direct naar inhoud van 2.5 Gemeentelijk beleid
Plan: Noordrand
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0489.BPNOR20120000-VI01

2.5 Gemeentelijk beleid

Structuurvisie Barendrecht (juli 2012)

De vastgestelde Structuurvisie geeft op hoofdlijnen richting aan de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente en vormt een afwegingskader voor nieuwe initiatieven. De uitwerking van het in de structuurvisie beschreven beleid vindt plaats in gebiedsvisies, bestemmingsplannen, beleidnota's en projecten.

De belangrijkste keuze uit deze structuurvisie is het benutten van bestaand stedelijk gebied voor nieuwe rode functies en het toekennen van een groen en recreatief perspectief aan de resterende agrarische gronden. Barendrecht zet dan ook in op woningbouwontwikkeling binnen het bestaand stedelijk gebied om in te spelen op de locale behoefte. Uitgangspunt is dat passend bij het suburbane, landelijke karakter van Barendrecht wordt gebouwd, ook op herstructureringslocaties. Op die wijze blijft het specifiek herkenbare Barendrechtse woningaanbod beschikbaar. Wonen in Barendrecht staat voor kwaliteit, veiligheid en een groene omgeving. Nu het accent verschuift van uitleg naar herstructurering en van vooral grondgebonden woningen naar meer gestapeld wonen zal dit anders, maar onverminderd, moeten worden ingevuld. Door een mix van projecten met heel verschillende uitgangspunten en mogelijkheden zal Barendrecht inspelen op veranderende woonwensen. Uitgangspunt daarbij is het realiseren van levensloopbestendige woningen en van flexibele combinaties van wonen met voorzieningen en/of (nieuwe) economie.

In het Zuidelijk Randpark (het gebied ten noorden van de A15) wordt ruimte geboden aan uitbreiding van intensievere vormen van recreatie. Door de ligging tussen grootschalige infrastructuur, centraal in het stedelijke gebied en de goede bereikbaarheid, leent dit gebied zich hier uitstekend voor. Ontwikkelingskansen liggen in het westelijke deel door de goede bereikbaarheid per hoogwaardig openbaar vervoer, auto en fiets. Daarnaast leidt de aanleg van de Blauwe Verbinding tot extra aantrekkingskracht. Zorgvuldige inpassing van deze waterverbinding is een belangrijke randvoorwaarde bij de ontwikkeling van het westelijke deel van het Zuidelijke Randpark.

In het westelijk deel van het plangebied dient zoals aangegeven in de gemeentelijke structuurvisie vanwege de ligging, de goede bereikbaarheid en de aanleg van de Blauwe Verbinding, ruimte geboden te worden aan uitbreiding van intensievere vormen van recreatie. In de huidige situatie zijn reeds recreatieve functies aanwezig waaronder het Vrijenburgbos, de Vrijenburgplas, het Sint Clarabos, de Pendrechtse molen en restaurant Vrijenburg. Ook het oostelijk deel van het plangebied (Kooiwalweg) is in hoofdzaak een recreatiegebied met het Kooiwalbos, de recreatieplassen, het fietscrossterrein, het Hippisch centrum en het volkstuinencomplex. Ook voor dit gebied geldt dat versterking van de recreatieve functies aan de orde is. In figuur 2.4 is een uitsnede van de structuurvisiekaart opgenomen.

Één van de opgaven van de structuurvisie luidt dan ook: het duidelijk profileren en ontwikkelen van het Zuidelijke Randpark als stedelijk recreatiegebied, waar plaats is voor actieve en ruigere sporten.

afbeelding "i_NL.IMRO.0489.BPNOR20120000-VI01_0004.png"

Figuur 2.4 Uitsnede structuurvisiekaart Barendrecht

De gemeente Barendrecht is een van de gemeenten in de stadsregio die op 21 juni 2012 het convenant Realisatie Windenergie Stadsregio Rotterdam heeft ondertekend. De gemeente Barendrecht heeft in de Structuurvisie Barendrecht drie zoeklocaties voor windmolens opgenomen. Eén van deze zoeklocaties, namelijk de locatie bij het Vaanplein ligt binnen het plangebied van dit bestemmingsplan. Voor een eventuele ontwikkeling van deze zoeklocatie tot een windmolenlocatie zal een procedure tot herziening van het bestemmingsplan doorlopen moeten worden. Afhankelijk van het aantal windmolens of het totale vermogen van de windmolens moet er een milieueffectrapportage worden opgesteld.

Ruimtelijke analyse en Toekomstvisie Kooiwalweg (2009)

In de visie wordt het gehele gebied tussen Kooiwalweg, A15, 1e Barendrechtseweg en Vaanweg beschreven. De visie is slechts een leidraad voor particuliere ontwikkelingen. De gemeente is niet voornemens om actief de uitgangspunten uit de visie te realiseren. Dit betreft zowel de woningbouw als de ontsluiting.

