direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0531.bp03Centrum-3001

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein";
  • b. ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf" tevens voor een autowerkplaats alsmede een verkooppunt voor auto's;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg": tevens een verkooppunt voor motorbrandstoffen, met uitzondering van lpg, met daarbij behorende detailhandel en een autowasstraat;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg": tevens een verkooppunt voor motorbrandstoffen, inclusief lpg, met daarbij behorende detailhandel en een autowasstraat;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "nutsvoorziening" in ieder geval een nutsvoorziening;
  • f. ter plaatse van de aanduiding "wonen" tevens een woning.
  • g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.

4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mag worden gebouwd;
  • b. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven bouwhoogte;
  • d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven goothoogte;
  • e. indien gebouwen op een bouwperceel niet aaneen worden gebouwd, geldt een onderlinge afstand van ten minste 3 m;
  • f. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste:
    • 1. 1 m voor de (verlengde) voorgevel;
    • 2. 2 m achter de (verlengde) voorgevel;
    • 3. 3 m ter plaatse van de aanduiding "nutsvoorziening".
  • g. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 10 m.

4.3 Afwijken van de bouwregels
4.3.1 Afwijken situering bedrijf

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van lid 4.2:

  • a. voor het oprichten van andere bouwwerken met een maximale bouwhoogte van 15  m, indien zulks voor doelmatige bedrijfsuitoefening noodzakelijk is;
  • b. voor de bouw van bijgebouwen buiten een aangegeven bouwvlak, waarbij:
    • 1. de gezamenlijke grondoppervlakte ten hoogste 100 m2 mag bedragen;
    • 2. de bouwhoogte ten hoogste 6 m mag bedragen.

4.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • b. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • c. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • d. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.
  • e. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 m is op onbebouwde gronden niet toegestaan;
  • f. per bedrijf is kantoorvloeroppervlakte die meer bedraagt dan 50% van de brutovloeroppervlakte niet toegestaan;
  • g. ter plaatse van de aanduiding "verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg" bedraagt de verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van detailhandel ten hoogste 40 m².

4.5 Afwijken van de gebruiksregels

Afwijken van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van lid 4.1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit ten hoogste twee categorieën hoger dan in lid 4.1 onder a, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1genoemd;
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein" zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd.

4.6 Wijzigingsbevoegdheid

Wijziging ten behoeve van consumentenvuurwerk

Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de gronden met de bestemming Bedrijfzodanig wijzigen dat de opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is toegestaan. De afstand tussen een vuurwerkopslagplaats en (geprojecteerde) kwetsbare objecten, zoals in het Vuurwerkbesluit bedoeld, bedraagt ten minste de veiligheidsafstand die in het Vuurwerkbesluit is voorgeschreven.