direct naar inhoud van Artikel 9 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Goedereede, Verplaatsingsgebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0511.1251345000-BP40

Artikel 9 Recreatie - Verblijfsrecreatie

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Recreatie - Verblijfsrecreatie" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding "centrum": centrumvoorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding "kampeerterrein": een kampeerterrein met ten hoogste het aantal standplaatsen voor caravans dat met de maatvoeringaanduiding is aangegeven;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie-1": een kampeerterrein met in totaal ten hoogste 440 standplaatsen voor toeristische kampeermiddelen, trekkershutten en bijzondere recreatieverblijven;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie-2": groepsaccommodatie en een hotel;
  • e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, water en waterberging.

9.2 Algemene bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

9.2.1 Gebouwen
  • a. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven goothoogte;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven bouwhoogte;
  • d. de bouw van dakopbouwen is niet toegestaan;
  • e. de goothoogte van hoofdgebouwen mag worden overschreden door dakkapellen, indien:
    • 1. de afstand tot de nok en de zijkanten van het dakvlak ten minste 0,5 m bedraagt;
    • 2. de bouwhoogte van de dakkapel, gemeten vanaf de voet van de dakkapel, ten hoogste 1,5 m bedraagt;
    • 3. de breedte van dakkapellen aan de voor- of zijkant van het hoofdgebouw ten hoogste 50% van het dakvlak bedraagt;
    • 4. de breedte van dakkapellen aan de achterkant van het hoofdgebouw ten hoogste 70% van het dakvlak bedraagt;
  • f. binnen een afstand van 5 m uit de bestemmingsgrens van de bestemming "Natuur - Schurvelingen" mag niet worden gebouwd;
  • g. bedrijfswoningen zijn toegestaan met inachtneming van de volgende regels:
    • 1. per recreatiebedrijf met 100 tot 500 toeristische standplaatsen: 1 woning;
    • 2. per recreatiebedrijf met 500 of meer toeristische standplaatsen: 2 woningen;
    • 3. per recreatiebedrijf met ten minste 140 stacaravans, trekkershutten en permanente standplaatsen: 1 woning;
    • 4. voor recreatiebedrijven met zowel toeristische standplaatsen als permanente standplaatsen geldt als omrekeningsfactor dat 1 permanente standplaats telt voor 0,7 toeristische standplaats;
  • h. de inhoud van een bedrijfswoning bedraagt ten hoogste 750 m³;
  • i. het oppervlak van bij de bedrijfswoning behorende bijgebouwen bedraagt ten hoogste 75 m²;
  • j. het gezamenlijk oppervlak van gebouwen ten behoeve van centrale sanitaire voorzieningen bedraagt ten hoogste 500 m².

9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van speelvoorzieningen bedraagt ten hoogste 5 m;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 6 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling, de verkeers- of wegaanduiding bedraagt niet meer dan 5 m.

9.3 Specifieke bouwregels
9.3.1 Bouwregels voor centrum
  • a. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste het met de maatvoeringsaanduiding aangegeven bebouwingsoppervlak;
  • b. het bedrijfsvloeroppervlak van een horecavoorziening bedraagt ten hoogste 275 m².

9.3.2 Bouwregels voor kampeerterrein
  • a. de grondoppervlakte van een stacaravan bedraagt ten hoogste 70 m²;
  • b. de bouwhoogte van een stacaravan bedraagt ten hoogste 4 m;
  • c. per standplaats is één bergplaats of overkapping met een oppervlak van ten hoogste 10,5 m² en een goothoogte van ten hoogste 2,5 m toegestaan;
  • d. in afwijking van het bepaalde in lid 9.2.1 sub f is per standplaats een vrijstaand gebouw ten behoeve van sanitaire voorzieningen toegestaan met een oppervlakte van ten hoogste 5 m²;
  • e. de afstand tussen stacaravans bedraagt ten minste 5 m;
  • f. in afwijking van het bepaalde in lid 9.2.2 bedraagt de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, op standplaatsen ten hoogste 3 m.

9.3.3 Bouwregels voor specifieke vorm van recreatie-1
  • a. in afwijking van het bepaalde onder 9.2.1 sub f is per standplaats, trekkershut of bijzonder recreatieverblijf een vrijstaand gebouw ten behoeve van sanitaire voorzieningen toegestaan met een maximaal oppervlak van 5 m²;
  • b. de grondoppervlakte van een trekkershut bedraagt ten hoogste 35 m²;
  • c. de bouwhoogte van een trekkershut bedraagt ten hoogste 3,5 m;
  • d. de grondoppervlakte van een bijzonder recreatieverblijf bedraagt ten hoogste 35 m²;
  • e. de bouwhoogte van een bijzonder recreatieverblijf bedraagt ten hoogste 3,5 m, met dien verstande dat voor ten hoogste 15 bijzondere recreatieverblijven de bouwhoogte ten hoogste 5 m bedraagt;
  • f. de afstand tussen trekkershutten, tussen trekkershutten en bijzondere recreatieverblijven en tussen bijzondere recreatieverblijven bedraagt ten minste 5 m;
  • g. in afwijking van het bepaalde in lid 9.2.1 onder f bedraagt de afstand van trekkershutten en bijzondere recreatieverblijven tot de gronden met de bestemming "Natuur - Schurvelingen" ten minste 3 m.

9.3.4 Bouwregels voor specifieke vorm van recreatie-2
  • a. de totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste de met de maatvoeringaanduiding aangegeven bebouwingsoppervlak;
  • b. het grondoppervlak per gebouw voor groepsaccommodatie of hotel bedraagt ten hoogste 500 m².

9.4 Specifieke gebruiksregel

Met betrekking tot het gebruik geldt de volgende regel:

  • de afstand van kampeermiddelen tot de gronden met de bestemming "Natuur – Schurvelingen" bedraagt ten minste 3 m.