Plannaam:
Sterrenburg
Status:
Vastgesteld
Plantype:
gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Idn:
NL.IMRO.0505.BP181Sterrenburg-3001

Artikel 18 Waarde - Archeologie - 3

 

 

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde – Archeologie- 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar

voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud van en de bescherming van de ter

plaatse aanwezige archeologische waarden.

 

 

18.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

 

18.2.1 Algemeen

  1. bouwen ten behoeve van de in lid 18.1 bedoelde bestemming is niet toegestaan;

  2. de krachtens de andere daar voorkomende bestemmingen en de met omgevingsvergunning ingevolge de artikelen 23 toelaatbare bouwwerken zijn niet toegestaan.

 

18.2.2 Uitzonderingsregel

In afwijking van lid 18.2.1 onder b. mag worden gebouwd voor andere op deze gronden

geldende bestemming(en), mits:

  1. wordt gebouwd in overeenstemming met de bouwregels van de desbetreffende bestemming;

  2. de bouwwerken en de fundering niet dieper liggen dan 100 cm beneden het maaiveld;

  3. de gezamenlijke oppervlakte van de heipalenplan -inclusief grondverdringing- niet meer dan 5% van het te bebouwen oppervlak bedraagt.

 

18.3 Afwijken bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van lid 18.2.1 en

18.2.2 met inachtneming van de volgende regels:

  1. de archeologische waarden mogen niet onevenredig worden geschaad;

  2. een omgevingsvergunning als in dit lid bedoeld zal in ieder geval worden verleend indien aan één of meer van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

1. de aanvrager van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen heeft blijkens archeologisch onderzoek aangetoond dat op de betrokken bouwlocatie geen archeologische waarden aanwezig zijn;

2. de aanvrager van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen heeft een rapport overlegd waarin wordt aangetoond dat de archeologische waarden van het terrein in voldoende mate worden veilig gesteld;

3. de betrokken archeologische waarden worden door de bouwactiviteiten niet

geschaad of mogelijke schade wordt voorkomen door aan de omgevingsvergunning als in dit lid bedoeld regels te verbinden gericht op:

a. het treffen van maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem

kunnen worden behouden;

b. het doen van opgravingen;

c. begeleiding van de bouwactiviteiten door de archeologisch deskundige.

  1. voordat over het verlenen van de omgevingsvergunning als in dit lid bedoeld wordt beslist, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de archeologisch deskundige.

 

 

18.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden

 

18.4.1 Vergunning

Het is verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van

burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, voor zover geen

bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  1. het uitvoeren van grondwerkzaamheden, waaronder ook worden gerekend het woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, aanleggen van drainage en ontginnen, en aanleggen, vergraven of verruimen van sloten, vijvers en andere waterpartijen;

  2. het rooien van bomen waarbij de stobben worden verwijders;

  3. het verlagen van het waterpeil.

 

18.4.2 Uitzondering

Het verbod in lid 18.4.1 geldt niet voor:

  1. het uitvoeren van normale onderhoudswerkzaamheden;

  2. het uitvoeren van grondwerkzaamheden als bedoeld onder a. tot een diepte van minder dan 100 cm beneden het maaiveld en tot een oppervlakte van 50 m2;

  3. het vervangen van bestaande riolering en andere ondergrondse kabels en leidingen, indien de afmetingen en horizontale en verticale ligging van de leidingen niet veranderen;

  4. het verrichten van archelogisch onderzoek door een deskundige archeoloog;

  5. het verrichten van werken en werkzaamheden waarvoor met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.2.2 of 18.3 een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen is verleend.

 

18.4.3 Voorwaarden

Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 18.4.1 wordt alleen verleend indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de archeologische waarden van deze gronden niet onevenredig worden of kunnen worden

geschaad, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of

kunnen worden verkleind.

 

18.4.4 Advies

Voordat over het verlenen van de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 18.4.1 wordt beslist, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de archeologisch deskundige.