Plan: | Van Spoorbrug tot Sluis |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0479.STED3826BV-0001 |
De regels van de beheersverordening verklaren de voorschriften/regels en plankaart/verbeelding van het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' opnieuw van toepassing, alsmede verleende vrijstellingen, ontheffingen, afwijkingen en omgevingsvergunningen voor het afwijken. Het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' en de daarbij behorende toelichting, regels (voorschriften) en kaart (verbeelding) zijn opgenomen als bijlagen.
De kaart van de beheersverordening geeft het verordeningsgebied weer. De kaart vormt samen met de regels het voor een ieder bindende deel van de beheersverordening.
De toelichting geeft uitleg over en een onderbouwing van de beheersverordening. Voor de onderbouwing van de beheersverordening wordt onder meer ingegaan op de achtergrond van het wettelijke instrument, de uitgangspunten en de geldende beleidskaders.
Het besluitgebied van de beheersverordening is gelijk aan het plangebied van het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' dat op 7 december 2006 is vastgesteld. Op grond van artikel 3.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro) dient het gehele grondgebied van de gemeente over een actueel planologisch juridisch kader te beschikken.
Om op korte termijn over een actueel planologisch-juridisch regime te beschikken, is door middel van de beheersverordening het planologisch-juridische regime van het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' opnieuw van toepassing verklaard.
Het besluitgebied van de beheersverordening Van Spoorbrug tot Sluis omvat het plangebied van het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis'.
Het besluitgebied kent de volgende globale begrenzing:
Het plangebied Van Spoorbrug tot Sluis beslaat de Zaanoevers in Zaandam tussen grofweg de spoorbrug en de Beatrixbrug, met de Westzijde en de Oostzijde als centrale assen daartussen.
De begrenzing van het plangebied is op bovenstaande luchtfoto (globaal|) ingetekend:
Het volgende bestemmingsplan is opgenomen in de beheersverordening:
Naam | Vastgesteld | |
Bestemmingsplan Van Spoorbrug tot Sluis | 7 december 2006 |
De beheersverordening is een vormvrij alternatief voor een bestemmingsplan waarmee het bestaande recht binnen een gebied opnieuw wordt vastgesteld. Het is niet mogelijk om met een beheersverordening nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken. Hiervoor dient met een omgevingsvergunning afgeweken te worden van de beheersverordening, of een nieuw bestemmingsplan vastgesteld te worden. De mogelijkheden om in afwijking van de beheersverordening een ontwikkeling mogelijk te maken zijn daarmee niet anders dan de mogelijkheden voor het afwijken van een bestemmingsplan.
Het opnemen van het bestaand gebruik in ruime zin betekent dat alle bestaande rechten en plichten uit het bestemmingsplan van toepassing blijven.
Het is niet mogelijk om in de beheersverordening uitwerkingsplichten en wijzigingsbevoegdheden op te nemen, deze zijn immers gericht op het mogelijk maken van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Bestemmingsplan Van Spoorbrug tot Sluis bevat geen uitwerkingsplichten. Wel zijn in het plan wijzigingsbevoegdheden opgenomen om in enkele gevallen de Staat van Horeca-activiteiten en/of de Lijst van Bedrijfsactiviteiten aan te passen. Deze wijzigingsbevoegdheden komen met het in werking treden van deze beheersverordening te vervallen.
Gelet op het conserverend karakter van de beheersverordening heeft de wetgever het niet wenselijk geacht bezwaar of beroep tegen de verordening mogelijk te maken. Het uitgangspunt is immers dat er geen wijzigingen van de bestaande rechten en plichten uit het voorheen geldende plan plaatsvinden. Van de wettelijke voorgeschreven participatiemogelijkheden kon bij dat bestemmingsplan gebruik gemaakt worden.
De volgende uitgangspunten zijn voor de beheersverordening in acht genomen:
Omdat de beheersverordening geen nieuwe planologische ontwikkelingen mogelijk maakt, heeft de wetgever het niet nodig geacht inspraak-, bezwaar- of beroep mogelijk te maken. Dit betekent dat geen inspraakprocedure wordt toegepast en bezwaar of beroep tegen de beheersverordening niet mogelijk is. Door het vaststellen van een beheersverordening leeft het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' voort. Bij het opstellen van bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' heeft een ieder zienswijzen naar voren kunnen brengen en zijn deze overwegingen meegenomen bij de vaststelling van het bestemmingsplan in 2006. Doordat het juridisch planologisch kader met het vaststellen van de beheersverordening ongewijzigd blijft verandert de rechtspositie van de gebruikers niet.
In artikel 1 van de regels zijn de voorschriften, regels, plankaart en verbeelding van het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' van toepassing verklaard, alsmede de nadien verleende vrijstellingen, ontheffingen, afwijkingen en omgevingsvergunningen voor het afwijken. Deze bepalingen sluiten aan bij het uitgangspunt het planologisch bestaand gebruik vast te leggen met de beheersverordening en daarmee de rechten en plichten van de burgers gelijk te houden. Sinds de inwerkingtreding van het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis' zijn er besluiten verleend die bouwen en gebruik in strijd met de regels van het plan mogelijk maken. De rechten die voortvloeien uit deze verleende besluiten veranderen niet door het vaststellen van de beheersverordening.
In artikel 2 van de regels is een aantal begrippen gedefinieerd die in de beheersverordening genoemd worden. In de van toepassing verklaarde bestemmingsplanregels en voorschriften zijn ook begrippen gedefinieerd. Deze begripsbepalingen blijven van toepassing voor het betreffende bestemmingsplan. Met deze bepaling wordt verwarring over de verschillende definities van het plan voorkomen.
Stedenbouwkundige bepalingen (waaronder de parkeerbepaling) in de bouwverordening vormen geen toetsingskader meer voor een aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen. Bestaande vigerende plannen vallen onder het overgangsrecht, zodat de parkeerbepaling hier wel op van toepassing blijft. De beheersverordening valt echter niet onder dit overgangsrecht. Om die reden is het noodzakelijk in de beheersverordening een bepaling op te nemen die het mogelijk maakt een aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen te toetsen aan het Zaanse parkeerbeleid. Gekozen is voor een dynamische verwijzing, zodat de 'Uitvoeringsnota Parkeren Zaanstad 2016', en ook nadien door te voeren wijzigingen daarvan, ook van toepassing is voor het besluitgebied. De bestaande rechten en plichten van de burgers veranderen hiermee niet.
De wetgever heeft in artikel 5.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening bepaald dat in de beheersverordening moet worden voorzien in overgangsrecht, zoals dit in artikelen 3.2.1, 3.2.2 en 3.2.3 van het Besluit ruimtelijke ordening is vastgesteld.
Omdat de beheersverordening in overgangsregels voorziet, vervallen de overgangsregels uit het bestemmingsplan 'Van Spoorbrug tot Sluis'.
De beheersverordening is conserverend van karakter en verklaart enkel het bestaand planologisch toegestane gebruik opnieuw van toepassing. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Zoals bij een bestemmingsplan met enkel conserverende bestemmingen bestaat ook bij een conserverende beheersverordening geen noodzaak tot het opstellen van een exploitatieplan.