Herzskatepark
Status: | vastgesteld |
Idn: | NL.IMRO.0505.BP186Herzskatepark-3201 |
Toelichting 2e herziening Schil, locatie skatepark Wilgenbos
Gemeente Dordrecht
fase: vastgesteld
datum: november 2014
Toelichting
Inhoudsopgave
1.2 Ligging en begrenzing plangebied
HOOFDSTUK 5 Juridische planbeschrijving
HOOFDSTUK 6 Economische uitvoerbaarheid
HOOFDSTUK 7 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
HOOFDSTUK 1 Inleiding
1.1 Aanleiding en doel
Tussen en onder de bruggen van Dordrecht naar Zwijndrecht is al sinds 2001 een skatepark aanwezig. Er zijn plannen ontwikkeld om de bestaande inrichting van het skatepark te upgraden. Voor de uitvoering daarvan is een omgevingsvergunning nodig.
In het geldende bestemmingsplan 'Schil' is het bestaande skatepark niet genoemd in de daar opgenomen bestemmingen 'Verkeer' en 'Verkeer - Railverkeer'. Daardoor is de huidige skatebaan formeel in strijd en valt deze onder het overgangsrecht. Op basis van de daarvoor geldende regels kan nu geen omgevingsvergunning worden verleend.
Om de omissie op te heffen is deze '2e herziening bestemmingsplan Schil, locatie skatepark Wilgenbos' opgesteld. Via deze bestemmingsplan-herziening wordt het huidige skatepark positief bestemd en kan de upgrading worden uitgevoerd.
1.2 Ligging en begrenzing plangebied
Het plangebied ligt in de Schil aan de Wilgenbos tussen en onder de bruggen van Dordrecht naar Zwijndrecht.
1.3 Vigerend bestemmingsplan
Voor het plangebied geldt het bestemmingsplan Schil. De gemeenteraad stelde dit plan vast op 27 maart 2012. De betreffende locatie heeft deels de bestemming 'Verkeer' en deels de bestemming 'Verkeer - Railverkeer'.
1.4 Leeswijzer
In hoofdstuk 1 zijn enkele algemene, in ieder bestemmingsplan voorkomende, onderdelen beschreven. In hoofdstuk 2 wordt de bestaande- en nieuwe situatie van het plangebied beschreven. In hoofdstuk 3 komt het beleid van rijk, provincie en gemeente aan de orde. Bij de beschrijving van de omgevingsaspecten in hoofdstuk 4 wordt aandacht besteed aan onder meer archeologie, flora en fauna, water en geluid.
In hoofdstuk 5 is een juridische planbeschrijving opgenomen.
De hoofdstukken 6 en 7 gaan achtereenvolgens in op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.
HOOFDSTUK 2 Planbeschrijving
2.1 Bestaande situatie
In 2001 is aan de Wilgenbos tussen en onder de bruggen van Dordrecht naar Zwijndrecht een skatepark aangelegd. De gronden zijn eigendom van Prorail. Voorafgaand hieraan waren er reeds vanaf 1996 skatevoorzieningen op het toenmalige Van der Weesterrein, iets noordelijker dan de huidige locatie. Toen dat terrein werd ontwikkeld is in 2001 een nieuwe locatie gevonden tussen en onder genoedme bruggen.
Het skatepark is een openbare voorziening waarvan een ieder gebruik kan maken. De locatie is goed bereikbaar voor gebruikers.
De inrichting kent toestellen die inmiddels verouderd zijn.
Het skatepark ligt tussen de toegang/uitgang van een parkeergarage voor het naastliggende kantoorgebouw en het trottoir naast de Wilgenbos. Ten zuiden van het skatepark liggen 5 woningen.
ligging skatepark
2.2 Nieuwe situatie
Het skatepark wijzigt niet van locatie en evenmin van omvang. Er worden slechts nieuwe toestellen geplaatst.
Er blijft sprake van een openbaar toegankelijke voorziening.
De toegang tot de parkeergarage en de andere begrenzingen wijzigen eveneens niet.
HOOFDSTUK 3 Beleidskader
3.1 Algemeen
Er is sprake van een zuivere gemeentelijk voorziening op een locatie in stedelijk gebied.
Vanuit zowel rijk, als provincie zijn hiervoor geen specifieke regels gesteld. In algemene zin kan voor het beleid van deze overheden met betrekking tot stedelijk gebied worden verwezen naar de daarover opgenomen teksten in het bestemmingsplan 'Schil'.
