Tweede Herziening Buitengebied 2010

Hoofdstuk 4 Stedenbouwkundige visie

De wens van de molenaar is om met zijn gezin te kunnen wonen op het terrein, dus het aantal m2 woonoppervlak te vergroten. De molen biedt hiervoor te weinig oppervlak. Omdat de molen een rijksmonument betreft behoort uitbreiding in principe niet tot de mogelijkheden. Daarom wordt de uitbreiding van het woonvolume gezocht in de bijgebouwen op het erf. Omdat een deel van de huidige bijgebouwen in zeer slechte staat verkeert, zullen deze worden vervangen door nieuwbouw. De gedachtengang is dat zij tezamen met het woonvolume in de molen een volwaardige woning gaan vormen. De agrarische functie voor betreffende gebouwen zal dus wijzigen in een woonfunctie. De bestaande agrarische bebouwing op het naastgelegen perceel blijft behouden.

De nieuwbouw van de bijgebouwen ontleent (binnen de biotoop van de molen) een duidelijke referentie aan de vroegere bebouwing op het kavel. In massa en uiterlijk wordt een duidelijke link gelegd met de bouwvolumes van destijds, ondergeschikt aan het volume van de molen. Alleen de hooiberg zal worden verplaatst naar de agrarische kavel, waardoor er op het erf zelf meer ruimte ontstaat.

Een aanzienlijk deel van de bebouwing op het agrarisch kavel wordt gesloopt (en verwijderd) en de kavel wordt opgeschoond. Daarmee ontstaat een duidelijke ruimtelijke verbetering ten opzichte van de huidige situatie.

Naast uitbreiding van de woonfunctie is ook een uitbreiding van de recreatieve functie gewenst. Dit sluit aan bij het provinciale beleid van het komende themajaar 2011 ' Leve de Molens'. Binnen de nieuwe bijgebouwen zal een recreatieverblijf worden gebouwd. Dit zal een accommodatie worden in het kader van de Groene Hart Logies organisatie, een formule waarbij logeren op het platteland wordt gepromoot.

Omdat in de toekomst moet worden voorkomen dat dit verblijf een aparte status verkrijgt en wordt gesplitst van de woonfunctie, zal de recreatiefunctie onderdeel worden van de woonfunctie, maar ondergeschikt. Slechts een beperkt deel van de bebouwing kan volgens de bestemmingsplanregels gebruikt worden ten behoeve van bed and breakfast.