direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0346ZSvBedrijf-50VA

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding voor het bestemmingsplan

In veel Haagse bestemmingsplannen en beheersverordeningen zijn in de bijlage bij de planregels een Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging en een Staat van bedrijfsactiviteiten op bedrijventerreinen opgenomen. In combinatie met de planregels kan op basis van deze staten bepaald worden of een bepaald type bedrijf is toegestaan. In een aantal bestemmingsplannen en beheersverordeningen zijn in de Staat van bedrijfactiviteiten ook onder meer supermarkten, scholen en bioscopen opgenomen. Naar het oordeel van de gemeente zijn dit geen bedrijven en zijn supermarkten, scholen en bioscopen binnen een bedrijfsbestemming daarom niet toegestaan. In het kader van een aantal aanvragen om omgevingsvergunning is gebleken dat deze systematiek voor verwarring kan zorgen. Om deze verwarring te voorkomen, is deze Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten opgesteld.

1.2 Doel van het bestemmingsplan

Doel van het bestemmingsplan Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten is het voorkomen van verwarring binnen een bedrijfsfunctie of ook niet-bedrijfsfuncties die wel in de Staat van bedrijfsactiviteiten zijn opgenomen, al dan niet zijn toegestaan. Daarom wordt met deze parapluherziening de Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging en op bedrijventerreinen vervangen door twee versies waarin geen 'niet-bedrijfsfuncties' zoals supermarkten, scholen en bioscopen zijn opgenomen.

1.3 Begrenzing van het plangebied

Het bestemmingsplan Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten vervangt de Staat van bedrijfsactiviteiten van 40 bestemmingsplannen en beheersverordeningen (zie paragraaf 1.4). De begrenzing van al deze plannen tezamen vormt het plangebied.

1.4 Geldende planologische regelingen

Het bestemmingsplan Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten vervangt gedeeltelijk de bestemmingsplannen en beheersverordeningen die zijn opgenomen in bijlage 1 en 2 bij de regels. In dit overzicht is ook aangegeven welke bijlagen met onderhavige parapluherziening worden vervangen. Onder de vigerende bestemmingsplannen vallen ook alle bestemmingsplannen die al wel in werking zijn getreden maar nog niet onherroepelijk zijn doordat er nog een beroepsprocedure bij de Raad van State loopt.

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

2.1 Algemeen

2.1.1 Het digitale bestemmingsplan

Een belangrijk onderdeel van Wet ruimtelijke ordening (Wro) vormt de digitaliseringsverplichting. De Wro bepaalt dat een bestemmingsplan digitaal raadpleegbaar en uitwisselbaar moet zijn. Dit heeft onder meer geleid tot de introductie van twee nieuwe begrippen: 'digitale verbeelding' en de 'analoge verbeelding'.

Het bestemmingsplan bestaat uit een digitale verbeelding (plankaart), regels en een toelichting en is digitaal raadpleegbaar. De eerste twee onderdelen zijn juridisch bindend, de toelichting is juridisch niet bindend maar helpt bij de interpretatie van de kaart en de regels.

De analoge verbeelding wordt, gelet op de aard en omvang van het plangebied, afgedrukt op een topografische ondergrond met een schaal van 1:15000.

De 'digitale verbeelding' is een interactieve raadpleegomgeving via het internet (www.ruimtelijkeplannen.nl) die de gehele inhoud van het bestemmingsplan ontsluit overeenkomstig de SVBP2012: Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012 'van de Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2012. Door een muisklik op een bepaalde plek verschijnen de bijbehorende regels voor die plek in beeld. Onder de term digitale verbeelding wordt dan ook niet alleen het ruimtelijk beeld, maar ook de daarbij behorende juridische informatie (regels) verstaan. Indien de digitale en de analoge verbeelding tot interpretatieverschillen leiden, is de digitale verbeelding beslissend.

Onder analoge verbeelding wordt verstaan: alle te verbeelden informatie van een ruimtelijk plan op papier. De term analoge verbeelding is dus een synoniem voor de tot nu toe altijd gebruikte term plankaart.

2.2 Parapluherziening

Het bestemmingsplan Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten is een paraplubestemmingsplan waarmee in 40 bestemmingsplannen en beheersverordeningen de Staat van bedrijfsactiviteiten wordt vervangen. Daarmee geldt in alle digitaal vastgestelde bestemmingsplannen en beheersverordeningen in Den Haag dezelfde Staat van bedrijfsactiviteiten. In bijlage 1 en 2 bij de regels is opgenomen op welke bestemmingsplannen en beheersverordeningen deze parapluherziening betrekking heeft.