3.2 Gemeentelijk beleid
3.2.1 Structuurvisie 2040
De Schil wordt in de structuurvisie getypeerd als levendig centrum. Tot dit milieu behoren de binnenstad, de Schil, Stadswerven, Leerpark en het Gezondheidspark. Het levendig stedelijk centrummilieu bevat de plekken in de stad met hoge dichtheden en een hoge mate van functiemenging, waar meerdere verkeersstromen en sprake is van een goede bereikbaarheid. In deze gebieden is sprake van een sterke menging en veel combinaties van functies als wonen, kantoren en allerlei commerciële en maatschappelijke voorzieningen. De gebruiksintensiteit is hoog.
HOOFDSTUK 4 Omgevingsaspecten
Bij het opstellen van een bestemmingsplan wordt (ook) aandacht besteed aan de omgevingsapsecten. Van onderdelen als archeologie en cultuurhistorie, bodemkwaliteit, duurzaamheid, externe veiligheid, natuur, geluid, groen, luchtkwaliteit, verkeer en vervoer, water, wordt de wet en regelgeving beschreven, wordt onderzocht wat die aspecten betekenen voor de specifieke locatie en wordt een conclusie getrokken.
Nu hier sprake is van een bestaande situatie, die qua locatie en omvang niet wijzigt, is afgezien van het op de gebruikelijke wijze beschrijven van genoemde onderdelen.
Wel is bezien of de nieuwe inrichting vanuit een oogpunt van archeologie tot problemen zou kunnen leiden, maar doordat speeltoestellen niet dieper dan 70 cm de grond in gaan, is dit onderdeel naar de mening van de geraadpleegde archeoloog niet aan de orde.
Er is geen sprake van een functie waarvoor onderzoek naar de bodemkwaliteit nodig is.
Doordat er geen sprake is van een gebouw met een verblijfsfunctie behoeven onderwerpen als geluid en luchtkwaliteit niet te worden getoetst.
Er is sprake van een geheel stenig gebied dat niet wijzigt. Toetsing aan natuur- en groen, alsmede een watertoets zijn daardoor overbodig.
Op het gebied van verkeer en vervoer kan worden opgemerkt dat de huidige situatie niet wijzigt en daardoor de parkeergarage bij het kantoor gebouw en ook de opgang/afrit tot de brug naar Zwijndrecht bereikbaar blijven; hetzelfde geldt voor het trottoir langs de Dokweg.
De algehele conclusie is dat het alsnog positief bestemmen van de bestaande situatie om vervolgens te kunnen komen tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een inrichting met andere speeltoestellen, niet leidt tot strijdigheid met andere beleidsvelden/doelstellingen.
HOOFDSTUK 5 Juridische planbeschrijving
5.1 Planmethodiek
Dit bestemmingsplan is opgezet volgens de in Dordrecht in het algemeen gebruikte methodiek.
Voor de opzet van de regels is aansluiting gezocht bij de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP2012).
5.2 Inleidende regels
In dit hoofdstuk van de regels is een aantal begrippen verklaard die gebruikt worden in de regels. Een en ander voorkomt dat bij de uitvoering van het plan onduidelijkheden ontstaan over de uitleg van bepaalde regelingen. Daarnaast is het artikel "wijze van meten" opgenomen waarin bepaald is hoe de voorgeschreven maatvoering in het plan gemeten moet worden.
5.3 Bestemmingen
In iedere bestemming is in de bestemmingsomschrijving aangegeven voor welke doeleinden de aangewezen gronden zijn bestemd. Per bestemming zijn bouwregels en eventueel afwijkingsbevoegdheden, nadere eisen en specifieke gebruiksregels opgenomen.
De bestemmingen zijn alfabetisch geordend.
Verkeer en Verkeer - Railverkeer
De in het bestemmingsplan aan de gronden toegekende bestemmingen 'Verkeer' en 'Verkeer - Railverkeer' blijven gehandhaafd. Er is slechts aan toegevoegd dat binnen de aangegeven aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - skatebaan' een skatepark is toegestaan. Die aanduiding ligt op de huidige locatie.
Er is toegevoegd dat daar bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegestaan ten behoeve van het skatepark met een bouwhoogte van maximaal 3 m.
Waarde - Archeologie - 2 (dubbelbestemming)
Vanwege de eerder in deze toelichting beschreven mogelijke archeologische waarden in het plangebied is een regeling opgenomen voor de bescherming van deze waarden bij het bouwen en het uitvoeren van werken en werkzaamheden.
