Plannaam:
Sterrenburg
Status:
Vastgesteld
Plantype:
gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Idn:
NL.IMRO.0505.BP181Sterrenburg-3001

Artikel 9 Maatschappelijk

 

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. maatschappelijke voorzieningen;

  2. bedrijf;

  3. bij de bestemming behorende voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen, parkeren, groen, water,

een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 9.4.

 

9.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

 

9.2.1 Bouwen algemeen

Toegestaan zijn hoofdgebouwen, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

 

9.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  1. bouwen is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';

  2. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste de in de verbeelding aangegeven hoogtemaat.

 

9.2.3 Bijbehorende bouwwerken

Voor bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m;

  2. het gezamenlijk oppervlak mag niet meer bedragen dan 50 % van de oppervlakte buiten de aanduiding 'bouwvlak' tot een maximum van 50 m2.

 

9.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  1. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste:

  • erfafscheidingen 2 m

  • lichtmasten 9 m

  • vlaggenmasten 9 m

  • antennemasten op/aan een gebouw (t.o.v. hoogte gebouw) 5 m

  • overige antennemasten 12 m

  • overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 4 m

 

 

9.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  1. lid 9.2.3 onder a. voor het toestaan van een bouwhoogte van maximaal 4 m;

  2. lid 9.2.3 onder b. voor het toestaan van een bebouwingspercentage van 75 indien de betreffende bebouwing nodig is voor het goed functioneren van de functie binnen de aanduiding 'bouwvlak' en er geen sprake is van onevenredige hinder voor de (woon)omgeving.

 

 

9.4 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

  1. een zorginstelling is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding (zoi)

  2. onderwijsvoorzieningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding (on);

  3. religieuze voorzieningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding (re);

  4. een bedrijf als bedoeld in categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding (b);

  5. het is toegestaan de maatschappelijke voorzieningen naast hun hoofdfunctie te gebruiken voor vergaderfaciliteiten voor derden.

 

9.5 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in

  1. lid 13.4 voor het toestaan van zorginstellingen, onderwijsvoorzieningen en religieuze voorzieningen op ander locaties dan ter plaatse van de aangegeven aanduidingen, indien daardoor de woon- en leefsituatie in de naaste omgeving niet op ontoelaatbare wijze negatief wordt beïnvloed.

 

9.6 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening:

  1. de gronden met de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied-2' dan wel 'wro-zone- wijzigingsgebied-3', bij het beëindigen van de de functie wijzigen in de bestemming 'Gemengd' als bedoeld in artikel 6 van deze regels met dien verstande dat:

1. bouwgrenzen en maximale bouwhoogten niet worden overschreden;

2. de woon- en leefsituatie in de naaste omgeving niet op ontoelaatbare wijze negatief wordt

beïnvloed.
3.
voldaan wordt aan de normen met betrekking tot externe veiligheid waarbij ook de mogelijke effecten en beheersbaarheid van een calamiteit wordt betrokken. Indien een voorziening wordt gerealiseerd binnen het invloedsgebied van een risicobron, zal de Veiligheidsregio om advies worden gevraagd.