direct naar inhoud van 4.2 Beleid en Onderzoek
Plan: Nieuwelaan 178
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0018-2001

4.2 Beleid en Onderzoek

4.2.1 Rijksbeleid, Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

Op 14 juni 2011 heeft de Minister van Infrastructuur & Milieu de ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte aangeboden aan de Tweede Kamer. De nieuwe Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte vervangt verschillende nota's, waaronder de Nota Ruimte en de Structuurvisie Randstad 2040. Naar verwachting wordt de definitieve Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte in het najaar van 2011 aan de Eerste en Tweede Kamer aangeboden.

In de ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geeft het Rijk haar visie op de ruimtelijke en mobiliteitsopgaven voor Nederland richting 2040 en op de manier waarop zij hiermee om zal gaan. Het Rijk richt zich in de SVIR met name op het versterken van de internationale positie van Nederland en het behartigen van de nationale belangen. Het Rijk investeert dáár waar de nationale economie er het meest bij gebaat is, in de stedelijke regio's rond de main-, brain- en greenports inclusief de achterlandverbindingen.

4.2.2 Provinciaal- en regionaal beleid

Ten aanzien van het regionaal beleid zijn de volgende beleidsnota's richtinggevend geweest bij het opstellen van het bestemmingsplan.

Structuurvisie "Visie op Zuid-Holland (2010)"

De provincie Zuid-Holland heeft op 2 juli 2010 de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PSV) vastgesteld. In deze Visie op Zuid-Holland beschrijft de provincie haar ruimtelijke doelstellingen en provinciale belangen. De structuurvisie geeft een doorkijk naar 2040 en de visie voor 2020 met bijbehorende uitvoeringsstrategie. De PSV is in de plaats gekomen van vier streekplannen en de Nota Regels voor Ruimte.

Hoofdlijnen van de structuurvisie

Zuid-Holland is een dichtbevolkte provincie, met 3,5 miljoen mensen en veel economische bedrijvigheid. De beschikbare ruimte wordt intensief benut voor wonen, werken en ontspanning. Ook is ruimte nodig voor verkeer, voor dijken die beschermen tegen overstromingen, landbouw, natuur en water. Niet alles kan overal en daarom zijn er keuzes nodig. In de Provinciale Structuurvisie 'Visie op Zuid-Holland' staan de keuzes van de provincie over het gebruik van de beschikbare ruimte.

De provincie maakt deze keuzes door op kaartbeelden te ordenen, vraagstukken te agenderen, programma's te ontwikkelen, en onderzoek uit te voeren. De provincie stuurt op hoofdlijnen, volgens de nieuwe stijl van besturen: “Lokaal wat kan, provinciaal wat moet”.

De provincie wil met 'Visie op Zuid-Holland' de samenhang, herkenbaarheid en diversiteit in Zuid-Holland versterken. Het gaat om vijf hoofdopgaven:

  • aantrekkelijk en concurrerend internationaal profiel;
  • duurzame en klimaatbestendige deltaprovincie;
  • divers en samenhangend stedelijk netwerk;
  • vitaal, divers en aantrekkelijk landschap;
  • stad en land verbonden.

In deze structuurvisie kiest de provincie voor een tweeledige sturing, zowel op ruimtelijke functies als op ruimtelijke kwaliteiten. Dit komt tot uitdrukking in de provinciale belangen. Deze hebben zowel betrekking op functionele als kwalitatieve aspecten. Deze aspecten worden in beeld gebracht op een functiekaart en een kwaliteitskaart. Deze kaarten hebben eenzelfde status en vullen elkaar aan.

De functiekaart is vergelijkbaar met de vroegere streekplankaarten. Deze kaart geeft aan wat waar mogelijk is, met locaties en begrenzingen. De locatie Nieuwelaan bevindt zich in Stads- en dorpsgebied met hoogwaardig openbaar vervoer.

afbeelding "i_NL.IMRO.0503.BP0018-2001_0002.png"

Figuur 1: Uitsnede functiekaart Zuid-Holland, 2010

De kwaliteitskaart geeft aan welke kwaliteiten waar aanwezig zijn of moeten komen. Bij ontwikkelingen in een gebied zijn deze kwaliteiten belangrijk.

Verordening Ruimte

Om het provinciaal ruimtelijk beleid uit te voeren heeft de provincie verschillende instrumenten, waarvan een verordening er één is. De Verordening Ruimte (in werking getreden op 26 juli 2010) stelt regels aan gemeentelijke bestemmingsplannen met betrekking tot onderwerpen met heldere criteria, weinig gemeentelijke beleidsvrijheid en een zwaarwegend provinciaal belang. Zo heeft de provincie in de Verordening Ruimte regels opgenomen over onder andere bebouwingscontouren, kantoren, bedrijventerreinen, detailhandel en milieuzoneringen.

Ten aanzien van verstedelijking is het beleid erop gericht om verstedelijking in de niet stedelijke gebieden te voorkomen. Verstedelijking wordt geconcentreerd in bestaand stedelijk gebied. Hiermee wordt de kwaliteit van het bebouwde gebied behouden en versterkt.