Voor gronden met deze dubbelbestemmingen bestaat in principe de verplichting tot het doen van archeologisch vooronderzoek en de zorg voor archeologische waarden.
Het oprichten van bouwwerken is alleen mogelijk als uit onderzoek blijkt dat geen beschermenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn of deze in voldoende mate zijn zeker gesteld. Deze regeling is niet voor nieuwe bouwwerken op gronden met de bestemming Waarde - Archeologie - 2:
die niet dieper liggen dan 70 cm beneden maaiveld;
waarvan de fundering niet dieper ligt dan 70 cm beneden maaiveld;
waarvoor het palenplan onder de maximaal 5% (inclusief grondverdringing) van het te bebouwen oppervlak blijft.
Voor het uitvoeren van verschillende grondwerkzaamheden, zoals het leggen van nieuwe kabels en leidingen, vernieuwen van riolen of verlagen van het waterpeil is een vergunningenstelsel (omgevingsvergunning voor het aanleggen van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden) opgenomen. Pas met vergunning kunnen deze werken en werkzaamheden worden uitgevoerd. Deze vergunning is niet vereist voor onder meer het uitvoeren van:
normale onderhoudswerkzaamheden;
grondwerkzaamheden tot een diepte van 70 cm (dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 2);
grondwerkzaamheden tot een oppervlakte van 50 m²;
archeologisch onderzoek door een gekwalificeerd archeoloog.
5.4 Algemene regels
In dit hoofdstuk van de regels worden, in aanvulling op de bestemmingsregels, aanvullende regels gesteld.
Antidubbeltelregel;
Het artikel "Antidubbeltelregel" beoogt te voorkomen dat grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing blijft. Het opnemen van dit artikel is verplicht voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening.
Algemene bouwregels;
In dit artikel is een aantal aanvullende bouwregels opgenomen.
Algemene gebruiksregels;
Deze gebruiksregels geven aan wat in het plan in ieder geval onder verboden gebruik wordt verstaan.
Algemene afwijkingsregels;
In dit artikel is in aanvulling op de afwijkingsbevoegdheden uit de bestemmingsregelingen nog een aantal algemene afwijkingsmogelijkheden opgenomen voor onder meer bouwwerken van openbaar nut, de plaats en richting van bouwgrenzen en het plaatsen van uitingen van beeldende kunst.
5.5 Overgangs- en slotregels
In het overgangsrecht is een regeling opgenomen voor bebouwing en gebruik dat al bestond bij het ter inzage leggen van het ontwerp van het plan, maar dat strijdig is met het nieuwe bestemmingsplan. Onder bepaalde voorwaarden mag deze strijdige bebouwing en/of strijdig gebruik worden gehandhaafd, voortgezet of gewijzigd.
Deze regeling heeft voor dit bestemmingsplan geen betekenis. Op grond van het Besluit ruimtelijke ordening dient deze regeling wel te worden getroffen.
In de slotregel is de officiële naam van het plan opgenomen. Onder deze naam kan het bestemmingsplan worden aangehaald.
HOOFDSTUK 6 Economische uitvoerbaarheid
Op grond van de Wet ruimtelijke ordening (artikel 6.12) dient de gemeenteraad een exploitatieplan vast te stellen voor de gronden waar een aangewezen bouwplan is voorgenomen. In het Besluit ruimtelijke ordening staat wat wordt verstaan onder een aangewezen bouwplan.
De inrichting van het skatepark valt hier niet onder.
Het opstellen van een exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12 Wro is om deze reden achterwege gelaten.
HOOFDSTUK 7 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
7.1 Inspraak
Bij de opstelling van dit bestemmingsplan heeft overleg plaatsgevonden met de gebruikers van het naastliggende kantoor en de bewoners van de aanliggende woningen.
Gelet hierop en doordat er geen sprake is van een nieuwe ontwikkeling, is een afzonderlijke inspraakronde achterwege gelaten. Overeenkomstig de wettelijke bepalingen wordt voor een ieder de gelegenheid geboden om zienswijzen tegen het ontwerpbestemmingsplan in te dienen bij de gemeenteraad.
7.2 Overleg
Het in artikel 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening voorgeschreven overleg is gevoerd met:
Provincie Zuid-Holland
Rijkswaterstaat
Waterschap de Hollandse Delta
Veiligheidsregio
Het overleg met de provincie heeft op de gebruikelijke digitale wijze plaatsgevonden. Er zijn geen belangen van de provincie met dit plan gemoeid.
De overige overlegpartners hebben bericht te kunnen instemmen met het plan.