direct naar inhoud van Artikel 13 Waarde - Landschap
Plan: Hof Souburgh
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0482.bphofsouburgh060-on01

Artikel 13 Waarde - Landschap

13.1 Bestemmingsomschrijving
13.1.1 Primaire bestemming

De voor Waarde - Landschap aangewezen gronden zijn primair bestemd voor:

  • a. behoud, versterking en herstel van de aan de gronden eigen zijnde landschappelijke waarde.

13.1.2 Secundaire bestemming

De voor Waarde - Landschap aangewezen gronden zijn secundair bestemd voor de doeleinden van de onderliggende bestemmingen.

13.1.3 Volgorde dubbelbestemmingen

Voor zover dubbelbestemmingen samenvallen, geldt de volgende volgorde:

13.2 Bouwregels
  • a. Op de in lid 13.1 bedoelde gronden mogen geen bouwwerken worden gebouwd.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a mogen op de in lid 13.1 bedoelde gronden bouwwerken ten dienste van de onderliggende bestemmingen worden gebouwd.

13.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
13.3.1 Verbod

Het is verboden ter plaatse van de gronden als bedoeld in lid 13.1 de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden van burgemeester en wethouders:

  • a. het vellen, rooien of anderszins ernstig beschadigen van houtopstanden;
  • b. het planten van houtgewas anders dan ten dienste van de griendcultuur;
  • c. het verwijderen van natuurlijke vegetatie alsmede het scheuren van grasland;
  • d. het verrichten van bodemwerkzaamheden;
  • e. het ophogen, egaliseren en ontginnen van gronden;
  • f. het bodemverlagen of afgraven van gronden waarvoor geen ontgrondingsvergunning is vereist;
  • g. het vergroten of verkleinen van watergangen en waterpartijen.
  • h. verhogen of verlagen van de grondwaterstand.
  • i. het aanleggen of verharden van wegen, rijwielpaden en of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • j. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

13.3.2 Uitzondering

Het bepaalde in lid 13.3.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden inhouden;
  • b. vanuit het oogpunt van ruimtelijke ordening van niet-ingrijpende betekenis zijn.

13.3.3 Toelaatbaarheid

Een vergunning als bedoeld in lid 13.3.1 wordt uitsluitend verleend indien de landschappelijke waarde niet in onevenredige mate worden aangetast.