direct naar inhoud van Hoofdstuk 8 Nota van beantwoording wettelijk vooroverleg
Plan: Ravense Hoek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0530.BPRavenseHoek2012-vg01

Hoofdstuk 8 Nota van beantwoording wettelijk vooroverleg

In het kader van het vooroverleg artikel 3.1.1, lid 1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het voorontwerpbestemmingsplan "Ravense Hoek" toegezonden aan:

  • 1. Waterschap Hollandse Delta
  • 2. Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
  • 3. BOOR
  • 4. Rijkswaterstaat Zuid-Holland
  • 5. Provincie Zuid-Holland
  • 6. N.V. Nederlandse Gasunie
  • 7. Stichting Natuurmonumenten

Door de partijen vermeld onder nummer 1 tot en met 3 en 5 (vetgedrukt) is schriftelijk gereageerd. Daarvan hadden partijen 3 en 5 geen inhoudelijke opmerking. Van de overige partijen is geen reactie ontvangen.

  • 1. Waterschap Hollandse Delta t.a.v. M.Brouwer Postbus 4103 2980 GC Ridderkerk

Samenvatting

Toelichting

Gesteld wordt dat in de toelichting enkel wordt gewezen op gebruiksbeperkingen binnen de begrenzing van de waterkering. Het verzoek aan de gemeente is om aan te geven dat handelingen aan, op- of binnen de begrenzing van de waterkeringen en watersystemen binnen de reikwijdte van de keur vallen en daardoor vergunningplichtig zijn.

Plankaart

Gesteld wordt dat de begrenzing van de secundaire waterkering langs het kanaal door Voorne niet correct is weergegeven.

Commentaar

Toelichting

In hoofdstuk 4, paragraaf 4.7 zal worden opgenomen dat handelingen aan, op- of binnen de begrenzing van de waterkeringen en watersystemen binnen de reikwijdte van de keur vallen en daardoor vergunningplichtig zijn.

Plankaart

De begrenzing van de waterkering zal worden aangepast conform de door het Waterschap beschikbaar gestelde gegevens.

Conclusie

Zowel de toelichting als de verbeelding worden aangepast.

  • 2. Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond t.a.v. P.van Veen Postbus 9154 3007 AD Rotterdam

Samenvatting

Toelichting

  • 1. Het advies aan de gemeente is om een herberekening uit te (laten) voeren op basis van recente vervoersgegevens en rekensystematiek (RBMll) voor de bepaling van de PR 10-6 contour en groepsrisico.
  • 2. Daarnaast adviseert de VRR de externe veiligheidsparagraaf zodanig aan te passen dat de tekst van het betreffende bestemmingsplan overeenkomt met de uitgangspunten zoals opgenomen in het document 'Visie Externe Veiligheid 2008-2017'.
  • 3. Geadviseert wordt om binnen 230 meter van de Nieuweweg (nood)uitgang(en) zodanig te situeren dat aanwezige personen veilig in tegengestelde richting van de risicobron kunnen vluchten, waardoor de zelfredzaamheid van de aanwezigen wordt verbeterd en slachtoffers kunnen worden voorkomen. Daarbij is het van belang dat alle (nood) uitgang(en) in voldoende mate aansluiten op de bestaande infrastructuur binnen en buiten het plangebied.

Commentaar

  • 1. Aan de hand van de vuistregels uit de PGS-3 richtlijn is een actuele inschatting van de externe veiligheidsrisico's uitgevoerd door DCMR Milieudienst Rijnmond. Het advies van DCMR is opgenomen in de bijlagen bij het bestemmingsplan. Uit dit advies blijkt dat er geen PR 10-6 contour is voor de Nieuweweg. Er blijkt geen sprake te zijn van het overschrijden van het groepsrisicocriterium. De bevolkingsdichtheid van circa 25 personen per hectare, in combinatie tot het aantal transporten met LPG en de andere transporten met gevaarlijke stoffen, leiden er niet toe dat het groepsrisicocriterium zal worden overschreden.
  • 2. De paragraaf externe veiligheid zal worden aangepast conform de uitgangspunten zoals opgenomen in het document 'Visie Externe Veiligheid 2008-2017'.
  • 3. Dit advies is verwerkt in de verantwoording van het groepsrisico die is opgenomen in de paragraaf externe veiligheid.

Conclusie

De toelichting wordt op onderdeel 1 en 3 niet aangepast. Op onderdeel 2 wordt de toelichting wel aangepast.