Regionaal Structuurplan 2020 (RSP 2020) (2008)

Het Stadsgewest Haaglanden heeft in de afgelopen periode samen met gemeenten gewerkt aan de herziening van het Regionaal Structuurplan Haaglanden (RSP) 2002. Op 16 april 2008 heeft het algemeen bestuur van het Stadsgewest Haaglanden het Regionaal Structuurplan Haaglanden 2020 (RSP) vastgesteld. Het RSP geeft een regionale visie op de ruimtelijke ontwikkeling van de regio Haaglanden tot 2020 met een doorkijk naar 2030. Aanleidingen voor de herziening zijn veranderende beleidsinzichten op nationaal en lokaal niveau en nieuwe inhoudelijke opgaven die sinds 2002 op de ruimtelijke agenda zijn gekomen, zoals de gevolgen van de klimaatveranderingen en vraag naar ruimte voor wonen, werken en recreëren op de langere termijn. Haaglanden kiest in het RSP voor een beperkte uitbreiding van het stedelijk gebied. De nadruk ligt op de binnenstedelijke opgave. Verdere verstedelijking gaat namelijk ten koste van het 'goud' van Haaglanden, zoals de groene kwaliteiten worden aangeduid. Uitbreiding van de woningvoorraad moet zo veel mogelijk plaatsvinden binnen het bestaand stedelijk gebied en dan met name op stationslocaties en rond haltes van hoogwaardig openbaar vervoer.

Het plangebied wordt aangeduid als (historisch) centrum en winkelcentrum waarbinnen gezocht dient te worden naar verdichtingsmogelijkheden (zie figuur 2).

afbeelding "i_NL.IMRO.0503.BP0018-2001_0003.png"

Figuur 2: Uitsnede kaart Regionaal Structuurplan Haaglanden

4.2.3 Gemeentelijk beleid, Ruimtelijke Structuurvisie Ontmoetingen met Delft 2030 (2009)

Ontmoetingen met Delft 2030 is de gemeentelijke visie op de gewenste (ruimtelijke) ontwikkeling van Delft op de langere termijn en een beeld van de voorgenomen ruimtelijke maatregelen in de komende jaren.

De Structuurvisie is voor de gemeente ook de grondslag voor het verhalen van kosten op basis van de Grondexploitatiewet. De ruimtelijke consequenties van de relevante sectorale beleidsvisies zijn geïntegreerd in de Structuurvisie. Voor de periode tot 2030 is de Structuurvisie daarmee kaderstellend.

Verdichten en verdunnen

Om Delft als stad te kunnen blijven ontwikkelen, is het nodig dat we blijven bouwen. De gemeente wil dit doen door in bepaalde gebieden in de stad de bebouwing te intensiveren en andere gebieden, die aan vernieuwing toe zijn, aan te passen aan de eisen van deze tijd (transformeren). Tegelijkertijd zal het aanwezige versnipperde groen worden gebundeld en nieuw groen aan de stad worden toegevoegd. Met verdichten in combinatie met de verdere vergroening van Delft kunnen we de stedelijke dynamiek, levendigheid en de groene identiteit van Delft vergroten.

Gelaagde stad

Delft is een gelaagde stad, die zich op drie schaalniveaus presenteert: op stedelijk niveau, op het niveau van de buurten en wijken en op regionaal niveau binnen de Zuidvleugel van de Randstad. Elk schaalniveau kent zijn eigen kwaliteiten, dynamiek en verbondenheid met de omgeving. Dit is van belang voor de gewenste toekomstige ontwikkeling van de stad. Onze visie op Delft 2030 wordt in drie perspectieven verbeeld en verwoord:

1. Delft: verbonden stad met eigen identiteit

  • Nieuw centrumstedelijk gebied
  • Boulevards
  • Groene vingers

2. Delft: veelkleurig palet van buurten

  • Aantrekkelijke woon en leefmilieus
  • Kris-kras netwerk

3. Delft: veelzijdig knooppunt in de randstad

  • Technologische Innovatie Campus Delft
  • Cultuurhistorische binnenstad
  • Delft in de regio

Voor dit bouwinitiatief zijn de eerste twee perspectieven relevant.

Het bouwinitiatief ligt in het voorzieningencentrum en is als woongebied onderdeel van de historische binnenstad.

afbeelding "i_NL.IMRO.0503.BP0018-2001_0004.png"

Figuur 3:.Delft: verbonden stad met eigen identiteit

Nieuw centrumstedelijk gebied

Het centrum van Delft ondergaat een aantal wezenlijke veranderingen. De herstructurering van de spoorzone, de omgeving van In de Hoven en van het Ireneviaduct creëert in het hart van de stad ruimte voor een nieuw centrumstedelijk gebied. In dit geografisch midden van de stad ontmoeten de verschillende sferen van Delft elkaar.

Het bouwinitiatief valt echter buiten deze grootschalige herstructureringsgebieden. Het is de herontwikkeling van een locatie aan de Delftse Schie. Het bestaande gebouw is in gebruik geweest als kantoorgebouw. Omdat het omringd is door woningbouw is gekozen voor de woonfunctie.

afbeelding "i_NL.IMRO.0503.BP0018-2001_0005.jpg"

Figuur 4 Delft veelkleurig palet van buurten

Aantrekkelijke woon- en leefmilieus

De buurten zijn de sociale en ruimtelijke bouwstenen van Delft. Elke wijk in Delft heeft zijn eigen, herkenbare ruimtelijke identiteit. De herkenbaarheid is in de Structuurvisie opgenomen in 6 typologieën:

  • De historische binnenstad en schil
  • Nieuw stedelijk wonen
  • De groene kenniswijk
  • Parkstad
  • Tuinstad
  • Stedelijke bedrijventerreinen

Het bouwinitiatief is onderdeel van de historische binnenstad. Het plan bestaat uit een appartementengebouw wat goed past bij de schaal van de reeks gebouwen aan de Nieuwelaan, bijvoorbeeld het voormalige TU- gebouw en past daarmee binnen de identiteit van de binnenstad.