Deelgebieden

Op basis van de ruimtelijke analyse en een beleidsanalyse is de toekomstvisie voor het gehele gebied beschreven. Op basis van deze analyse kan het plangebied als het ware worden ingedeeld in vier gebieden:

  • 1. het meest westelijk gelegen gebied; dit gebied valt binnen de geluidcontour van de A15 en de Vaanweg;
  • 2. het voorgestelde woongebied ten westen hiervan (circa 4,5 ha): dit gebied valt buiten de 55 dB(A) contour en maakt geen deel uit van het te handhaven Kooiwalbos;
  • 3. de landelijke groenstrook grenzend aan de Kooiwalweg;
  • 4. het meest oostelijke gebied, met garagebedrijf, benzinestation en volkstuinen. Dit gebied valt binnen de 55 dB(A) contour van de Eerste Barendrechtseweg en de Pascalweg.

Ontsluiting plangebied

Voor de ontsluiting van het Kooiwalbos, met manege en fietscross wordt uitgegaan van twee ontsluitingen:

  • één ontsluiting aan de oostzijde, ter hoogte van de volkstuinen en/of het bedrijventerrein;
  • één ontsluiting aan de westzijde vanaf de Maeterlinckweg, via de nieuwe woonbuurt (dubbele functie ontsluitingsweg).

Uitgangspunt is in ieder geval om de ontsluitingswegen en mogelijk de situering van de parkeerterreinen los te koppelen van de doorgaande fietsroute tussen Barendrecht en Rotterdam.

afbeelding "i_NL.IMRO.0489.BPNOR20120000-VI01_0005.png"

Figuur 2.5 Uitgangspuntenkaart Toekomstvisie Kooiwalweg

De landelijke strook ten oosten en zuiden van de Kooiwalweg, vormt een overgangszone tussen de bestaande lintbebouwing aan de Kooiwalweg en het Kooiwalbos. In de visie zijn uitgebreide randvoorwaarden geformuleerd die als doel hebben om in dit gebied een samenhangend, landelijk karakter te realiseren.

De belangrijkste randvoorwaarden zijn:

  • De kavels worden ontsloten vanaf de Kooiwalweg en worden aan de zuidzijde begrensd door de bestaande watergang ten zuiden van het voormalige spoortracé/fietspad;
  • De kavels worden van elkaar gescheiden door smalle slootjes en groen met een landelijke uitstraling;
  • Wat betreft de bebouwing dient sprake te zijn van alzijdige bouwmassa's, gericht op de Kooiwalweg en het Kooiwalbos. Uitgegaan wordt van boerderijachtige bebouwing met een voor- en achterhuis. De massaopbouw dient aan te sluiten bij het beeld van historische boerderijen. Een eigentijdse vertaling hiervan is wenselijk;
  • De goothoogte is maximaal 4 meter hoog;
  • De nokhoogte ligt tussen de 10 en de 14 meter;
  • Voor de kapvorm wordt uitgegaan van een mansardekap of een zadeldak met een steile helling en mogelijk een wolfseind. Hiernaast is het toegestaan een afwijkende kapvorm te realiseren met 'familietrekken' van de boerderijkap.

Deze visie wordt niet rechtstreeks doorvertaald in het voorliggende bestemmingsplan vanwege het consoliderende karakter.

Vigerende bestemmingsplannen

Uitbreidingsplan in hoofdzaak 1960

Dit in 1960 opgestelde Uitbreidingsplan in hoofdzaak is globaal van aard. Het grootste deel van het plangebied is bestemd voor recreatieve doeleinden. Ook was hierin de wegenstructuur vastgelegd. In dit gebied was bebouwing van welke aard ook uitgesloten. Het gebied ten westen van de Heulweg was bestemd als bebouwde kom, hier is woonbebouwing toegestaan.

Spoorzone

Dit bestemmingsplan uit 1998 is opgesteld ten behoeve van de ontwikkeling van de spoorzones in de gemeente Barendrecht. Het betrof een zestal projecten die wijzigingen mogelijk maakte in de spoorweginfrastructuur, daarnaast betrof het ook enkele wijzigingen in de weginfrastructuur (Rijksweg A15). Binnen het plangebied moest vooral rekening gehouden worden met de intensivering van de omliggende sporen en de uitbreiding van de Rijksweg A15. Dit maakte een woonbestemming onhaalbaar en daarom werd er grotendeels gekozen voor een recreatie- en een groenbestemming. Het gebied ten westen van de Heulweg werd in dit bestemmingsplan bestemd als groen. Ook de manege, de volkstuinen en enkele woningen aan de oostzijde van het plangebied zijn in dit bestemmingsplan opgenomen.

Bestemmingsplan Kooiwalweg ong. (sectie a nr 2574)

Dit bestemmingsplan heeft betrekking op het realiseren van een vervangende woning aan de Kooiwalweg 35, op het perceel kadastraal bekend als Sectie A nr 2574 te Barendrecht. Omdat het vigerend bestemmingsplan (Uitbreidingsplan in hoofdzaak 1960) geen nieuwbouw toestond, is er voor deze locatie een (postzegel)bestemmingsplan opgesteld.