingenbelang niet onevenredig wordt geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.