direct naar inhoud van 9.1 Vooroverleg
Plan: Noordeinde 20/20a
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0484.B097noordeinde20-0004

9.1 Vooroverleg

Op grond van artikel 3.1.1. Bro heeft vooroverleg met andere instanties plaatsgevonden. Het concept plan is op 23 februari 2010 gezonden aan:

  • I. Het hoogheemraadschap van Rijnland;
  • II. De provincie Zuid-Holland;
  • III. Het Ministerie van VROM, VROM- Inspectie;
  • IV. Rijkswaterstaat.

Het vooroverleg heeft geleid tot de volgende resultaten:

Hoogheemraadschap van Rijnland

Het hoogheemraadschap van Rijnland heeft een positief wateradvies afgegeven voor dit plan. Eerder gemaakte opmerkingen in het kader van dit plan zijn verwerkt in het ruimtelijke plan, op basis waarvan een positief advies is afgegeven.

Provincie Zuid-Holland

De provincie Zuid-Holland heeft in haar reactie aangegeven dat het plan conform het interim-beleid, bestaande uit de streekplannen en de nota Regels voor Ruimte, voldoet.

Minsterie van VROM, VROM-Inspectie

De VROM-Inspectie heeft in haar reactie enkele opmerkingen gemaakt die verband houden met de nationale belangen zoals deze zijn verwoord in de Realisatieparagraaf Nationaal Ruimtelijk Beleid.

Nationaal Belang 03: Schiphol

Allereerst is aangegeven dat het plangebied is gelegen in de 20 KE-contour, de vrijwaringszone voor Schiphol. Binnen deze zone mogen geen nieuwe uitleglocaties worden ontwikkeld ten behoeve van woningbouw. Locaties waarbij sprake is van herstructurering van bestaand bebouwd gebied zijn hierop uitgezonderd.

Aangegeven is dat uit de stukken onvoldoende blijkt of nu sprake is van een herstucturerings- of uitleglocatie. Voorst wordt verzocht duidelijkheid te geven over de geldende gebruiks- en bouwmogelijkheden van het perceel. Ten slotte wordt aangegeven dat woningsplitsing niet mag leiden tot een toename van het aantal woningen in de 20 KE-contour.

Nationaal belang 14: Nationale Landschappen

Het plangebied is gelegen binnen het nationaal landschap het Groene Hart. VROM-Inspectie verzoekt in de toelichting aan te geven op welke wijze rekening wordt gehouden met de kernkwaliteiten van het Groene Hart.

Reactie

Beide opmerkingen van de VROM-Inspectie zijn terechte opmerkingen. In de toelichting is op diverse plaatsen nader ingegaan op deze aspecten.

Zo is in paragraaf 1.3. nader ingegaan op de geldende gebruiks- en bouwmogelijkheden op het perceel en is meer expliciet opgenomen dat in het plangebied sprake is van herstructurering. Ook is meer aandacht besteed aan de woningsplitsing.

Voor wat betreft de opmerkingen aangaande de kernkwaliteiten van het Groene Hart, wordt hier nader op ingegaan in paragraaf 3.2.

Rijkswaterstaat

Van Rijkswaterstaat is geen reactie ontvangen.