direct naar inhoud van Artikel 16 Verkeer - Verblijfsgebied
Plan: Binnenstad 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0014-2001

Artikel 16 Verkeer - Verblijfsgebied

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verblijfsvoorzieningen ten dienste van de aangrenzende bestemmingen;
  • b. verkeersvoorzieningen;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. speelvoorzieningen;
  • e. water;
  • f. civieltechnische kunstwerken;
  • g. kunstwerken;
  • h. geluidswerende voorzieningen;
  • i. evenementen;
  • j. voorzieningen voor het stallen van fietsen;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening': tevens nutsvoorzieningen;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage': tevens een parkeergarage;
  • m. ter plaatse van de straten als opgenomen in de 'Lijst van stoepen met cultuurhistorische waarden', tevens voor het behoud en herstel van actuele en het benutten van potentiële cultuurhistorische waarden;
  • n. ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - bomenstructuur': tevens het behoud en herstel van de bomenstructuur.
16.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de regels van Artikel 26 en de volgende bepalingen:

  • a. voorzieningen voor het stallen van fietsen zijn toegestaan indien:
    • 1. de oppervlakte ten hoogste 5 m² bedraagt en de bouwhoogte ten hoogste 1,5 m bedraagt;
    • 2. de voorzieningen voor het stallen van fietsen solitair staan dan wel maximaal eenmaal zijn geschakeld;
    • 3. er geen onevenredige inbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden.
  • b. Ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' zijn gebouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen toegestaan, waarbij geldt dat de bouwhoogte maximaal 5 m bedraagt.

16.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
16.3.1 Verbod

Het is verboden op gronden ter plaatse van de straten als opgenomen in de 'Lijst van stoepen met cultuurhistorische waarden' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het afgraven, egaliseren en ophogen van gronden;
  • b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen van halfverharde paden en wegen;
  • d. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
16.3.2 Uitzondering verbod

Het verbod als bedoeld in lid 16.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.
16.3.3 Voorwaarden omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 16.3.1, zijn slechts toelaatbaar voor zover de cultuurhistorische waarden hierdoor niet onevenredig worden geschaad.

16.3.4 Advies

Alvorens over het verlenen van een omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de Commissie voor welstand en monumenten, omtrent de vraag of geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de cultuurhistorische waarde van de gronden en de eventueel te stellen voorwaarden.

16.4 Specifieke gebruiksregels
16.4.1 Terrassen

Terrassen ten behoeve van horeca zijn toegestaan, mits de betrokken horecavestiging als zodanig is bestemd.