2.3 Toelichting op de regels

De regels zijn als volgt ingedeeld:

  • 1. Inleidende regels. De inleidende regels (artikel 1 en 2) lichten de begrippen toe die in de regels voorkomen en geeft aan op welke bestemmingsplannen en beheersverordeningen onderhavige parapluherziening van toepassing is.
  • 2. Algemene regels. In de algemene regels (artikel 3 en 4 zijn de anti-dubbeltelregel en regel over de te vervangen bijlagen opgenomen. Deze regels worden in paragraaf 2.3.2 verder toegelicht.
  • 3. Overgangs- en slotregels. Het overgangsrecht is opgenomen in artikel 5 de slotregel in artikel 6.
2.3.1 Inleidende regels

In artikel 1 worden belangrijke begrippen die in het plan veel voorkomen, nader gedefinieerd. Het definiƫren van begrippen vergroot de duidelijkheid en de rechtszekerheid. In artikel 2 is aangegeven op welke bestemmingsplannen en beheersverordeningen onderhavige parapluherziening van toepassing is.

2.3.2 Algemene Regels

Artikel 3 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 4 Vervanging bijlage

In artikel 4 is aangegeven welke bijlagen van de bestemmingsplannen en beheersverordeningen waarop onderhavige parapluherziening van toepassing is, komen te vervallen op het moment van de inwerkingtreding van dit paraplubestemmingsplan. Deze bijlagen worden per gelijke datum vervangen door de Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging dan wel de Staat van bedrijfsactiviteiten op bedrijventerreinen die in bijlage 3 resp. 4 bij onderhavig bestemmingsplan is opgenomen.

2.3.3 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

De overgangsregels hebben als doel tijdens de overgang naar een nieuw bestemmingsplan de rechtstoestand vast te leggen van bouwwerken die op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan zijn gebouwd of nog gebouwd kunnen worden - dat wil zeggen waarvoor een omgevingsvergunning voor bouwen is verleend of nog te verlenen is - en die afwijken van de bouwregels in dit plan. Het tweede lid van dit artikel heeft betrekking op het gebruik van gronden en bouwwerken, voor zover dit gebruik op het tijdstip van rechtskracht verkrijgen van dit bestemmingsplan afwijkt van dit plan.

Artikel 6 Slotregel

Dit artikel geeft aan onder welke naam de regels van het bestemmingsplan moeten worden aangehaald: 'Regels bestemmingsplan Parapluherziening Staat van Bedrijfsactiviteiten'

Hoofdstuk 3 Economische uitvoerbaarheid

Onderhavige parapluherziening is opgesteld om onduidelijkheid bij toetsing aan de Staat van bedrijfsactiviteiten te voorkomen. De parapluherziening maakt op zichzelf geen ontwikkelingen mogelijk. Dit plan wordt daarmee uitvoerbaar geacht. Met onderhavige parapluherziening wordt geen bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening mogelijk gemaakt. Daarom behoeft geen exploitatieplan te worden vastgesteld.

Hoofdstuk 4 Overleg en inspraak

4.1 Artikel 3.1.1 Bro-overleg

Op basis van artikel 3.1.1, eerste lid, van het Bro dienen gemeenten vooroverleg te voeren over in voorbereiding zijnde bestemmingsplannen. Volgens de nota van toelichting bij artikel 3.1.1. van het Bro (blz. 54; Stb. 2008, 145) is aangegeven dat het overleg beperkt dient te blijven tot die overheidsinstanties waarmee overleg werkelijk noodzakelijk is om te voorkomen dat de taak of verantwoordelijkheid van het andere overheidsorgaan ontoelaatbaar wordt beperkt, of dat het door dat orgaan te behartigen belang aantoonbaar wordt geschaad. Indien het gaat om een bestemmingsplanherziening van geringe omvang dan wel van in planologisch opzicht ondergeschikt belang, waarbij niet of in geringe mate herschikking van betrokken belangen aan de orde is, zou kunnen worden volstaan met een simpel overleg of zal wellicht zelfs geen overleg behoeven plaats te vinden, aldus de nota van toelichting.

Gelet op de zeer beperkte wijziging die onderhavig bestemmingsplan mogelijk maakt en het feit dat geen overheidsorganen in hun belangen worden geschaad, is voor onerhavig bestemmingsplan geen vooroverleg gevoerd.