Tweede Herziening Buitengebied 2010

1.3 Geldende bestemmingsplannen

Het geldende bestemmingsplan is bestemmingsplan Buitengebied West, dat is vastgesteld op 22 november 1990 en op 20 augustus 1992 onherroepelijk is geworden.

In het bestemmingsplan Buitengebied West heeft de molen de bestemming 'Molen, met bijbehorende erven' (Mn(m)). Deze gronden zijn bestemd voor een molen ten dienste van de waterhuishouding en waterbeheersing, met de daarbij behorende gebouwen, dienstwoning, andere bouwwerken en erven. De gronden gelegen rondom de molen hebben de bestemming 'Gebied met landschappelijke waarden en agrarische doeleinden' (La). Het bouwperceel is nader aangeduid met (La(b) en de onbebouwde grond is nader aangeduid met La(o). Deze gronden zijn bestemd voor agrarische bedrijfsvoering ten behoeve van agrarische bedrijven, met de daarbij behorende bedrijfsgebouwen (kassen uitgezonderd), agrarische bedrijfswoningen, andere bouwwerken en erven, alsmede voor het behoud en versterking van de aan de betreffende gronden eigen zijnde landschappelijke waarde.

Figuur: uitsnede verbeelding Bestemmingsplan Buitengebied West