Plan: | Sierteeltgebied - vierde wijziging (Loeteweg 26) |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0484.HDsierteelt4wijz-VA01 |
Op 13 oktober 2016 heeft de raad het bestemmingsplan Buitengebied Boskoop, derde actualisatie vastgesteld. Met de vaststelling van dit bestemmingsplan zijn de regels voor omzetting van een agrarisch bedrijfswoning naar plattelandswoning gewijzigd. Daarnaast is een wijzigingsbevoegdheid toegevoegd voor omzetting van een agrarische bedrijfswoning naar burgerwoning. Vanuit het oogpunt van efficiency en kostenbesparing worden normaliter meerdere verzoeken voor omzetting in één of twee jaarlijkse rondes behandeld. In dit wijzigingsplan wordt hierop een uitzondering gemaakt en wordt voor het perceel Loeteweg 26 een wijzigingsplan opgesteld. Dit vanwege de omstandigheid dat de woning om medische/financiele redenen snel moet worden verkocht.
Het plangebied heeft grotendeels betrekking op het perceel Loeteweg 26 Hazerswoude-Dorp, kadastraal bekend sectie K nummer 529, zie afbeelding 1.1.
Afbeelding 1.1 Plangebied
Het geldende bestemmingsplan is bestemmingsplan Sierteeltgebied, inclusief de eerste herziening.
Het beleidskader is beschreven in het bestemmingsplan Buitengebied Boskoop, derde actualisatie dat op 13 oktober 2016 door de raad is vastgesteld en door de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 12 september 2018 onherroepelijk is geworden. Dit beleid is nadien niet gewijzigd en is derhalve nog steeds van toepassing.
In dit hoofdstuk komt aan de orde wat de huidige situatie is met betrekking tot de ruimtelijke structuur en de functionele structuur.
Het verzoek is getoetst aan de wijzigingsregels van artikel 3.7.7 van het bestemmingsplan Sierteeltgebied, eerste herziening. Deze regels luiden als volgt:
3.7.7 Ten behoeve van het omzetten van een bedrijfswoning naar plattelandswoning
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen ten behoeve van het omzetten van een agrarische bedrijfswoning naar plattelandswoning, met inachtneming van het volgende:
Toets wijzigingsverzoek
Het verzoek is getoetst aan de wijzigingsregels. Hieruit blijkt dat het verzoek voldoet aan de regels. Het bestemmingsvlak met de aanduiding 'plattelandswoning' heeft een oppervlakte van minder dan 1000m2. Wat betreft lid b geldt dat de afstand hier ca. 20 meter bedraagt (in plaats van 15 meter). Dit komt doordat het huiskavel relatief smal is. De huiskavel als geheel heeft een normale grootte. Verder geldt dat het achterliggende bereikbaar blijft via de bestaande toegang en de bedrijfsactiviteiten (teelt van sierteeltgewassen) wordt als zodanig voortgezet.
Het verzoek is besproken met de Omgevingsdienst Midden-Holland. Hieruit is gebleken dat er vanuit milieukundig oogpunt geen bezwaren zijn om medewerking te verlenen aan het ingediende verzoek.
Indien mensen met regelmaat luchtverontreinigende stoffen inademen kan dit leiden tot effecten op de lichamelijke gezondheid. Daarom moet bij ruimtelijke planvorming rekening worden gehouden met de effecten van de plannen op de luchtkwaliteit en de luchtkwaliteit ter plaatse.
Titel 5.2 van de Wet milieubeheer (hierna te noemen: Wet luchtkwaliteit), het Besluit niet in betekenende mate (luchtkwaliteitseisen) en het Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen) stellen grenzen aan de concentraties van luchtverontreinigende stoffen. De meest kritische stoffen ten gevolge van het verkeer zijn stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10 en PM2,5). De grenzen voor deze stoffen zijn opgenomen in onderstaande tabel.
Tabel 2: Grenswaarden luchtkwaliteit
Wet luchtkwaliteit
De Wet luchtkwaliteit (artikel 5.16, eerste lid, Wm) stelt dat een ruimtelijke plan of project doorgang kan vinden indien:
Regeling NIBM
De Ministeriële Regeling NIBM geeft een uitwerking aan het Besluit NIBM en een getalsmatige invulling van de NIBM-grens. Voor een aantal categorieën van projecten kan met zekerheid worden gesteld dat de 3%-grens niet zal worden overschreden. Het betreft onder andere de onderstaande gevallen, waarbij een luchtkwaliteitonderzoek niet meer nodig is:
De luchtkwaliteit in het sierteeltgebied in Boskoop/Hazerswoude-Dorp is beoordeeld aan de hand van de monitoringstool van de NSL. Onderstaand is, per te toetsen stof, met behulp van kaartmateriaal van de NSL in beeld gebracht of in het gebied al dan niet wordt voldaan aan de luchtkwaliteitseisen.
Figuur 1:NO2-concentratie sierteeltgebied 2015 (NSL Monitoring)
Figuur 2: PM10 concentratie sierteeltgebied 2015 (NSL Monitoring)
Afbeelding 3: PM2,5 concentratie sierteeltgebied 2015 (NSL Monitoring)
In het sierteeltgebied wordt voldaan aan de luchtkwaliteitsnormen voor NO2, PM10 en PM2,5 zo blijkt uit de monitoringstool van het NSL.
De luchtkwaliteit staat de voorgenomen omzetting van de bedrijfswoning in plattelandswoning niet in de weg.
Voor het wijzigingsplan is gebruik gemaakt van de in de Wet ruimtelijke ordening opgenomen standaardvorm van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP2012). Dit wijzigingsplan bestaat uit een verbeeldingen, planregels en een toelichting. De verbeelding en de planregels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast. De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het plan.
Op de verbeelding worden de bestemmingen weergegeven met daarbij andere bepalingen als gebiedsaanduidingen, bouwaanduidigen, bouwvlakken enzovoorts. Voor de analoge verbeelding is gebruik gemaakt van een digitale ondergrond (Grootschalige Basiskaarten en/of kadastrale kaart).
Dit wijzigingsplan is gebaseerd op wijzigingsregels uit het bestemmingsplan Sierteeltgebied, eerste herziening. De regels uit dat bestemmingsplan blijven van toepassing.
Ter voorbereiding van bestemmingsplan Sierteeltgebied, eerste herziening heeft meerdere malen overleg plaatsgevonden met betrokken partijen, zoals de Stichting Belangenbehartiging Greenport Boskoop, diverse (agrarische) makelaars en (juridische) adviseurs. Deze partijen vertegenwoordigen veel belanghebbenden binnen het plangebied. Derhalve kan gesteld worden dat de wijzigingsregels zijn opgesteld met de branche. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan zijn de wijzigingsregels geen onderwerp van discussie geweest. Ten aanzien van onderhavige wijzigingsplan is er derhalve voor gekozen om enkel de wettelijke procedure te volgen.
In het wijzigingsplan worden omzettingen naar burger- of plattelandswoningen planologisch geregeld. Dit zijn geen bouwplannen in de zin van de Wet ruimtelijke ordening. Dit betekent dat geen exploitatieplan hoeft te worden vastgesteld. Ten behoeve van alle omzetting zijn vaststellingsovereenkomsten vastgesteld waarin het verhaal van plankosten en planschade is geregeld.