Hof en Singel

3.2 Toekomstige situatie

Het plangebied wordt grotendeels omgevormd tot een woongebied. De stedenbouwkundige hoofdopzet wordt gevormd door een situering van de sportvoorzieningen in het zuidelijk deel van het plangebied en de vorming van een kleinschalig woongebied met grondgebonden woningen en beneden-bovenwoningen rond een centraal gelegen parkje direct ten noorden van de verlengde Esdoornlaan en langs de oostelijke, uit groen en water bestaande randzone van het plangebied.

De belangrijkste ruimtelijke structuurelementen betreffen het centraal gelegen parkje, de verlengde Esdoornlaan uitkomende op een trapveld, een nieuwe boogvormige ontsluitingsweg vanaf de Anjerlaan en een nieuwe lijnvormige waterverbinding aan de zuidzijde van de te handhaven sporthal.

Voor de ontsluiting van het plangebied wordt gebruik gemaakt van de in de huidige situatie aanwezige, in het verlengde van de Esdoornlaan gelegen doodlopende straat aan de westzijde van de te handhaven sporthal én van een nieuwe meer westelijk gelegen ontsluitingsweg vanaf de Anjerlaan. Deze nieuwe boogvormige ontsluitingsweg sluit aan op de genoemde doodlopende straat en eindigt ter hoogte van de tussen de sporthal en het zwembad nieuw te graven watergang. Hierdoor wordt het doodlopende karakter van de verlengde Esdoornlaan opgeheven. Direct ten noorden van de aansluiting van deze oorspronkelijk doodlopende weg op de nieuwe ontsluitingsweg komt een trapveld van circa 300 m².

Sportcomplex

De aan het einde van de Esdoornlaan en Prins Bernhardstraat staande sporthal wordt gehandhaafd; het noordwestelijk in het plangebied gelegen schoolgebouw zal verdwijnen. Het zwembad zal op termijn worden afgebroken en vervangen door een nieuw zwembad direct aan de zuidoostzijde van de te handhaven sporthal. Door deze aangepaste situering van de sportvoorzieningen ontstaat er aan de noord- en westzijde van de te handhaven sporthal een aaneengesloten, voor woningbouw geschikt gebied.

De sporthal en het zwembad nemen een eigen plaats in binnen de zuidoosthoek van het plangebied. Het ontwerp van het zwembad bevindt zich nog in een schetsstadium. Tussen de beide gebouwen wordt een nieuwe watergang aangelegd. Deze watergang brengt een verbinding tot stand tussen het water rond de Rooms-Katholieke Kerk en de singel.

De sporthal en het zwembad worden rondom voorzien van parkeergelegenheid. Door het parkeren niet te concentreren binnen een groot parkeerterrein maar langs straten te leggen ontstaat aan alle zijden van het sportcomplex minstens 20 m ruimte tussen het sportcomplex en de bestaande en toekomstige woningen. Tevens ontstaat een zekere mate van flexibiliteit in het benutten van de parkeercapaciteit omdat een aantal parkeerplaatsen in de nabijheid van de woonsfeer komt te liggen.

Woonbuurt

De nieuwe woonbuurt ligt aan de noord- en oostzijde van het sportcomplex en bestaat uit:

• een hoefijzervormig rond een nieuw parkachtig groengebied gesitueerde bebouwingsstrook met 21 beneden-bovenwoningen, 13 rijenwoningen en 8 geschakelde drive in woningen;
• een parallel aan de oostzijde daarvan gelegen bebouwingsstrook met 13 twee-onder-een-kapwoningen;
• en uit 13 eengezinsrijenwoningen (in twee bouwblokken aan de oostzijde van het sportcomplex).

De twee-onder-een-kapwoningen zijn met de voorzijde niet aan de nieuwe interne ontsluitingsweg gelegd maar aan een wandel- en fietspad langs in de oostrand gelegen groenzone met watergang. Dit pad vormt een langzaam verkeersverbinding tussen de bestaande buurt en de buurt achter de brug over de Middel-Wetering. Hierdoor beschikken bijna alle grondgebonden woningen over goed te bezonnen tuinen (zuidoost tot zuidwest).

Het parkeren vindt deels plaats op eigen erf en deels in de openbare ruimte door middel van haaks- en langsparkeren aan de straat. Hierdoor kan het centraal, binnen de hoefijzervormige bebouwingsstrook, gelegen parkje geheel vrij van parkeren worden ingericht en kunnen alle hieraan gelegen rijenwoningen met de achtertuinen aan het water worden gelegd. Daarbij worden bij zowel de grondgebonden als de beneden-bovenwoningen de bergingen aan de straatzijde van de woning gelegd. Bij de beneden-bovenwoningen komen de benedenwoningen met balkons aan het water te liggen en krijgen de bovenwoningen hun voorzijde met galerijontsluiting aan de zijde van het parkje.

De gekozen stedenbouwkundige opzet zorgt ervoor dat een groot deel van de woningen een goede ruimtelijke relatie krijgt met het centraal gelegen parkje, de in de noordrand gelegen groenstrook met de bestaande watergang of met de nieuwe tussen de sporthal en het zwembad geprojecteerde waterverbinding. Twee voetbruggen over deze waterverbinding zorgen voor een koppeling tussen de oostelijk en westelijk van het water gelegen woongebieden. Doordat het parkje aan de bewonerszijde door water wordt omgeven, kan het een openbaar karakter krijgen en met een speelplaats worden ingericht. Het parkje wordt met een looppad ontsloten, dat in het zuiden aansluit bij de verlengde Esdoornlaan en dat zich in het noorden vertakt in twee routes met een brug naar de Anjerlaan en de nieuw aan te leggen ontsluitingsweg in het noordoosten.